Jano van Gool

In de Pers

Montere Weemoed II, met Thomas Verbogt & Beatrice van der Poel - Gezien op 2 maart 2022, OBA Theaterzaal, Amsterdam  ... - Kester Freriks in: Theaterkrant lees meer
The Tree of Life. Soeben ausgelesen: Thomas Verbogt – „Wenn der Winter vorbei ist“ (2020) - Keine 100 Seiten und auch keine 50 Seiten, nein genau eine einzige Seite brauchte es.... - David Wonschewski in:  lees meer
Nieuwe roman van Thomas Verbogt, een wrokloze boomer - Thomas Verbogt zoekt naar manieren om van het leven te houden en er zin aan te geven.... - Rob Schouten in: Trouw lees meer

Recent

Er zijn nog geen toneelstukken toegevoegd

Serieus

Zijn baasjes zijn met vakantie, daarom moet ik op de buurpoes passen. Hij is geen poes, maar een kater. `Poes’ is echter een mooier woord, zachter. Hij is overigens ook geen ware kater meer, maar geholpen. Ik pas trouwens niet op hem, geef hem alleen maar eten en drinken. Op poezen valt volgens mij nauwelijks te passen, ze passen op zichzelf. Hulp daarbij lijken ze hinderlijk te vinden. Ik denk dat ik dat begrijp, hoewel ik heus wel weet dat ik het niet in mijn hoofd moet halen te denken dat ik poezen begrijp. Toch denk ik het. Zelf heb ik soms ook last van goede bedoelingen die anderen met me hebben, maar omdat het goede bedoelingen zijn, zeg ik er niets van, maar het liefst wil ik grommen: láát me nou maar even. Ik ga zo vroeg mogelijk naar de buurpoes, want dan weet hij dat ik hem serieus neem. Als ik het huis binnenkom, hoop ik dat hij blij is. Is hij niet. Hij is onrustig en geïrriteerd. Ik houd mezelf voor dat dat niet aan mij ligt, maar aan zijn baasjes die vakantie vieren. Als ik eten en vers water in zijn bakjes heb gedaan, ga ik aan tafel de ochtendkrant lezen. Misschien vindt hij dat gezellig. Terwijl ik lees spreek ik de poes toe, omdat ik denk dat dat prettig is voor het dier. Hij moet immers gewend zijn aan menselijke stemmen. Ik leg uit wat de Vierdaagse is. Als hij klaar is met eten, kijken we elkaar aan. De ochtend glanst in zijn rode vacht. Het is stil in huis. Ik weet niet hoe te reageren op zijn boze melancholie. Ik zeg maar weer, met kinderlijk hoge stem, dat ik hem begrijp. Maar ja.

Columns

  • We weten inmiddels dat één klacht een carrière kan breken. Laten we zeggen: twee klachten. Meestal anoniem, want vaak zijn klagers geen dappere mensen.

  • ”En? Hoe waren je kerstdagen?”
    Al levenslang heb ik een lichte hekel aan opsommerige antwoorden, want zo’n antwoord is hier dan wenselijk: wat je hebt gedaan, met wie, hoe het eten was, nog cadeaus gekregen? In je jeugd, later soms ook nog, moest je zo ook over je verjaarda... lees meer

  • “Fijne dagen!” Hoe vaak hoorden we die wens deze week? Graag wil ik altijd fijne dagen, maar de komende twee moeten fijner dan fijn zijn. Is misschien best hard werken.

  • Waar ik zo nu en dan aan terugdenk is dat ik als kind het liefst zo laat mogelijk naar bed ging. Opblijven, ja, dat is het woord: “Mag ik nog even opblijven?” En als dat mocht, was het een triomf waarvoor je nauwelijks woorden had. Opblijven! Nooit vroeg naar bed. Want dat was h... lees meer

  • Vreemd dat het woord van het jaar me nog nooit opgetogen heeft gestemd. Nooit dacht ik: wat fijn dat dit is toegevoegd aan de woorden die we al hadden. Hoe meer woorden, hoe beter, dat natuurlijk wel, onze zeggingskracht wordt er sterker van.

  • Vorige maand stuurde een vriend me een bericht door uit Brussel. Ging over de Smurfen, stripfiguren die ik ken uit mijn kindertijd en van Vader Abraham en die me nooit konden boeien. Het bericht interesseerde me echter. Op muren in Brussel worden veel striphelden geëerd. Ze staa... lees meer

  • Ver weg, Ridderkerk. Ben er nog nooit geweest, zou ook niet weten waarom. Ik ken zelfs niemand die het ooit over Ridderkerk heeft. Toch spat er een bericht uit vandaan dat je enige tijd bezighoudt: “Man overleden na ontploffing vuurwerk.” 

  • Vorige week moest ik in een theater voorlezen uit mijn nieuwe boek. Daar was ook Suzanna Jansen die De omwenteling schreef. Over het gevecht dat vrouwen vorige eeuw moesten leveren om als `gewoon mens’ te worden behandeld. Ze las een passage voor waarin haar moeder van... lees meer

  • Er zijn van die verschijnselen die zich telkens weer voordoen. Ze zijn niet van het hoogste belang, maar hebben iets irritants en ook fascinerends. Bovendien zijn ze niet te verklaren. Bijvoorbeeld een ding dat je zojuist nog in handen had en ineens nergens meer te vinden is, te... lees meer

  • Ineens besefte ik weer dat het me nooit is gelukt een hobby te hebben. En Kuifje dan? Ik verzamel toch spullen die met zijn avonturen te maken hebben? Ja, is zo, maar dat beschouw ik niet als een hobby. Ik heb ook veel boeken, maar dat is ook geen hobby. Hoort bij mijn manier va... lees meer

  • De kerstsfeer zit er behoorlijk in. Dan heb ik het niet alleen over de bont verlichte bomen en andere fascinerende kerstversiering. Ik las een artikel over het iets te grote aanbod van ballen voor de boom, ballen die geen ballen meer zijn, maar kleine vleugelpiano’s of hotdogs.... lees meer

  • Ja, het probleem met excuses is dat het niet alleen maar een woord mag zijn, niet alleen iets wat je uitspreekt. En dan ook zeker niet denken dat daarmee een kwestie uit de wereld is. Als excuses uit het hart komen, en dat is te voelen, is dat het begin van een nieuwe fase.... lees meer

  • Wat een monter stemmend bericht dat kinderen beter leren lezen als ze voorlezen aan honden. Uit Amerika overgewaaid, maar gangbaar in de Achterhoek. `Kwispellezen’ heet het. Woord mag van mij in het rijtje Woorden van het Jaar. Belangrijk is dat de hond geen oordeel heeft, dus k... lees meer

  • Heb het vaak gezegd: in de vroege ochtend vragen kleine dagelijkse gebeurtenissen intenser om aandacht dan een paar uur later misschien het geval is. Alles lijkt zichtbaarder, ieder geluid is beter te horen. Zelf bezie je alles met een andere concentratie, alsof je gevoeliger be... lees meer

  • In 2030 moet iedere leraar die voor de klas staat, bevoegd zijn. Vast een uittekende ontwikkeling, maar al levenslang kan ik zo nu en dan nadenken over het woord `bevoegd’.
    Eind jaren zeventig was ik kortstondig werkzaam in het hoger beroepsonderwijs. Ik gaf het vak schrift... lees meer

Pagina's