Jano van Gool

In de Pers

Montere Weemoed II, met Thomas Verbogt & Beatrice van der Poel - Gezien op 2 maart 2022, OBA Theaterzaal, Amsterdam  ... - Kester Freriks in: Theaterkrant lees meer
The Tree of Life. Soeben ausgelesen: Thomas Verbogt – „Wenn der Winter vorbei ist“ (2020) - Keine 100 Seiten und auch keine 50 Seiten, nein genau eine einzige Seite brauchte es.... - David Wonschewski in:  lees meer
Nieuwe roman van Thomas Verbogt, een wrokloze boomer - Thomas Verbogt zoekt naar manieren om van het leven te houden en er zin aan te geven.... - Rob Schouten in: Trouw lees meer

Recent

Er zijn nog geen toneelstukken toegevoegd

Straat

In haast alle media wordt de vraag gesteld hoe het zit met onze Oranjekoorts. Meteen komt ook het antwoord: valt wel mee. Als ik het goed begrijp is dat laatste een probleem, want het hoort zo bij ons dat we die koorts wél hebben. Deskundigen zeggen dat het de schuld van corona is: onze saamhorigheid is verdwenen. We mogen bijvoorbeeld niet in groepsverband voor een groot scherm in een café of op een plein gaan zitten. Onze straten hysterisch optuigen mag wel, maar daar zie ik nauwelijks beelden van. Zijn er nieuwe liedjes? Ik hoor die niet.
Ik citeer de merken- en retaildeskundige Paul Moers: “Het wordt meer een EK van jezelf dan een EK met elkaar.” Maar hij voegt er geruststellend aan toe: “Al denk ik wel dat de individuele koorts snel toeslaat als het toernooi begint.” 
Het hangt er natuurlijk ook vanaf wat ons elftal doet. We geven het niet graag toe, maar de jongens zijn geen dringende koortsoorzaak. Tot nu toe.
Bij ieder toernooi haal ik wel een oranje dingetje in huis. Ik vind het een lelijke kleur, maar alla. Een kleinigheid, een bierglas met opdruk, zoiets. Nog niet gedaan. Ik ben niet iemand voor een juichcape. Past ook niet bij de individuele beleving. Ik schaam me bijna nergens voor, maar ik zou er toch last van hebben als de buren tijdens een wedstrijd mijn raam passeren en ik hen horen zeggen: “Zie je dat, Thomas heeft zijn juichcape om.”
In het reclamefilmpje van de supermarkt die de juichcapes verstrekt, verlaat Frank Lammers na een doelpunt buiten zinnen het huis, de straat op. Misschien zou ik dat moeten willen, maar stel dat verder niemand anders dat doet. En ik na een paar meter bedremmeld rechtsomkeert maak. Daar moet je dan best van herstellen.