Jano van Gool

In de Pers

Montere Weemoed II, met Thomas Verbogt & Beatrice van der Poel - Gezien op 2 maart 2022, OBA Theaterzaal, Amsterdam  ... - Kester Freriks in: Theaterkrant lees meer
The Tree of Life. Soeben ausgelesen: Thomas Verbogt – „Wenn der Winter vorbei ist“ (2020) - Keine 100 Seiten und auch keine 50 Seiten, nein genau eine einzige Seite brauchte es.... - David Wonschewski in:  lees meer
Nieuwe roman van Thomas Verbogt, een wrokloze boomer - Thomas Verbogt zoekt naar manieren om van het leven te houden en er zin aan te geven.... - Rob Schouten in: Trouw lees meer

Recent

Er zijn nog geen toneelstukken toegevoegd

Middelpunt

Of ik ooit in Lunteren ben geweest, weet ik niet. Nu wandel ik er met vrienden doorheen. We zoeken de schoonheid en de stilte van de Veluwe op. En we hebben gehoord dat hier in de buurt het middelpunt van Nederland is. Daar willen we naartoe, het is iets dat we meegemaakt moeten hebben, zo’n middelpunt. We wisten niet eens dat Nederland een middelpunt had. Iemand moet dat berekend hebben, een daad waarvan we graag willen weten hoe je erop komt. In Lunteren zien we een slagerij waar broodjes te koop zijn. Die broodjes worden op een bord boven de ingang zeer geprezen: de beste die er bestaan, zoiets. We krijgen er honger van. Trék – dát is het woord. In de winkel staat een meisje in wie zich grote kalmte heeft gevestigd. Haar uitstraling maakt diepe indruk op ons. Een van mijn vrienden zegt dat we broodjes komen eten. Het meisje knikt en zegt dat ze er nog maar twee heeft. We zijn met vijven. Aan ons allemaal is te merken dat we snappen dat er een probleem is ontstaan en ook dat we dit probleem zo bevredigend mogelijk willen oplossen. Het meisje denkt na en kijkt dan mij aan: `Je kunt natuurlijk even naar de bakker lopen.’ Ze wijst luchtig de hoek om. `En daar broodjes kopen. Dan besmeer ik ze voor jullie.’ Tijdens het uitspreken van die laatste woorden, steekt ze een mes omhoog. Deze gang van zaken klinkt knus. Ik snap wat me te doen staat, ga dat doen en doe het graag. Lunteren tintelt gul in de lentezon. Ik hoor vrolijke vogels, meer dan in de stad waar ik vandaan kom. Ik vind dat ik goed bezig ben.

Columns

  • Een dag van nationale rouw was er al heel lang niet. De laatste keer in 1962. Toen waren er twee: de begrafenis van prinses Wilhelmina en de treinramp bij Harmelen. Vage herinneringen heb ik eraan. Hoe zal ik over een tijd aan gisteren denken? Uiteraard had ik het kunnen weten,... lees meer

  • Het is niet verbazingwekkend dat oplichters een slaatje willen slaan uit de ramp met MH17. Niets is meer verbazingwekkend. Ik kreeg nog geen mailtje van een nabestaande die geld inzamelt voor een goed doel. Die mailtjes worden wel verstuurd. Als je er een ontvangt, kun je dat me... lees meer

  • Waar gaat het allemaal ook alweer over? Over welke belangen? Welke idealen? Ik stel me nabestaanden voor die op televisie het rampgebied zien en zich afvragen waar hij ligt of zij, hoe het gegaan is die laatste seconden. Ja, wat is er aan de hand? Wie wil wat? Over de onthutsend... lees meer

  • Op de laatste dagen van de Vierdaagse denk ik graag aan de luchtige, ja fééstelijke spanning die in de stad van mijn jeugd hing. Vandaag kan ik er helaas niet bij zijn, maar twee jaar geleden was ik dat wel en ik merkte dat ik met mijn blik van toen naar nu keek. Dat doe ik va... lees meer

  • Het is het omgekeerde van wat met Sinterklaas gebeurt: een grote menigte viert de aanvang van zijn triomftocht, maar niemand zwaait hem uit. Over drie dagen juichen we in Nijmegen de wandelaars toe die de Vierdaagse hebben afgelegd, maar wie stond vanochtend bij de Wedren toen z... lees meer

  • Onweer om heimwee naar te hebben, dat van eergisternacht. Natuurlijk snap ik dat je weinig met deze mededeling kunt, als je kelder onder water liep of de bliksem een boom op je huis knalde, maar zelf ben ik een liefhebber van noodweer, vooral dus van onweer dat niet te kort duur... lees meer

  • Goed dat je herinneringen ook kunt afsluiten. Ik wist niet dat het kon, maar na een dagje bezinning weet ik het wel. Ben blij dat we zondag niet tegen Duitsland hoeven te spelen. De dagen voorafgaande aan woensdag hoorde ik iets te vaak korte, vage gesprekken over veertig jaar g... lees meer

  • Onze gezondheid loopt geen gevaar bij een bezoek aan een lunchroom, begrijp ik. (Even iets anders dan voetbal.) Ik lees over een onderzoek dat verricht naar hygiëne. Misschien zie ik iets over het hoofd, maar het gaat dus vooral over lunchrooms. Mooi woord uit een andere tijd: l... lees meer

  • Toen het zaterdagavond tegen half tien stil begon te worden op straat, keek ik nog even naar buiten. Stilte op straat vind ik aantrekkelijk. Er passeerden een man en een vrouw, duidelijk een echtpaar – ik moet ooit nog eens helder omschrijven waaraan dat precies te zien is. Hij... lees meer

  • Iedereen die ik spreek, is opgewonden vanwege de wedstrijd van morgenavond, ook mensen van wie ik dat niet zou verwachten. Ik ben het ook en moet mijn best doen me bezig te houden andere zaken die aandacht vragen. Soms denk ik: als we morgenavond verliezen, hoe moet het dan daar... lees meer

  • Natuurlijk zijn er mensen die zogenaamd niet snappen waarom we zo bezig zijn met `dat’ voetbal. En dat moet je dan uitleggen. Word ik chagrijnig van, even maar, want dan is het weer over omdat ik aan de wedstrijd van vanavond denk. O ja, die mensen vragen ook: `Wat is er dan van... lees meer

  • Iemand zijn lintje afnemen, ja, dat is een tragiek die moeilijk te duiden is. Critici van de homeopathisch arts Jan Scholten willen dat minister Schippers dat doet. Die critici vinden Jan Scholten een oplichter, omdat hij korreltjes uitdeelt aan doodzieke Aidspatiënten in Afrika... lees meer

  • Vaak, iets te vaak gebeurt het dat ik mensen niet herken terwijl dat wel zou moeten. Bijvoorbeeld op plaatsen waar ik hen absoluut niet verwacht. Of als ik in gedachten ben. Of als ik me heftig concentreer op iets wat zich dadelijk zal voordoen, bijvoorbeeld in de wachtkamer van... lees meer

  • Toen ik jong was, zeiden me ouders soms iets waarbij ik me niets kon voorstellen, en dat irriteerde me Bijvoorbeeld: `Het leven gaat zo snel.’ Met de toevoeging: `Dat merk je later wel.’ Voor mij was later nog heel ver weg en ik vond dat het leven helmaal niet zo snel ging. Was het maar later! Nu... lees meer

  • In het café bij mij op de hoek staat in deze tijd al in de namiddag de televisie aan. Voor de voetbalwedstrijden of programma’s over de voetbalwedstrijden. Uiteraard groot scherm. Vrijdagmiddag was dat allemaal nog niet begonnen, maar toch was er beeld. Ik zag De Rijdende Rechter aan het werk. He... lees meer

Pagina's