De meeste vervelende zinnetjes uit mijn kindertijd hoor ik soms nog. Bijvoorbeeld: “Hoe vaak moet ik dat nog zeggen?” Dan ging het om iets wat helemaal niet meer tegen je gezegd hoefde te worden, iets wat je heus wel wist, maar je had geen zin eraan te denken.
Dat vervelen... lees meer
In de Pers
Recent
Er zijn nog geen toneelstukken toegevoegd
Middelpunt
Of ik ooit in Lunteren ben geweest, weet ik niet. Nu wandel ik er met vrienden doorheen. We zoeken de schoonheid en de stilte van de Veluwe op. En we hebben gehoord dat hier in de buurt het middelpunt van Nederland is. Daar willen we naartoe, het is iets dat we meegemaakt moeten hebben, zo’n middelpunt. We wisten niet eens dat Nederland een middelpunt had. Iemand moet dat berekend hebben, een daad waarvan we graag willen weten hoe je erop komt. In Lunteren zien we een slagerij waar broodjes te koop zijn. Die broodjes worden op een bord boven de ingang zeer geprezen: de beste die er bestaan, zoiets. We krijgen er honger van. Trék – dát is het woord. In de winkel staat een meisje in wie zich grote kalmte heeft gevestigd. Haar uitstraling maakt diepe indruk op ons. Een van mijn vrienden zegt dat we broodjes komen eten. Het meisje knikt en zegt dat ze er nog maar twee heeft. We zijn met vijven. Aan ons allemaal is te merken dat we snappen dat er een probleem is ontstaan en ook dat we dit probleem zo bevredigend mogelijk willen oplossen. Het meisje denkt na en kijkt dan mij aan: `Je kunt natuurlijk even naar de bakker lopen.’ Ze wijst luchtig de hoek om. `En daar broodjes kopen. Dan besmeer ik ze voor jullie.’ Tijdens het uitspreken van die laatste woorden, steekt ze een mes omhoog. Deze gang van zaken klinkt knus. Ik snap wat me te doen staat, ga dat doen en doe het graag. Lunteren tintelt gul in de lentezon. Ik hoor vrolijke vogels, meer dan in de stad waar ik vandaan kom. Ik vind dat ik goed bezig ben.
Columns
-
-
In de supermarkt sta ik contactloos te betalen, als er een eindje verder onrust ontstaat, bij de kassa waar mensen afrekenen die een praatje op prijs stellen. Daar briest een mevrouw. Ze heeft kranig haar en is het niet eens met wat er op de kassabon staat vermeld. Het stukje pa... lees meer
-
Ja, hoe heet zo’n voertuigje? Iedereen kent ze wel, die canapeetjes op wielen die steeds vaker in het stadsbeeld te zien zijn. Een brommobiel, hoorde ik iemand zeggen. Een elektrische citycar.
Vorige week stond er ineens een in onze autovrije straat geparkeerd. Het... lees meer -
Wie is er niet aan gewend aan de sirene die iedere eerste maandag van de maand precies om 12.00 uur wordt getest? Niet op nationale en religieuze feestdagen, want dat zijn nu eenmaal dagen waarop er niets alarmerends kan gebeuren. Op Dodenherdenking trouwens ook niet, maar die d... lees meer
-
Toen de straat ruim twee jaar geleden autovrij werd, plaatste de gemeenten aan weerskanten twee rood-witte paaltjes. Die zijn weg te halen. Twee bewoners hebben een sleutel.
-
Er is een reclamespotje dat bedoeld is voor mensen die een vakantie in een zonnig oord overwegen. Er wordt in dat spotje gezegd dat je nieuwe herinneringen kunt gaan maken in, en dan komt er een land. Telkens denk ik na over dat herinneringen maken, over hoe je dat doet? Je ligt... lees meer
-
Woorden waarvoor ik me schaam, probeer ik zo min mogelijk uit te spreken. Als ik het per ongeluk toch doe, voel ik lichte kramp. Bubbels, om maar een woord te noemen. In combinatie met glaasje. Bijvoorbeeld in de zin: “Zullen we een glaasje bubbels doen?” `Doen’ is ook erg trouw... lees meer
-
In de late namiddag ga ik graag naar naar het café op de hoek, even weg uit de kleine wereld van mijn werkkamer naar een andere kleine wereld waarin je je paar momenten kunt verschansen voor wat er vanuit de grote wereld op je afkomt. Voorheen lagen daar de avondkranten, maar di... lees meer
-
Mijn eigen schuld. Gisteren zei ik in gezelschap van jonge intimi dat het morgen Aswoensdag was. En dat ik in een ander leven dan een askruisje ging halen.
De brandende vraag was: “Wát ging je halen?”
Leg dat maar eens uit. Ik moest ver terug in mijn katholieke kindert... lees meer -
In de late namiddag ga ik graag naar naar het café op de hoek, even weg uit de kleine wereld van mijn werkkamer naar een andere kleine wereld waarin je je paar momenten kunt verschansen voor wat er vanuit de grote wereld op je afkomt. Voorheen lagen daar de avondkranten, maar di... lees meer
-
Toen de president van Oekraïne buitenlanders opriep met zijn land mee te vechten, sprak hij van een `vreemdelingenlegioen’. Al vroeg in mijn leven was dat een magisch woord. Soms hoorde je dat iemand zich daarbij aansloot. Eerst naar Marseille en daarna naar een fort in een woes... lees meer
-
Even, héél even, was de oorlog erg ver weg. Zaterdagochtend, de zon scheen popelend, de lente was ineens begonnen. Ik liep naar de markt, passeerde volle terrassen die nooit leeg leken te zijn geweest, iedereen op straat praatte vrolijk, er hing iets zingends in de lucht.
-
Nee, ik heb ook geen glazen bol, ken zelfs niemand die er een heeft. Gisteren hoorde ik het twee keer op de radio, de dag ervoor vaker. Glazen bol.
-
Tegen vijven gisterochtend las ik over de oorlog. Toevallig, ik werd wakker van iets, lawaai op straat, een droom vol raadsels, ik weet het niet, en pakte mijn tablet om te kijken of er nieuws was. Doe ik altijd, maar meestal zoek ik dan naar vrolijk nieuws. Wordt steeds zeldzam... lees meer
-
Ja, het lievelingsnummer van Peter R. de Vries, maar de zeer Britse band Procol Harum heeft meer moois gemaakt dan A Whiter Shade of Pale. Zanger en pianist Gary Brooker overleed vorige week en gelukkig heb ik hem zijn meeslepende en mysterieuze lied een paar keer live... lees meer