Jano van Gool

In de Pers

Montere Weemoed II, met Thomas Verbogt & Beatrice van der Poel - Gezien op 2 maart 2022, OBA Theaterzaal, Amsterdam  ... - Kester Freriks in: Theaterkrant lees meer
The Tree of Life. Soeben ausgelesen: Thomas Verbogt – „Wenn der Winter vorbei ist“ (2020) - Keine 100 Seiten und auch keine 50 Seiten, nein genau eine einzige Seite brauchte es.... - David Wonschewski in:  lees meer
Nieuwe roman van Thomas Verbogt, een wrokloze boomer - Thomas Verbogt zoekt naar manieren om van het leven te houden en er zin aan te geven.... - Rob Schouten in: Trouw lees meer

Recent

Er zijn nog geen toneelstukken toegevoegd

Kwartje

In een van de tuinen van het Rijksmuseum staat een telefooncel, niet in gebruik, je kunt er niet eens bij komen, maar het is een herinnering aan een tijd die voorbij is.
Ik kom er regelmatig langs en altijd dwaal ik in gedachten even door die verdwenen dagen. Het is een cel uit mijn jonge jaren, niet zo’n ontzettend groene die daarna kwam. Wanneer maakten we er voor het laatst gebruik van? Ze werden overbodig door onze mobieltjes, maar gek dat ik niet weet wanneer dat allemaal begon. Ooit moet ik voor het eerst het apparaatje hebben aangeschaft, nog niet wetend hoe dat onze levens zou veranderen, want dat is wel enorm gebeurd. 
Soms heb ik heimwee naar de telefooncel, die oude dus, waarin je alleen met dubbeltjes en kwartjes terecht kon. Die spaarde je op.
Als je wilde telefoneren, moest je het huis uit. Dus je ging nooit zomaar bellen. `voor de gezelligheid’ zoals sommige mensen zeggen of nog erger: `Even bijkletsen’. 
Nee, een telefoongesprek voerde je efficiënt en als de persoon aan de andere kant van de lijn toch iets te lang van stof was, zei je dat je dubbeltjes en kwartjes helaas op waren. 
In de vakantie moest je natuurlijk vanaf het kampeerterrein naar huis bellen, ook omdat je ouders je verblijf en alles wat daarbij kwam kijken, gesubsidieerd hadden. Stond altijd een lange rij voor de enige telefooncel. Die wachttijd benutte je door te werken aan een bondige formulering (één kwartje!). Toen had ik het ook al niet zo op uitvoerige vakantieverslagen, zeker niet als ik die zelf moest uitspreken. Graag vatte ik het in de te warme cel flitsend samen: “Het is hartstikke leuk hier.” En mijn moeder zei dan: “Fijn. Wel verstandig zijn, hè. En niet verdrinken.” Klaar.