Blijkbaar heb ik nog iets met Monopolie, want ik schrok toen ik las dat er een versie is verschenen die in ongeveer dertig minuten gespeeld kan worden. Er stond bij hoe dat kan, maar die uitleg ging aan me voorbij. De fabrikant komt hiermee omdat hij mee wil doen met de huidige tijd. Daarom kan h... lees meer
In de Pers
Recent
Er zijn nog geen toneelstukken toegevoegd
Stuk
Je went er zo aan dat je een station niet meer binnenkomt zonder geldig kaartje. Je kunt dan niet door de poortjes. Dat kaartje is bij voorkeur de ov-chipkaart. En als je die niet hebt, kun je een los kaartje kopen, geloof ik, maar iedereen die dat weleens heeft gedaan, weet dat dat véél tijd kost, maar goed, als je weet hoe iets in elkaar zit, moet je er verder niet over zeuren. Doe ik niet. De NS is trouwens duidelijk over deze kwestie: `We kunnen niet met iedere minderheid rekening houden.’ Ik ben héél erg tegen zwartrijders en tegen mensen die op stations rondhangen om er te klieren. Dus prima dat er iets tegen hen ondernomen wordt. Nog niet zo lang geleden vond ik mezelf behoorlijk conservatief als ik zoiets beweerde, maar die tijd is gelukkig voorbij. Ergens in mij pruttelt er een lichte zorg en die heeft te maken met de kwetsbaarheid van de NS. Ik bedoel: daar gaat snel iets stuk. Ik heb het nu dus over de werking van de poortjes. Een paar mensen hoesten toevallig tegelijkertijd: poortjes ontregeld! Ik noem maar wat, maar misschien overdrijf ik niet eens. En dan kunnen we dus het station niet uit. Je hebt hoge en lage poortjes. Over de lage is heen te springen, maar niet iedereen is daar bedreven in. En misschien mag het niet eens van de stationspolitie. Ik stel me dus voor dat je uit een vertraagde trein komt (harde wind en voorjaarssneeuw) en dan het station niet kunt verlaten. Ik weet zeker dat er mensen zijn die daar niet tegen kunnen. Ik voorspel een nieuwe fobie! En nieuwe woede natuurlijk.
Columns
-
-
Sommige mensen kunnen het zo overtuigend zeggen: `We gaan het helemaal voor u in orde maken.’ Of: `We gaan dat héél netjes voor u in orde maken.’ Zeg ik zelf zelden: héél netjes. Ja, vroeger, maar toen was er veel meer héél netjes dan nu, waarmee ik ab-so-luut niet zeg dat vroeg... lees meer
-
Je mag komkomkommerberichten natuurlijk niet met elkaar vergelijk. Ieder heeft een geheel eigen zomerse uitstraling. Ze moeten wél gedoseerd worden. Twee tegelijk vind ik bijvoorbeeld veel. Was vorig etmaal aan de hand. Eerst de krokodil in Arnhem. Een dode, maar dat maakt niet... lees meer
-
Over het weer praat ik niet graag. En klagen is helemaal uitgesloten. Ik ken mensen die eerst een halve zomer lang zeurden dat het te koud was en toen was het ineens weer te warm. Kom op zeg. Wel let ik graag op opvallende verschijnselen die met het weer te maken hebben, verschi... lees meer
-
Vreemd dat je van sommige mensen denkt dat ze al een tijdje dood zijn. Had ik toen ik eergisteren hoorde dat Michel van der Plas was overleden. Wie kent hem nog, wie denkt nog weleens aan hem? Toevallig lag er een door hem geschreven boek op mijn bureau: `Daarom, mijnheer, noem... lees meer
-
Nu de Tour voorbij is, in België alles weer normaal en van onze koninklijke familie de gebruikelijke slappe maar sympathieke foto’s zijn geschoten, lijkt er alleen nog maar een nationaal hitteplan te bestaan. Dat plan heb ik nog niet bestudeerd, maar ik probeer in mijn omgang me... lees meer
-
Zaterdagavond keek ik naar het Belgische volksfeest op de Vossenmarkt in Brussel. Die plek zit trouwens al ongeveer mijn hele leven in mijn hoofd want daar begint een avontuur van Kuifje, Het Geheim van de Eenhoorn. Ik keek niet lang, want het stemde nogal vreemd droevig. Wel wa... lees meer
-
Bijna altijd moeten verkleinwoorden een alarmbelletje doen rinkelen. Denk bijvoorbeeld aan de ontregelende vraag: heb je een minuutje? Mijn bevriende buren stellen ’s avonds voor: `Zullen we rond een vuurtje op het dak gaan zitten.’ Dak is hier niet het dak van kom-van-dat-dak-a... lees meer
-
Met mijn moeder had ik het er laatst nog over: we gingen altijd naar de intocht van de Vierdaagse kijken bij vrienden die een huis hadden op de Annastraat, de Via Gladiola, een huis met een groot balkon. Vandaar keken we. Mijn laatste keer was op mijn veertiende. Daarna vroegen... lees meer
-
Zijn baasjes zijn met vakantie, daarom moet ik op de buurpoes passen. Hij is geen poes, maar een kater. `Poes’ is echter een mooier woord, zachter. Hij is overigens ook geen ware kater meer, maar geholpen. Ik pas trouwens niet op hem, geef hem alleen maar eten en drinken. Op poe... lees meer
-
Van sommige Bekende Nederlanders is het maar vaag helder waaróm ze bekende Nederlanders zijn geworden. Meestal zijn die ook op geheel eigen wijze ontzettend irritant. Bijvoorbeeld Erik Hulzebosch. Ergens in de tweede helft van de jaren negentig won hij net niet de Elfstedentocht... lees meer
-
Forse man van een jaar of dertig steekt de straat over. Hij heeft zomerse kleuterkleding aan, telefoneert intens en kijkt daarom niet op of om. Ik nader hem fietsend en manoeuvreer mijn fiets om hem heen. Gaat maar net, want er wil ook een vrachtwagen voorbij.
-
In een erg oude agenda vind ik een papiertje waarop mijn vader iets aangaande de Vierdaagse heeft getypt. Hij citeert het reglement: `Onder wandelen, c.q. marcheren wordt verstaan het zich zodanig voorwaarts bewegen dat er voortdurend contact met de grond wordt gemaakt en het to... lees meer
-
Onderzoek wijst uit dat de secretaresse liever niet meer secretaresse genoemd wordt, maar assistant. In het Engels dus. Van wie komt het idee zo’n onderzoek te laten verrichten? Rimpelde er onrust in de wereld van de secretaresses? Als Zelfstandige Zonder Personeel heb ik dus he... lees meer
-
Terwijl ik meeleef met de vraag of de wolf terug is in Nederland, rook ik ineens carbolineum. Ik bevind me in een omgeving waarin niets met dit product is bewerkt, nee, het is de geur van een herinnering. Ik kijk even over mijn schouder en ben ongeveer vijftig jaar terug in mijn... lees meer