Jano van Gool

In de Pers

Montere Weemoed II, met Thomas Verbogt & Beatrice van der Poel - Gezien op 2 maart 2022, OBA Theaterzaal, Amsterdam  ... - Kester Freriks in: Theaterkrant lees meer
The Tree of Life. Soeben ausgelesen: Thomas Verbogt – „Wenn der Winter vorbei ist“ (2020) - Keine 100 Seiten und auch keine 50 Seiten, nein genau eine einzige Seite brauchte es.... - David Wonschewski in:  lees meer
Nieuwe roman van Thomas Verbogt, een wrokloze boomer - Thomas Verbogt zoekt naar manieren om van het leven te houden en er zin aan te geven.... - Rob Schouten in: Trouw lees meer

Recent

Er zijn nog geen toneelstukken toegevoegd

Zonnetje

Maandagochtend, kwart over zeven, ik zit licht te ontbijten, dadelijk naar de fitnessclub. Op de radio vraagt de parmantige presentatrice van het ochtendprogramma aan de weerdeskundige: `Gaat de paraplu mee of niet?’ Het antwoord luidt: `De lucht is bewolkt. Hier en daar valt een spatje motregen en als u daar doorheen loopt, zou ik de paraplu opzetten.’ Ik knik. Het is nuttig de functie van de paraplu zo nu en dan in het zonnetje te zetten. Op de fitnessclub ben ik de enige. En de trainer is er natuurlijk, een nieuwe. Als we ons aan elkaar hebben voorgesteld zegt hij: `Blijkbaar heeft iedereen opstartproblemen.’ Ik zeg: `Maar ik niet.’ Soms wil ik zoiets duidelijk geformuleerd hebben. Zo’n dag is het onderhand wel. Als ik op een apparaat ben gaan staan waarop ik heel hard nergens heen kan lopen, zegt de trainer: `Ga je maar lekker uitleven.’ Dat wordt niet zo vaak tegen me gezegd. Hetzelfde geldt voor een vraag die de nieuwe trainer komt stellen als ik een minuut of tien nergens heen op weg ben. Het zweet spat van mijn hoofd. Het is een vraag die me nog nooit is gesteld: `Werk je eigenlijk nog?’ Ik antwoord dat ik dat nog doe en als het dan even stil is, voeg ik eraan toe wat dat werk inhoudt. Als ik nog iets harder nergens heen ga lopen, vraagt de trainer: `Is het dan niet wat vroeg?’ Ik vraag hoezo en hij zegt dat hij dacht dat schrijvers altijd… Hij maakt zijn gedachte niet af. Ik begrijp wat hij bedoelt. Misschien moet ik er onderhand maar eens mee beginnen: altijd enzovoort. Ben er oud genoeg voor.

Columns

  • “Je moet een muts kopen.”
    Advies van iemand die het goed met me voor heeft. Ik voel altijd lichte irritatie als ik bemoeienis merk met mijn omgang met winterse dagen. Dat zijn het nu nog niet, maar ze komen er waarschijnlijk wel aan, de dagen zijn er nu al voor aan het oefe... lees meer

  • Nee, ik wil het er even niet over hebben, over hoe het moet met dit land. Altijd als iemand `dit land’ zegt, weet je dat er iets alarmerends aan de hand is. Je hoort nooit dat in dit land de bloemencorso’s onvergetelijk zijn of dat er in dit land prachtige potloden geproduceerd... lees meer

  • De dagen worden kouder. Op een echte winter hoeven we niet meer te rekenen, er komt van die laffe, natte kilte. Ik merkte het gisteren voor het eerst. 
    Dus in alle vroegte uit het warme bed op de tast naar de keuken waar het bedieningsding hangt. Daarop moet je je temperatu... lees meer

  • Terwijl ik naar het stemlokaal liep, nam ik me enorm voor me op volle kracht te concentreren op de democratische handeling die ik daar ging verrichten. Ik was niet zwevend en zeker van mijn zaak, maar juist daarom. Nonchalance ligt dan gretig op de loer. Dus goed opletten, even... lees meer

  • Gek dat ik niet weet of het voor mij een rol speelt, het uiterlijk van politici, kleding, stand van ogen, mondhoeken. Ik lees er een artikel over en begrijp dat een blauw pak goedaardigheid uitstraalt, maar als je daarbij, als man, een rode das draagt, laat je zien dat je daadkr... lees meer

  • Al die tijd geweten en toch te laat ingestapt, met open ogen. Heb het over artificiële intelligente: AI. Er gebeurt van alles mee en ik ga er nonchalant aan voorbij. Mijn houding is: zien we tegen die tijd wel. Is dom, want wat ik met `tegen die tijd’ bedoel, is al lang de hoogs... lees meer

  • De aankomst van Sinterklaas, de intocht, wil ik graag als een belangrijke gebeurtenis blijven beschouwen. Lukt me niet eens te doen alsof ik dat niet vind. Daarom zette ik zaterdag aan het einde van de ochtend de televisie aan.
    Vorige week was ik niet in de gelegenheid het... lees meer

  • Meestal lopen we in alle vroegte samen naar de fitnessclub, mijn bevriende buurman en ik. Het is nog donker en stil op straat. Vaak regent het. Een wandeling van een minuut of vijf. Een deel van die tijd hebben we nodig om elkaar te motiveren.

  • PostNL begint op de NS te lijken: altijd afwachten of er gebeurt wat je hoopt dat er gebeurt. Ja, soms gebeurt er niets. Moet er nog aan wennen en weet niet of dat lukt.
    Ik loop nog steeds graag naar de brievenbus, altijd een productieve wandeling. En ondertussen denk ik no... lees meer

  • Soms heb je dat, dat je ineens over je bestaanszekerheid zit na te denken. Piekeren ja. Had ik gisterochtend. Waren doodlopende gedachten, waardoor `bestaanszekerheid’ alleen maar een woord bleef in plaats van een belofte.

  • Een vriend zou net als ik een nieuwe knie krijgen. Net als de mijne deed zijn oude knie het niet meer ten gevolge van sportbeoefening. Ja, graag gebruik ik het woord `sportblessure’. Dan lijkt het allemaal niets te maken te hebben met aftakeling. Daar moet je je natuurlijk óók b... lees meer

  • Als er iets moet doen waar ik tegen opzie, doe ik het liever meteen. Kort door de bocht samengevat: dan is het tenminste gebeurd. Ik kan niet tegen uitstel. Nee, dat is niet waar. Uitstel van iets moois vind ik geen probleem, integendeel, ik houd ervan me dan te verheugen op wat... lees meer

  • “English please,” onderbreekt de vriendelijke supermarktmedewerkster me als ze mijn boodschappen bij de zelfscankassa wil controleren. Knorrig heb ik gezegd dat ik iedere keer de klos ben. Of ik de indruk maak de winkel leeg te willen roven?
    Beetje moeilijk doen mag best: h... lees meer

  • Had ik nog niet meegemaakt: ineens kon ik de huiskamer niet uit. Opgesloten ja, maar dat is een te groot woord. Deurklink was eruit gevallen, binnen- en buitenkant deur. Ik had een afspraak elders in de stad en stond al met mijn jas aan.

  • Drie keer vulde ik de stemwijzer in. De eerste twee keer kwam ik niet uit op de partij waarop ik wilde stemmen. Ik merkte dat ik over sommige kwesties wat langer na moest denken dan ik dacht. Dat is natuurlijk ook het nut van de stemwijzer. De derde keer eindigde ik bij de parti... lees meer

Pagina's