Jano van Gool

In de Pers

Montere Weemoed II, met Thomas Verbogt & Beatrice van der Poel - Gezien op 2 maart 2022, OBA Theaterzaal, Amsterdam  ... - Kester Freriks in: Theaterkrant lees meer
The Tree of Life. Soeben ausgelesen: Thomas Verbogt – „Wenn der Winter vorbei ist“ (2020) - Keine 100 Seiten und auch keine 50 Seiten, nein genau eine einzige Seite brauchte es.... - David Wonschewski in:  lees meer
Nieuwe roman van Thomas Verbogt, een wrokloze boomer - Thomas Verbogt zoekt naar manieren om van het leven te houden en er zin aan te geven.... - Rob Schouten in: Trouw lees meer

Recent

Er zijn nog geen toneelstukken toegevoegd

Bierbrouwerij

Je hoeft maar even over je schouder te kijken en je ziet jezelf als kind door je geboortestad lopen, op een herfstige ochtend vol zacht licht. Je bent op weg naar school. En je kijkt over je andere schouder en het is vijftien jaar later dan toen. Weer een herfstige dag, je loopt door een andere stad dan je geboortestad, er is iets misgegaan in je leven, je vraagt je af hoe het de komende tijd  moet. Het verleden is nooit ver weg, het meldt zich altijd, ook als je er geen erg in hebt of er niet om vraagt. Ik noteer dit in de vroege ochtend, in de eerste trein naar het diepe zuiden van het land. Ik ben de enige in de coupé, het is nog nacht. Soms gaat er een licht aan in het landschap waar de trein zich doorheen haast. Ik hoef niet eens over mijn schouder te kijken, ik ben zeventien en zit in de eerste trein, van Nijmegen naar Breda. Over een paar uur moet ik naar school, maar dat gaat niet gebeuren, morgen ook niet, misschien wel nooit meer. Mijn puberteit heeft het kookpunt bereikt, het leven om me heen is veel te klein voor me. Iemand die denkt dat die iets over me te zeggen heeft, verdraag ik niet. De school is een gevangenis en het lukt me niet te geloven dat mijn ouders het beste met me voor hebben. Met de liefde is het ook een schrale bedoeling, want meisjes voor wie ik gespannen belangstelling voel, hebben iets anders aan hun hoofd dan mij, bijvoorbeeld doortastende jongens met zeilboten. Daarom wordt het tijd voor een nieuw leven. Daarom zit ik in de eerste trein, wat verder niemand weet, behalve die de vriend in Breda naar wie ik op weg ben. Die vindt het ook de hoogste tijd voor een nieuw leven. We hebben nog geen idee hoe we dat efficiënt gaan aanpakken, maar twee weten meer dan een. Het is nog steeds donker als ik in Breda arriveer. Het huis waar de vriend woont, bevindt zich in de buurt van een bierbrouwerij, Oranjeboom, geloof ik. Die ruik ik. Weer dus.