Jano van Gool

In de Pers

Montere Weemoed II, met Thomas Verbogt & Beatrice van der Poel - Gezien op 2 maart 2022, OBA Theaterzaal, Amsterdam  ... - Kester Freriks in: Theaterkrant lees meer
The Tree of Life. Soeben ausgelesen: Thomas Verbogt – „Wenn der Winter vorbei ist“ (2020) - Keine 100 Seiten und auch keine 50 Seiten, nein genau eine einzige Seite brauchte es.... - David Wonschewski in:  lees meer
Nieuwe roman van Thomas Verbogt, een wrokloze boomer - Thomas Verbogt zoekt naar manieren om van het leven te houden en er zin aan te geven.... - Rob Schouten in: Trouw lees meer

Recent

Er zijn nog geen toneelstukken toegevoegd

Blokken

Dit jaar heb ik het niet over mijn eindexamendromen. Dus dat alles opnieuw moet. Grimmige ambtenaar van het ministerie van Onderwijs belt aan: `Zo Verbogt, we gaan alles is heel keurig overdoen, maar nu zonder te frauderen.’ Die droom of een droom die daarop lijkt, zal me de komende tijd heus wel overkomen, maar ik praat er niet meer over. Natuurlijk schiet ik er wakker van in de nacht en loop ik de eerste uren van de nieuwe dag bedremmeld rond, maar ik val er niemand mee lastig. Je kunt er best een, wat dan heet, goed gesprek over hebben, maar uiteindelijk heb je daar niets aan, want volgend jaar komen ze weer terug, die dromen. Ik sprak laatst vrienden en vriendinnen uit die tijd en ze kennen het verschijnsel. Dat luchtte me op. Volgende week beginnen de eindexamens dus. Dit weekend is het voor veel scholieren blokken geblazen. Kost me geen enkele moeite me dat weekend te herinneren. Mijn kamer lag vol boeken en papieren met aantekeningen. En ik zat op een stoel in het midden daarvan, als verstéénd. Er stond hard muziek van de Rolling Stones op, de elpee die ik in december daarvoor op mijn verjaardag had gekregen, Sticky Fingers. In mijn handen had ik een schrift dat vol zwakke punten stond, Franse, Duitse woorden die ik maar niet kon onthouden, wiskundige formules, kaartje van een veldslag in een uithoek van het Romeinse rijk, dat soort dingen. Het was volop lente, om de haverklap blies de zachte wind bloesemblaadjes door de stille straat. De toekomst popelde onstuitbaar, daarom kon ik me niet bewegen.