Jano van Gool

In de Pers

Montere Weemoed II, met Thomas Verbogt & Beatrice van der Poel - Gezien op 2 maart 2022, OBA Theaterzaal, Amsterdam  ... - Kester Freriks in: Theaterkrant lees meer
The Tree of Life. Soeben ausgelesen: Thomas Verbogt – „Wenn der Winter vorbei ist“ (2020) - Keine 100 Seiten und auch keine 50 Seiten, nein genau eine einzige Seite brauchte es.... - David Wonschewski in:  lees meer
Nieuwe roman van Thomas Verbogt, een wrokloze boomer - Thomas Verbogt zoekt naar manieren om van het leven te houden en er zin aan te geven.... - Rob Schouten in: Trouw lees meer

Recent

Er zijn nog geen toneelstukken toegevoegd

Fouten

Rakkers en stakkers – voor het eerst kwam ik deze grappig klinkende tegenstelling tegen. In een interview met Hugo de Jonge, de minister van volksgezondheid. Vicepremier. Kandidaat om de nieuwe leider van het CDA te worden. Over dat laatste zegt hij dat hij er alleen maar over nadenkt. Dan wordt hij het waarschijnlijk, want zo werkt het in die kringen. 
De andere kandidaat is zijn collega van financiën, Wopke Hoekstra, maar die heeft minder, hoe heet het, flair dan De Jonge en ook niet van die schoenen, want we zien altijd dat die flair daar vooral zit bij minister de Jonge, in die schoenen. Bovendien praat De Jonge makkelijker, wat misschien ook door die schoenen komt, want die vormen ook een soort basis van waaruit je van alles doet. 
In de Nederlandse politiek houden we van mensen die makkelijk praten, omdat ze zo ook makkelijk kunnen verbergen dat ze minder zeggen dan we geneigd zijn te denken. Dat hoort bij het spel, stellen insiders mild. Ik weet echter niet of ik wil weten dat het vaak een spel is. Soms houd ik van ernst.
In het interview dat ik met minster de Jonge las, in Trouw, heeft hij het vooral over de overheid. Dat we goed moeten weten dat die er voor ons is. Daar heb je het weer, denk ik dan, dat ligt zo voor de hand is dat we denken dat het een opvallende uitspraak is als je deze open deur wat verder open zet. Maar goed, hij zegt dat de overheid ons moet meer moet helpen. En dán maakt hij het onderscheid tussen rakkers en stakkers, `mensen die expres iets verkeerd doen en burgers die per ongeluk een fout maken’. Let op het onderscheid tussen `mensen’ en `burgers’. Een uitstekende vraag is hoe het komt dat we per ongeluk (en niet expres) fouten maken.