In de Pers
Recent
Er zijn nog geen toneelstukken toegevoegd
Geldtrommeltje
Soms hóór je jezelf praten en meestal is er dan iets mis, terwijl wat er mis is niet 1, 2, 3 valt duidelijk te maken. Nu hóór ik mezelf bijvoorbeeld zeggen: “Eigenlijk komt het door het warme weer. Dan heb ik geen jasje aan. En daardoor heb ik niet alles bij me.” Ik noteer dit allemaal met grote tegenzin. Ik houd niet van het woord `eigenlijk’, wil het liever nooit over het weer hebben en wat bedoel ik in hemelsnaam met `alles bij me’ hebben? Ik voel dus bijna behoefte me voor deze woorden te verontschuldigen, maar dat wil ik ook weer niet te vaak doen, me verontschuldigen.
Ik sta voor een toonbank in een smalle, frisse ruimte waar je slamaaltijden kunt kopen. Deze zaak is er pas. Ik eet graag sla, weet heel goed hoe ik die aantrekkelijk kan maken, maar ineens had ik zin daaraan geen werk te besteden, dus hup naar de winkel die gedreven wordt door een jong vrouw die volgens mij als zuigeling al sla at.
Ik heb van alles aangewezen, wat ook de bedoeling is. Dus graag een beetje van dit en een beetje van dat. Ja, gráág die dressing eroverheen.
“Dat is dan 11, 90.”
Ik diep een biljet van 20 uit mijn broekzak, strijk het aandachtig glad en wijs ernaar: “Maak er 13 van.” Ik ben nog steeds bezig een man van de wereld te worden. Dan hoor je zoiets ook te zeggen terwijl je ondertussen met iets anders bezig bent, in dit geval met zoeken van het sleuteltje van mijn fiets. Als man van de wereld moet je de indruk wekken dat geld nauwelijks een opvallende rol speelt in je leven.
“U kunt hier alleen maar pinnen,” zegt de vrouw van de sla.
En dan zeg ik het dus van mijn jasje.
De vrouw pakt een ouderwets geldtrommeltje en zegt streng zuchtend: “Voor noodgevallen.”
En ik dan dankbaar knikken.