Jano van Gool

In de Pers

Montere Weemoed II, met Thomas Verbogt & Beatrice van der Poel - Gezien op 2 maart 2022, OBA Theaterzaal, Amsterdam  ... - Kester Freriks in: Theaterkrant lees meer
The Tree of Life. Soeben ausgelesen: Thomas Verbogt – „Wenn der Winter vorbei ist“ (2020) - Keine 100 Seiten und auch keine 50 Seiten, nein genau eine einzige Seite brauchte es.... - David Wonschewski in:  lees meer
Nieuwe roman van Thomas Verbogt, een wrokloze boomer - Thomas Verbogt zoekt naar manieren om van het leven te houden en er zin aan te geven.... - Rob Schouten in: Trouw lees meer

Recent

Er zijn nog geen toneelstukken toegevoegd

Hemel

Hier vlakbij is een grote winkel waarop staat: Kathmandu Outdoor & Travel. Daar kun je van alles kopen voor reizen naar onherbergzame gebieden ver in de wereld. Soms sta ik even stil voor de etalage en zie geavanceerde thermoskannen, truien die de vrieskou trotseren, schoenen voor in het hooggebergte, dat soort dingen. De laatste keer dat ik heel ver weg was, op het dak van de wereld zelfs, is al enige tijd geleden. Dat besef ik sterk daar voor die etalage. Vuurland, schiet het dan door me heen, zou ik daar niet eens naartoe kunnen? Maar ja, van de overheid mag je niet op reis. 
Gisteren sta ik er ook even te kijken, naar zakjes gedroogd voedsel waar je alleen kokend water overheen hoeft te gooien en klaar is Kees. Er komt een man naar buiten, erg groot, erg fors, met een verrekijker. “Effe proberen!” roept hij naar binnen en hij brengt de kijker voor zijn ogen. Ik loop door, moet een paar boodschappen doen, wat ik ineens een wat sullige activiteit vind.
Als ik na een minuut of twintig weer die winkel nader, staat de man er nog steeds, nog steeds met een verrekijker, waarschijnlijk een andere, omdat hij niet over één nacht ijs wil gaan als hij zoiets aanschaft. Kan ook zijn dat het dezelfde is en dat hij al een minuut of twintig naar iets kijkt, wat niemand anders ziet, omdat je het alleen met een kijker kunt waarnemen. Natuurlijk kijk ik met toegeknepen ogen die richting uit, maar er valt me niets bijzonders op, behalve een onrustige hemel, dus toch iets bijzonders.
Eerste keer dat ik door een verrekijker keek was ik zes, bij een vriendje thuis. Ons doel: de achtertuin waar de oudere zus van een klasgenoot lag te zonnen. Hartje zomer was het, ons leven veranderde.