Jano van Gool

In de Pers

Montere Weemoed II, met Thomas Verbogt & Beatrice van der Poel - Gezien op 2 maart 2022, OBA Theaterzaal, Amsterdam  ... - Kester Freriks in: Theaterkrant lees meer
The Tree of Life. Soeben ausgelesen: Thomas Verbogt – „Wenn der Winter vorbei ist“ (2020) - Keine 100 Seiten und auch keine 50 Seiten, nein genau eine einzige Seite brauchte es.... - David Wonschewski in:  lees meer
Nieuwe roman van Thomas Verbogt, een wrokloze boomer - Thomas Verbogt zoekt naar manieren om van het leven te houden en er zin aan te geven.... - Rob Schouten in: Trouw lees meer

Recent

Er zijn nog geen toneelstukken toegevoegd

Mep

Uit betrouwbare bron weet ik dat er binnenkort weer reclamespotjes op radio en televisie komen waarin we worden aangespoord elkaar `een kaartje’ te sturen. Vanwege de feestdagen en het nieuwe jaar. Ik knik instemmend, want ik doe graag kaartjes op de post, het liefst ouderwetse, met een sneeuwlandschap, een blauwe lucht erboven en gekrulde gouden letters, kaartjes die nauwelijks meer te vinden zijn. 
Die spotjes worden gemaakt en uitgezonden in naam van de organisatie die aan die kaartjes verdient, PostNL. Niets op tegen, want zo zit veel in elkaar. Wat me altijd stoort is dat halverwege december in de het journaal beelden worden vertoond die gemaakt zijn op sorteercentra waarin medewerkers die kaartjes niet aan kunnen. Ze zien er bleek en kwaad uit en hebben Kerstmanmutsen op. 
De baas van die mensen die daar bitter de kaartjes sorteren, komt aan het woord. Hij heeft geen Kerstmanmuts op, maar een net pak aan. Hij is een beetje verontwaardigd omdat iedereen denkt dat het zomaar gaat, kaartjes versturen en dan verwachten dat die ook op tijd op hun bestemming arriveren. Ik denk: waarom die wervende spotjes. Is niet belangrijk en ik zeg wel dat het me stoort, maar dat is niet zo, ik ben alleen tegen onredelijkheid. Dat is het misschien niet, maar zoiets.
Jaren geleden kocht ik een voordeelurenabonnement bij de NS. Ik reis vaak, dus waarom niet? Dat wordt ongeldig tijdens de avondspits, want, ik citeer de NS: “Waarom zouden de meeste reizigers in de spits de volle mep moeten betalen, en een bepaalde groep niet.”
Ik hoor tot die bepaalde groep die destijds door de NS is aangespoord een voordeelurenabonnement te kopen. Belangrijk is het niet, maar, hoe heet het?: ja, grappig.