Jano van Gool

In de Pers

Montere Weemoed II, met Thomas Verbogt & Beatrice van der Poel - Gezien op 2 maart 2022, OBA Theaterzaal, Amsterdam  ... - Kester Freriks in: Theaterkrant lees meer
The Tree of Life. Soeben ausgelesen: Thomas Verbogt – „Wenn der Winter vorbei ist“ (2020) - Keine 100 Seiten und auch keine 50 Seiten, nein genau eine einzige Seite brauchte es.... - David Wonschewski in:  lees meer
Nieuwe roman van Thomas Verbogt, een wrokloze boomer - Thomas Verbogt zoekt naar manieren om van het leven te houden en er zin aan te geven.... - Rob Schouten in: Trouw lees meer

Recent

Er zijn nog geen toneelstukken toegevoegd

Mus

Gisteren sprak ik iemand die zojuist teruggekeerd was uit Namibië. Hij zei uit zichzelf wat hij daar gedaan had. Hij wist dat daar vogels te zien waren die nergens anders ter wereld voorkomen. Daarvoor gaat hij om de haverklap op reis: ergens een vogel zien en de naam ervan dan noteren, liefst dus een paar vogels.
Graag zou ik zoiets ook willen, maar ik wil het niet en ik weet ook zeker dat het er nooit van komt dat ik het wel wil. Maar ik vind het iets moois hebben. Ik vroeg of zijn missie geslaagd was. Hij knikte ernstig. Om maar wat te vragen vroeg ik welke vogels het dan waren. Hij noemde namen die me uiteraard niets zeiden, maar die wel pittig klonken.
Ik vraag me bij zoiets af wat je met die kennis doet. Natuurlijk, de wereld wordt er fascinerender van, maar ik bedoel wat er met je gebeurt als je door het schrift bladert waarin al die namen, plaatsen en data staan.
Ik denk ook even aan de Nationale Tuinvogeltelling van afgelopen weekend. Vind ik een sympathieke bezigheid. 50000 mensen deden eraan mee, in mijn omgeving weer niemand, want iedereen heeft het daar veel te drukdrukdruk. Ik verwijt het mezelf niet, want ik heb geen tuin. Had ik er wel een gehad, had ik meegedaan. De huismus werd het meest geteld. Ik zou niet weten of ik de ene mus van de ander kon onderscheiden, zodat het niet onmogelijk was dat ik een mus misschien wel twee of drie keer had geteld. Nou ja.
Iemand die in Namibië naar vogels gaat kijken, zal minzaam glimlachen als ik zeg dat ik de huismus een kwiek vogeltje vind, om het woord kwiek maar weer eens te gebruiken. Mijn kindertijd zat vol mussen. Ze hoorden bij het dagelijks geluk. Bestaat echt: dagelijks geluk. Kunnen we veel aan hebben.