Jano van Gool

In de Pers

Montere Weemoed II, met Thomas Verbogt & Beatrice van der Poel - Gezien op 2 maart 2022, OBA Theaterzaal, Amsterdam  ... - Kester Freriks in: Theaterkrant lees meer
The Tree of Life. Soeben ausgelesen: Thomas Verbogt – „Wenn der Winter vorbei ist“ (2020) - Keine 100 Seiten und auch keine 50 Seiten, nein genau eine einzige Seite brauchte es.... - David Wonschewski in:  lees meer
Nieuwe roman van Thomas Verbogt, een wrokloze boomer - Thomas Verbogt zoekt naar manieren om van het leven te houden en er zin aan te geven.... - Rob Schouten in: Trouw lees meer

Recent

Er zijn nog geen toneelstukken toegevoegd

Opera

Mijn hoofd vind ik maar matig gelukt en ik heb weinig geloof in de decoratieve functie van mijn haar in dat kleine geheel. Kun je mee leren leven. Een kapper beschouw ik als een hulpverlener, meer dan een haarspecialist of, wat veel kappers willen, als kunstenaar. 
Het nieuwe programma van Özcan Akyol heb ik niet gezien. Het heet De Geknipte Gast en Özcan knipt een Bekende Nederlander, terwijl er zich dan een gesprek ontwikkelt. Of ik ga kijken, weet ik niet, want ik vind kappershandelingen zo intiem dat ik er nauwelijks over kan praten, laat staan dat ik verdraag dat het een openbare gebeurtenis is. Ligt niet aan Özcan, alleen maar aan mij.
Hoeveel kappers heb ik in mijn leven bezocht? Bij de laatste ben ik al bijna 20 jaar. Ik hoef niet te zeggen hoe ik mijn haar wil. Daarvan heb ik overigens geen idee, hij ook niet, maar dat geeft niet. Daarvoor waren het er misschien 4 of 5. De eerste was toen ik nog kind was in Nijmegen. Die sprak uitsluitend fel over NEC. Het waren allemaal praters trouwens. 
Ben een groot voorstander van De Kapper Die Niets Zegt, maar die bestaat niet. Het zou moet kúnnen: hij of zij knipt, ik word geknipt en ondertussen luisteren we naar mooie muziek.
Mijn laatste kapper is van de monoloog. Prima. Hij denkt hardop na over een of twee onderwerpen en ondertussen klinkt er vanuit het bijkeukentje een moderne opera.
Een kapper die ik slecht verdroeg, zocht meteen de gedachtewisseling op. Hij opende die met “Het is me wat”. En dan wist ik niet wat. Deze dagen zou het kunnen zijn: “Nou, dat de Borsato’s uit elkaar gaan.”  Altijd onderwerpen waarover ik echt niets te zeggen had. Graag herinner ik me de opluchting van de buitenlucht rond mijn natte haar.