Jano van Gool

In de Pers

Montere Weemoed II, met Thomas Verbogt & Beatrice van der Poel - Gezien op 2 maart 2022, OBA Theaterzaal, Amsterdam  ... - Kester Freriks in: Theaterkrant lees meer
The Tree of Life. Soeben ausgelesen: Thomas Verbogt – „Wenn der Winter vorbei ist“ (2020) - Keine 100 Seiten und auch keine 50 Seiten, nein genau eine einzige Seite brauchte es.... - David Wonschewski in:  lees meer
Nieuwe roman van Thomas Verbogt, een wrokloze boomer - Thomas Verbogt zoekt naar manieren om van het leven te houden en er zin aan te geven.... - Rob Schouten in: Trouw lees meer

Recent

Er zijn nog geen toneelstukken toegevoegd

Paraat

Nuttig is het iets niet zo snel een probleem te vinden. Het bedrijf belooft dat de monteur tussen 8 en 10 komt. Ik wilde net opschrijven dat het probleem is dat er van deze belofte meestal weinig terechtkomt. Is begrijpelijk. Je bent niet de enige die de monteur moet bezoeken. Misschien heeft de klant voor jou een ongemak in huis dat veel meer tijd kost dan voorzien.
Er is iets mis met het internet in huis. Is vaak het geval. Daarvoor kwam ook al vaak een monteur, maar de storing is nooit helemaal opgelost. 
Ik doe mijn best het zo laat mogelijk een probleem te vinden, maar ineens is de maat vol.
De monteur komt tussen 8 en 10. Uiteraard zit ik paraat. Ik zorg ervoor dat ik niet meer naar de wc hoef, want als hij dan belt, ligt er meteen een nors niet-thuisbriefje op de deurmat. Hij is er om 11 uur en ik laat enorm merken dat ik hartstikke oprecht blij ben met zijn komst. De monteur vraagt: “Welke storingsmelding ziet u?” Dat weet ik helaas niet. Het is aan hem te zien dat dit de simpelste vraag is die hij me wil voorleggen. Hij laat het hierbij en gaat aan het werk. Na een halfuurtje roept hij me: “Ik ga nu buiten meten.” Vind ik een geruststellende aankondiging. Hij geeft me twee draden met aan het uiteinde een dingetje eraan, rood en blauw. “Ik bel u dadelijk en dan moet u de krokodillenbekjes verplaatsen.” 
Krokodillenbekjes?
Hij wijst naar de dingetjes aan de draden: “Die heten zo. U kunt erin knijpen. Ziet u?” Hij doet het voor. “Die zet u op die draden.” Hij knikt naar de draden. 
Ik sta in de hal gespannen op zijn oproep te wachten. Met open voordeur. De buurvrouw passeert en zwaait. Ik roep: “Ja, ik moet zo de krokodillenbekjes verplaatsen.” Ze zwaait nog een keer.