In de Pers
Recent
Er zijn nog geen toneelstukken toegevoegd
Respect
De twee pandaberen die we van China te leen hebben, heten Wu Wen en Xin Ya. Dat is op een persconferentie bekendgemaakt. Ik houd erg van het woord `persconferentie’ als het gaat om dit soort kwesties. Ze zijn dus te zien in het Ouwehands Dierenpark in Rhenen. Ik heb weleens in een dierentuin in het buitenland een pandabeer gezien, misschien zelfs wel twee, maar we hoeven niet te rekenen op grappige vertoningen. Daarvoor gaan de meeste mensen toch naar een dierentuin, in de hoop dat de dieren iets koddigs laten zien. Een pandabeer doet dat niet. Hij slaapt of eet bamboestengels. Dat laatste is een tamelijk trage gang van zaken. Heel soms verplaatst hij zich en daarvoor neemt hij ook de tijd. Dit alles valt de pandabeer niet te verwijten, zo zit hij nu eenmaal in elkaar. Dus niet aan het begin van een eindeloze zondag roepen: `Jongens, we gaan straks lekker naar Wu Wen en Xing Ya! Lachen!’ Een pandabeer ziet er natuurlijk wel vertederend uit. Ik heb er al veel aan baby’s cadeau gedaan, speelgoedpandaberen dus. De ouders doe ik daar altijd een groot plezier mee. Bij die kinderen kom ik er later op terug. In mum van tijd zijn ze achttien: `Weet je nog dat ik een pandabeer voor je meenam?’ Als ik die vraag stel, voel ik me ineens erg oud. Ik las dat de directeur van Artis dieren geen namen meer wil geven. Hij is tégen het vermenselijken, uit respect voor de natuur. Ik snap dat wel, maar vind het toch jammer. Er was daar ooit een beroemd nijpaard dat Tanja heette. Volgens mij kon ze niet anders dan zo heten. Het heeft ook iets huiselijks, het schept een band. In gedachten begroet ik de dieren altijd. `Dag Tanja’ klinkt toch heel anders dan `Dag dik nijlpaard’. Huisdieren geven we ook een naam. Die horen misschien wat minder bij de natuur dan dierentuindieren, maar toch. Volgens week komt hier weer de kater Fonz logeren. Hij is niet alleen een kater, maar ook best een mens.