In de Pers
Recent
Er zijn nog geen toneelstukken toegevoegd
Rookworst
Eén keer keek ik even, gisteren, naar de herhaling van de Elfstedentocht van 1997. De herdenking werd groots aangekondigd. Iets te vaak hoorde ik: de tocht der tochten. Ik snap waarom die zo genoemd wordt, maar als erg veel mensen het zeggen, verliest de aanduiding aan kracht.
Het aantrekkelijkst van de tocht der tochten vind ik de start. Gisteren kwam ik er niet toe, maar ik herinnerde me die van 20 jaar geleden wel. Een paar duizend schoenen in een schuur. Ik noem maar wat. Maar het is vooral de duisternis in de late nacht. En de kou natuurlijk. Ik bezag de start vanuit mijn bed en dat is dan een soort paradijs. Ik merkte dat ik ervan kreunde.
Gisteren keek ik even om de kou te zien. Ik houd van kou die je niet alleen voelt, maar ook ziet. Alles om ons heen raakt er verstild door. Je wilt er iets over zeggen, maar je weet niet wat.
Ik las gisteren een interview met Hylke Speerstra, Frieslandkenner bij uitstek. Die vertelt iets over de magie van het ijs in Friesland, over de winters in Friesland, winters van vroeger dus, want de winters van nu kun je nauwelijks winters noemen. Een interview om te bewaren.
De eerste Elfstedentocht die ik me herinner, was die waarvan Reinier Paping de winnaar was, een naam die je meteen nooit meer vergat. Hij eet iedere dag Brinta met rookworst, zei de oom bij wie we die dag televisie keken. Daarna 22 jaar niets en toen was er Evert van Benthem, die hem twee keer achter elkaar won, een bescheiden man die in min of meer ieder televisieprogramma moest opdraven, vaak met zijn aardige vrouw. Daar is goed naar gekeken door de nummer 2 van 1997, de handige, irritante en onvermijdelijke Erik Hulzebosch. Nummer 1 was spruitjeskweker. Nog steeds.