Jano van Gool

In de Pers

Montere Weemoed II, met Thomas Verbogt & Beatrice van der Poel - Gezien op 2 maart 2022, OBA Theaterzaal, Amsterdam  ... - Kester Freriks in: Theaterkrant lees meer
The Tree of Life. Soeben ausgelesen: Thomas Verbogt – „Wenn der Winter vorbei ist“ (2020) - Keine 100 Seiten und auch keine 50 Seiten, nein genau eine einzige Seite brauchte es.... - David Wonschewski in:  lees meer
Nieuwe roman van Thomas Verbogt, een wrokloze boomer - Thomas Verbogt zoekt naar manieren om van het leven te houden en er zin aan te geven.... - Rob Schouten in: Trouw lees meer

Recent

Er zijn nog geen toneelstukken toegevoegd

Stukken

Toen op 1 januari 2002 de euro werd ingevoerd, nam ik afscheid van de drievoudige klapzoen, met wangwisseling. Of beide gebeurtenissen wat met elkaar te maken hebben, weet ik niet. Zou ik over moeten nadenken, maar dat zijn gedachten die me naar héél ver voeren en dat vind ik aan het begin van januari net iets te veel. Ik heb mijn handen vol aan langzaam in het jaar te groeien.
22 jaar geleden dus. De pakkerds maakten plaats voor een lichte, maar toch ook aandachtige omhelzing, met één voorzichtige kus op een plek die daarvoor op dat moment het meest geschikt was. Soms ook zonder die kus, hing af met wie ik het tere contact had.
Beviel goed. Heb ik sindsdien doorgezet en zeker op de eerste dagen van het jaar let ik er goed op dat ik het volhoud tijdens het overbrengen van de beste wensen, want niet iedereen heeft deze gewoonte. En je wilt je uiteraard ook weer niet te afwijzend gedragen.
Gisteren liep ik vroeg op de dag in pittige januariregen naar de fitnessclub en als altijd zag ik op tegen alles wat me daar te doen stond en ook tegen de nieuwjaarswensen. Je kon immers niet negeren dat het 2 januari was.
Maar het viel mee. De werkzaamheden niet, de wensen wel. Iedereen hield het bij een schouderklopje, een hartelijke aanraking van de arm, een subtiele buiging, aangename gang van zaken.
Die werd een uur later op weg naar huis aan stukken gereten. Vage kennis op de fiets, niet voor niets een vage kennis, stapt af en nadert me met gespreide armen, allemaal hartstikke hartelijk bedoeld, maar ik raak dan meteen in véél te véél verzeild.
“Ja, dat hebben we nodig in deze tijd,” zegt ze nadat het kuskarwei is geklaard.
Ik knik enthousiast en opgekikkerd, want dat doe je dan toch.