Jano van Gool

In de Pers

Montere Weemoed II, met Thomas Verbogt & Beatrice van der Poel - Gezien op 2 maart 2022, OBA Theaterzaal, Amsterdam  ... - Kester Freriks in: Theaterkrant lees meer
The Tree of Life. Soeben ausgelesen: Thomas Verbogt – „Wenn der Winter vorbei ist“ (2020) - Keine 100 Seiten und auch keine 50 Seiten, nein genau eine einzige Seite brauchte es.... - David Wonschewski in:  lees meer
Nieuwe roman van Thomas Verbogt, een wrokloze boomer - Thomas Verbogt zoekt naar manieren om van het leven te houden en er zin aan te geven.... - Rob Schouten in: Trouw lees meer

Recent

Er zijn nog geen toneelstukken toegevoegd

Uitnodigend

Een gezegde waaraan ik nooit meer dacht is `Een tevreden roker is geen onruststoker’. Hier in het diepe zuiden van Frankrijk komt het weer tot leven. De Fransen roken lekker door, alsof er nooit iets over is gezegd. Of ze het binnenshuis doen, geen idee, maar buiten staan of zitten of lopen ze nonchalant te genieten. Niet iedereen natuurlijk, maar ze zijn wel in de meerderheid, schat ik.
Zelf ben ik er ruim tien jaar vanaf, na jaren en jaren een pakje Gitanes per dag, maar hier krijg ik er weer bijna zin in. Het kost me geen moeite het niet te doen, want ik heb nog steeds het simpele principe dat als ik iets echt niet wil, ik het ook niet doe, want niet willen is niet willen, klaar – daar kun je moeilijk zwak mee omgaan, want je moet jezelf natuurlijk niet belachelijk maken.
Hier denk ik soms aan de eerste jaren van mijn leven, toen roken gezellig was, zo nu en dan zelfs feestelijk: op verjaardagen stonden de sigaretten uitnodigend in glazen. Ik was kind, rookte zelf natuurlijk niet, maar zag aan hoe mijn ouders en hun vrienden ermee in de weer waren, dat het een onbekommerde, ja vrije uitstraling veroorzaakte. Ik zie dat hier terug bij bijvoorbeeld jonge vrouwen die zelfbewust over de markt lopen, hun manier van roken heeft zeggingskracht: zeg, wie doet me wat?!
Terwijl ik dit noteer weet ik heus wel dat ik liever niet heb dat er thuis gerookt wordt, dat ik het zelfs een beetje kinderachtig vind, dat gerook, en dat ik me  erger aan vrienden die drie keer per uur een minuut of tien naar buiten moeten. Het is geen onderwerp van gesprek, want alles wat je erover zegt, hangt in gezeur. Waarom kijk ik er hier anders naar? Het is niet alleen doordat ik met vakantie ben.