Jano van Gool

In de Pers

Montere Weemoed II, met Thomas Verbogt & Beatrice van der Poel - Gezien op 2 maart 2022, OBA Theaterzaal, Amsterdam  ... - Kester Freriks in: Theaterkrant lees meer
The Tree of Life. Soeben ausgelesen: Thomas Verbogt – „Wenn der Winter vorbei ist“ (2020) - Keine 100 Seiten und auch keine 50 Seiten, nein genau eine einzige Seite brauchte es.... - David Wonschewski in:  lees meer
Nieuwe roman van Thomas Verbogt, een wrokloze boomer - Thomas Verbogt zoekt naar manieren om van het leven te houden en er zin aan te geven.... - Rob Schouten in: Trouw lees meer

Recent

Er zijn nog geen toneelstukken toegevoegd

Verlegen

Als je niet meer leerplichtig bent, lijkt het een klein dingetje, maar dat is het niet: het opsteken van de vinger gaat langzaam uit het onderwijs verdwijnen. De scholieren houden nu een wisbordje omhoog. Het woord wisbordje had ik nog nooit uitgesproken of opgeschreven, maar de betekenis ervan is helder. Dus de onderwijzer vraagt hoeveel 3 x 3 is en als je dat weet, schrijf je het op het wisbordje en steekt dat omhoog. Dat is onder meer om verlegen kinderen ook de ruimte te geven. Ik neem aan dat je het antwoord dan niet meer hoeft uit te spreken, wat moeilijk kan zijn als je verlegen bent, maar dat de leerkracht het gewoon leest. Dan is het natuurlijk wel hopen dat het goed is.
Toen ik zojuist 3 x 3 opschreef, hóórde ik me het antwoord geven. Iedereen leerde toch zo de tafels? Dat je met de hele klas zat te zingzeggen 1 x 3 = 3, 2 x 3 = 6, 3 x 3 = 9, enzovoort. Als de onderwijzer vroeg “Hoeveel is 3 x 3?”, zong de 9 meteen in mijn hoofd. Ik onthield het meer aan de hand van de melodie dan dat ik scherp begreep waaróm het zo was. Stak ik dan mijn vinger op? Ik geloof het niet. En dat kwam niet alleen door faalangst. Om me heen staken klasgenoten hun vinger wel op en ik vond het zo aanstellerig om daaraan per se mee te willen doen. Bovendien dacht ik: als iemand het maar weet, dan is het oké.
Ik snapte dat kunnen rekenen nuttig was, maar ik voelde er ook grote weerzin tegen. Ik kan het nog steeds niet goed en dat is dus mijn eigen eigenwijze schuld.
Natuurlijk stak je ook je vinger op wanneer je naar de wc moest. Als de onderwijzer een slecht humeur had, kon hij die vinger langdurig negeren, terwijl hij natuurlijk wist wat die daar in de hoogte deed. Nog voel ik het.