Jano van Gool

In de Pers

Montere Weemoed II, met Thomas Verbogt & Beatrice van der Poel - Gezien op 2 maart 2022, OBA Theaterzaal, Amsterdam  ... - Kester Freriks in: Theaterkrant lees meer
The Tree of Life. Soeben ausgelesen: Thomas Verbogt – „Wenn der Winter vorbei ist“ (2020) - Keine 100 Seiten und auch keine 50 Seiten, nein genau eine einzige Seite brauchte es.... - David Wonschewski in:  lees meer
Nieuwe roman van Thomas Verbogt, een wrokloze boomer - Thomas Verbogt zoekt naar manieren om van het leven te houden en er zin aan te geven.... - Rob Schouten in: Trouw lees meer

Recent

Er zijn nog geen toneelstukken toegevoegd

Vlinders

“Jezus was eigenlijk een heel toffe peer.” Aldus de jonge godsdienstleraar in de laatste klas van mijn gymnasiumtijd. Hij kwam vers van de universiteit en had daar blijkbaar geleerd heel dicht op de huid van zijn doelgroep les te geven.
Zoiets maakte ik ook mee toen ik Nederlands studeerde. Daar werden we in, ik meen, het derde jaar klaargestoomd voor het onderwijs op de middelbare school. Daar zou ik nooit aan beginnen, maar het was een verplicht vak. De docent vakdidactiek legde een paar uur achter elkaar uit dat je de taal van de scholieren moest spreken, niet te moeilijk moest doen, maar ook niet te makkelijk, want dan voelden ze zich onderschat en kon je je gezag wel inpakken.
Ook stage was verplicht en in mijn eerste les moest ik van de leraar die mij begeleidde, het werk van Gerard Reve bespreken. Ik dacht aan mijn godsdienstleraar van wie we Jezus een toffe peer moesten vinden, en probeerde ook zoiets met Gerard Reve, maar dat deed ik te tuttig: “Hij viel op mannen en jongens.” Ik vond dat ik het losjes moest nuanceren: “Daarvan kreeg hij wilde vlinders in zijn buik.” Ik sprak die woorden zo lachend mogelijk uit, maar had er ook meteen spijt van: wilde vlinders!
“O, die reetroeier,” vatte een jongen op de achterste rij de kwestie samen. 
Daarna ontstond er vrolijke chaos in de klas die voorgoed onhoudbaar leek.
Gisteren las ik in deze krant een artikel over taalgebruik dat voortdurend verandert door de sociale media. Daar moet je kort en bondig zijn. Ik begrijp dat `tof’ weer mag. Toen die godsdienstleraar het zei, was het voor ons al ouderwets, maar ik heb het altijd een prima veelzeggend woord gevonden. ‘Peer’ weet ik niet. Ja, voor de vrucht, minder voor Jezus.