Jano van Gool

In de Pers

Montere Weemoed II, met Thomas Verbogt & Beatrice van der Poel - Gezien op 2 maart 2022, OBA Theaterzaal, Amsterdam  ... - Kester Freriks in: Theaterkrant lees meer
The Tree of Life. Soeben ausgelesen: Thomas Verbogt – „Wenn der Winter vorbei ist“ (2020) - Keine 100 Seiten und auch keine 50 Seiten, nein genau eine einzige Seite brauchte es.... - David Wonschewski in:  lees meer
Nieuwe roman van Thomas Verbogt, een wrokloze boomer - Thomas Verbogt zoekt naar manieren om van het leven te houden en er zin aan te geven.... - Rob Schouten in: Trouw lees meer

Recent

Er zijn nog geen toneelstukken toegevoegd

Waakzaamheid

De dag na de verijdelde aanslag in de Thalys hoorde ik op de radio een verslaggever die op het Centraal Station in Amsterdam stond, op het perron waarvandaan de Thalys een paar keer per dag vertrekt. Aan reizigers werd gevraagd of ze gecontroleerd waren en of ze meer agenten hadden gezien. Op beide vragen was het antwoord ontkennend. Dat viel de verslaggever hoorbaar tegen. Hij probeerde die teleurstelling ook bij de reizigers op te roepen, maar dat lukte niet. Twee van hen zeiden dat het overal kon gebeuren. Ik noteer dit in een stil dorp aan zee en denk op volle kracht: hier niet! Maar in wezen is dat natuurlijk een belachelijke gedachte. Als het komend weekend mooi weer is, zal het strand hier vol zijn. Eind juni begon op een strand in Tunesië iemand wild en toch ook gericht om zich heen te schieten, `een leuke jongen van wie je het helemaal niet zou verwachten’. Waarom dan niet op een strand aan de Nederlandse kust? Ben je naïef als je zegt dat dat het laatste is waarmee je rekening houdt? Ik weet niet hoe het nu zit met de waakzaamheid op stations waar internationale treinen vertrekken. Waarom trouwens alleen op die stations? Waarom niet op station Roermond? Wanneer werd ik voor het laatst gefouilleerd? Ja, ik weet het nog: jaar of twee geleden voor een optreden van Bob Dylan. Ik wist natuurlijk dat ik niets bedreigends bij me had, maar vreemd dat ik toch opgelucht was dat dit ook werd vastgesteld door de degene die me controleerde. Zal binnenkort op een station een agent vragen wat ik in mijn volle tas heb – geen rugzak? Graag zal ik het laten zien! En uiteraard ook een grapje maken over de inhoud, want dat hoort bij opluchting. Weer opluchting, terwijl ik helemaal niet opgelucht hoef te zijn, want in mijn tas stopte ik niets gevaarlijks. Misschien ben ik opgelucht omdat ik ben wie ik ben. Misschien moet ik zeggen: omdat ik niet ben wie ik ook had kunnen zijn.