Jano van Gool

In de Pers

Montere Weemoed II, met Thomas Verbogt & Beatrice van der Poel - Gezien op 2 maart 2022, OBA Theaterzaal, Amsterdam  ... - Kester Freriks in: Theaterkrant lees meer
The Tree of Life. Soeben ausgelesen: Thomas Verbogt – „Wenn der Winter vorbei ist“ (2020) - Keine 100 Seiten und auch keine 50 Seiten, nein genau eine einzige Seite brauchte es.... - David Wonschewski in:  lees meer
Nieuwe roman van Thomas Verbogt, een wrokloze boomer - Thomas Verbogt zoekt naar manieren om van het leven te houden en er zin aan te geven.... - Rob Schouten in: Trouw lees meer

Recent

Er zijn nog geen toneelstukken toegevoegd

IJsblokjes

Deze week verschijnt er een boek over Sylvia Kristel. Aan die mogelijkheid had ik niet gedacht. Ben ik in dat boek geïnteresseerd? Een vraag die ik bij biografieën zelden stel. Is meteen ja of nee. En dan is het natuurlijk afwachten hoe het geschreven is. 
Van de films waarin ze speelde, herinner ik me weinig. Ze ging later in haar leven schilderen, ik heb weleens werk gezien, maar ook daarvan staat me niet veel blij. Mijn geheugen is het probleem niet. 
Na haar dood verdween ze uit mijn gedachten, wat waarschijnlijk aan mij ligt. Wat ik niet vergeten ben is dat ik haar intrigerend vond. Erg gekunsteld, maar toch. Eén keer heb ik haar een hand gegeven, na de première van een toneelstuk dat ik had geschreven, halverwege de jaren negentig. Was voor twee actrices die in Goede Tijden Slechte Tijden gespeeld hadden en daardoor erg beroemd waren geworden. Het was vermoeiend met hen over straat te lopen, maar ja, soms moest dat. Er was altijd een fotograaf in de buurt, van de roddelbladen. 
Het stuk schreef ik graag voor hen en ze maakten er een prachtige voorstelling van. Was iets anders dan Goede Tijden Slechte Tijden, maar dat wilden ze juist. 
Voor aanvang had ik Sylvia Kristel niet gezien, wat kwam doordat ik van de zenuwen ver weg was gekropen. Ik zag haar tijdens de nazit. Haar hand was haar initiatief, wat me met vreemde trots vervulde. Ze zei: “Een knappe prestatie.” Haar stem tuimelde zacht en gracieus uit ijsblokjes tevoorschijn. Ze was nog niet klaar: “… van die meisjes. Zo véél tekst uit hun hóófd.” 
Haar hand liet de mijne los en pakte teder een glas champagne aan. Ze knikte minzaam en draaide zich haast dansend om. Verward zag ik haar gaan. Boek ga ik lezen, ja.