In de Pers
Recent
Er zijn nog geen toneelstukken toegevoegd
Zeep
Als iemand zegt dat iets `netjes’ moet, krijg ik het altijd benauwd. Als kind al: “Netjes je handen wassen.” Of: “Netjes met twee woorden spreken.” Irritant was het woord: netjes.
Ik lees een artikel over campings die coronaproof moeten zijn, over de inspecteurs die bepalen of die dat predicaat mogen hebben. Ik citeer een van hen, over de heggen of hegjes tussen de kampeerplaatsen: “Normaal vragen we de campings om die netjes te snoeien. Maar als een heg nu weelderig groeit, is dat geen probleem. Voor de anderhalve meer afstand is dat juist beter.”
Het gaat uiteraard vooral over de toiletgebouwen. Daar kijken de inspecteurs streng rond, een klembord en pen paraat. De campinghouder volgt die gang van zaken gespannen.
Eigenlijk zou het sanitair pas op 1 juli in gebruik genomen mogen worden, maar door de Europese reisversoepelingen mag het nu al. Een campinghoudster zegt: “We hebben onze gasten een glas champagne aangeboden voor het toiletgebouw, zo blij waren we.” Ontroerende woorden zijn het. Toch zie ik me daar niet staan, met een glas champagne. Lang, lang geleden dat ik gekampeerd heb en de meeste herinneringen aan die dagen koester ik, maar als ik het lees van dat toiletgebouw en die champagne, voel ik ook opluchting.
Alles in en rond het toiletgebouw kon mijn kampeervreugde duchtig verschralen. Gaat niet eens alleen maar om de weg erheen, toiletrol onder de arm, maar ook om de wachttijden waarmee je geconfronteerd werd. Die zijn nu nog langer omdat er veel is afgeplakt. Daar sta je dan te wachten met een toilettas vol zeep, terwijl je luistert naar de doucheluiden van de mederecreanten. Sommigen briesen een beetje. Het is geen ruimte waar je kalm een boek gaat lezen.