In de Pers
Recent
Er zijn nog geen toneelstukken toegevoegd
Nonchalant
Zal binnenkort voorbij zijn: het winkelwagentje dat gedesinfecteerd voor je klaarstaat bij de ingang van de supermarkt. Wordt weer zoeken naar een muntje of er bij de balie om een vragen. Is natuurlijk niet erg, maar ik vond het wel wat hebben, ik weet niet hoe ik het moet zeggen, ja, als klant voel je je enorm serieus genomen. En als je tegen het advies in getweeën gaat winkelen, omdat je het blijkbaar als `een uitje’ beschouwt, dan ook beiden een wagentje. Koop je ook meer.
Meestal is een vakkenvuller of –vulster met het reinigen en aanwijzen belast. Soms een caissière, maar die beschouwt het als een tijdelijke degradatie. Maandag werd mijn wagentje aangewezen door een vrouw die vanachter de kassa het gif van haar mensenhaat onbekommerd over de klanten spuugt. En dan ineens iets anders. “Dáár,” beet ze me toe, naar het wagentje wijzend. Ik wilde iets vragen wat nu onbelangrijk is, maar toen niet zo, maar die vraag lukte niet. “Dáár!” zei ze weer.
Gisteren was een vakkenvuller met de wagentjes in de weer die op school in de eredivisie van populaire jongens zit. Dit bijbaantje was nodig om die positie te financieren. Die populariteit stelde ik vast omdat hij loom werd gadegeslagen door vier meisjes die zelf ook op veel warme aandacht konden rekenen. Drie van hen aten nuffig een kaasstengel, de vierde druiven uit een plastic bakje.
Ze keken dus naar de jongen en ook vaak naar elkaar, lachend. De jongen en zijn bezigheden werden enorm geëvalueerd. Uiteraard had hij dat zwaar in de gaten. Hij ging zo nonchalant mogelijk met de wagentjes, zijn doekje en het ontsmettingsmiddel om. Zo nu en dan bestudeerde hij ernstig de tekst op de flacon. Geen oogcontact met de meisjes. Nee!