Jano van Gool

In de Pers

Montere Weemoed II, met Thomas Verbogt & Beatrice van der Poel - Gezien op 2 maart 2022, OBA Theaterzaal, Amsterdam  ... - Kester Freriks in: Theaterkrant lees meer
The Tree of Life. Soeben ausgelesen: Thomas Verbogt – „Wenn der Winter vorbei ist“ (2020) - Keine 100 Seiten und auch keine 50 Seiten, nein genau eine einzige Seite brauchte es.... - David Wonschewski in:  lees meer
Nieuwe roman van Thomas Verbogt, een wrokloze boomer - Thomas Verbogt zoekt naar manieren om van het leven te houden en er zin aan te geven.... - Rob Schouten in: Trouw lees meer

Recent

Er zijn nog geen toneelstukken toegevoegd

Boom

Een kleine schok voelde ik toen ik zondag met de trein in Nijmegen arriveerde, een schok die ik niet helemaal kon verklaren. Op en rond het station stonden groepen studenten nieuwe studenten op te vangen, jongens en meisjes die van ver of niet zo ver naar Nijmegen kwamen om een nieuwe fase van de toekomst aan te gaan. De studenten die hier al studeerden, probeerde de nieuwe studenten warm te maken voor het verenigingsleven, sportclubs enzovoort. Mooie, tintelende bedrijvigheid was het. En ik dacht, zonder dat ik die gedachte voelde aankomen: wat zijn ze jóng! Dat was niet de kleine schok die ik niet helemaal kon verklaren. Die kwam een paar seconden later toen ik mezelf daar zag lopen, ongeveer veertig jaar geleden. Toen was ik dus ook zo jong, terwijl ik dacht dat ik al een beetje doorgewinterd in het leven stond. Beginnend student immers met zeven gymnasiumjaren achter de kiezen. Grote onzin dus. Hartstikke jong broekje, verlegen, onzeker. En ik weet alles nog van die eerste dag van mijn studentenleven. Net zoals ik me mijn eerste momenten op de kleuterschool herinner. Ik dacht dat we schrijven zouden leren, maar dat was niet zo. We moesten artistiek met gekleurde papiertjes in de weer zijn. Dat schrijven gebeurde pas op de eerste dag van de lagere school. Het kost me geen enkele moeite me daar in de klas te zien zitten, een zonnige maandagochtend. Het eerste woord was boom. Nog voor de middagpauze kon ik het schrijven. Dat deed ik trots tientallen keren. Belachelijk te zeggen dat het lang geleden is.

Columns

  • Sommige mannen dragen een hoed die niet zomaar een hoed is. Ooit had ik zelf ook zo’n hoed en toen ik per ongeluk een keer in de spiegel keek, merkte ik dat ik meteen haast automatisch mijn hoofd schudde. Nu staat de hoed op het hoofd van een man die de helft is van een wat oude... lees meer

  • De laatste jaren raak ik steeds meer geïnteresseerd in het amusement uit de tijd waarin ik opgroeide. Niet om nostalgische redenen, maar om de sfeer van die dagen te begrijpen, dus ook van mijn ouders zoals ze toen waren. Dat amusement ging nogal aan me voorbij, ik had mijn ha... lees meer

  • Toen ik de Hema binnenliep, besefte ik hard dat ik daar al erg lang niet meer was geweest, wat er meteen op wees dat ik al erg lang niet meer praktisch bezig was geweest, zeg maar met duidelijke karweitjes in huis. Daarvoor ben ik immers hier: voor dingen en dingetjes die bij... lees meer

  • Bij het begin van een herfstdag weet je nog niet hoe die er later uit gaat zien. Er zit nog een grijze verpakking om heen. Die verpakking maakt een onrustig geluid als ik voor het gebouw sta waarin de tandartsengroep gevestigd is die ik met een verantwoorde regelmaat bezoek, n... lees meer

  • Aan de lelijke woorden die ik grimmig spaar, voegde ik er weer een toe: spitsmijdersproject. Ik kwam het tegen in een bericht dat me eigenlijk niet interesseert, maar dat ik toch heb uitgeknipt omdat ik het niet begrijp, maar wel wil begrijpen, wat ik een beetje raar vind. Maar... lees meer

  • Wat zegt mijn huis over mij? Over mijn gedachten? Vraag ik me af nu ik lees dat mannen en vrouw die bij de politie wilden, thuis bezocht werden. Dat hoorde bij het onderzoek naar hun geschiktheid. Deze vorm van `screening’ is verleden tijd, want er is geen personeel meer voor en... lees meer

  • Wat nu weer? Een slimme fietsbel? Meteen ga ik op de rem staan:  een fietsbel kan van zichzelf niet slim zijn. Er gebeurt iets met de fietsbel waardoor die slim lijkt. Is ook zo: hij is verbonden met een smartphone. En daar zit een app op – ik krijg een hekel aan het woord `app’... lees meer

  • Van sommige onderzoeken vraag ik me af hoe ze tot stand komen. Ik bedoel: hoe zit het met de gedachten van de onderzoeker? Een wetenschappelijk onderzoek heeft uitgewezen dat werknemers die samen lunchen, beter presteren. De onderzoeker voegt er onmiddellijk aan toe dat het niet alle gevallen opg... lees meer

  • Of het `een signaal’ is, weet ik niet, maar de laatste tijd heb ik steeds vaker gesprekken in de supermarkt. Ik begin niet, ik word aangesproken. Vind ik niet erg, maar het valt me op. Tot voor kort vroeg iemand soms of ik iets van een hoog schap kon pakken, maar sinds kort gele... lees meer

  • Eergisteren kwam ik tegen middernacht thuis en zette het Journaal aan. Ik wilde nog even het nieuws over Bob Dylan en de Nobelprijs zien. Toen ik het ‘s middags hoorde, juichte ik. Graag wilde ik er de rest van de dag met vrienden over praten, de muziek van Dylan draaien, blader... lees meer

  • De laatste dagen hoor en lees ik klachten over de leeuw die in een prominente rol heeft in de nieuwe film van Dick Maas, `Prooi’. Het zal niemand zijn ontgaan wat er in die film gebeurt: een reusachtige leeuw, groter dan zijn soortgenoten, maakt de hoofdstad onveilig. Dat is een... lees meer

  • Huiveringwekkend woord: horrorclown. In Amerika lopen ze onheilspellend rond in het wild, maar nu is er ook een in of rond Almere gesignaleerd. En in Oss. Zit blijkbaar kinderen achterna met een mes.
    Ik kijk soms naar horrorfilms, maar als er een clown in optreedt, haak ik... lees meer

  • Het programma heb ik nog niet gezien, wel een voorfilmpje. Daarin zien we een jonge vrouw die huilt. Ik ben niet zo voor huilende mensen op televisie. Ja, huilende sporters tijdens het volkslied - kan ik zeker een uur achter elkaar naar kijken. Huilen van opluchting, ook mooi. M... lees meer

  • Als ik bij het station in de taxi stap, besef ik dat ik het adres van mijn bestemming niet heb opgeschreven, maar misschien is dat ook niet nodig. `Naar de gevangenis graag,’ zeg ik. Vind ik ineens wel een raar zinnetje. Misschien moet je ook niet `gevangenis’ zeggen, maar `peni... lees meer

  • Paar keer per maand ga ik naar de meisjes van de muziek. Zo heten ze in mijn hoofd: de meisjes van de muziek. Twee mooie woorden, meisjes en muziek. Ze hebben een winkel hier in de buurt, cd’s, langspeelplaten en een klein aanbod dvd’s. Ze zijn, wat heet, jonge ondernemers, hebb... lees meer

Pagina's