Jano van Gool

In de Pers

Montere Weemoed II, met Thomas Verbogt & Beatrice van der Poel - Gezien op 2 maart 2022, OBA Theaterzaal, Amsterdam  ... - Kester Freriks in: Theaterkrant lees meer
The Tree of Life. Soeben ausgelesen: Thomas Verbogt – „Wenn der Winter vorbei ist“ (2020) - Keine 100 Seiten und auch keine 50 Seiten, nein genau eine einzige Seite brauchte es.... - David Wonschewski in:  lees meer
Nieuwe roman van Thomas Verbogt, een wrokloze boomer - Thomas Verbogt zoekt naar manieren om van het leven te houden en er zin aan te geven.... - Rob Schouten in: Trouw lees meer

Recent

Er zijn nog geen toneelstukken toegevoegd

Berispend

Op het station van Amsterdam ben ik geïnterviewd over mijn stationsgevoel – ik heb er even geen ander woord voor. Als ik dat gesprek is beëindigd, loop ik de stad in. Het is een broze herfstdag. Ik denk na over het eerste station in mijn leven. Dat van Nijmegen. Toen zag ik ook voor het eerste een trein in het echt. Met een locomotief. Drie jaar was ik. Als ik besef dat het me nauwelijks moeite kost die herinnering naar me toe te trekken, hoor ik de harde stem van een vrouw. Ze spreekt mensen toe die het station zojuist hebben verlaten of er naartoe lopen. Boven haar hoofd houdt ze een bord waarop veel staat geschreven. In nonchalante rode letters. Ik zie een paar keer `Jezus’ staan. De toon van de vrouw is fel en berispend. Als ik haar passeer, roept ze – en ik heb de indruk dat ze het speciaal tegen mij heeft: `Ga maar weer naar de hoeren!’ En over haar schouder maakt ze een wegwerpgebaar naar het gedeelte van de stad waar dat beroep wordt uitgeoefend. Ik ben helemaal niet van plan naar de hoeren te gaan, maar ja, dat ga je niet tegen de vrouw zeggen, want misschien denkt ze dan dat je een smoesje verkoopt en krijg je de volle laag en slaat ze je met dat bord om de oren. Dat kun je niet hebben op een broze herfstdag. Wat als ze had geroepen `Ga maar weer naar de HEMA!’? Had ik haar dan wel verzekerd dat ze zich vergiste? Maar dat roept ze niet, want tegen de HEMA zal Jezus geen bezwaar hebben. Tegen hoeren trouwens ook niet, bedenk ik ineens. Staat in de Bijbel! Maar ook hierover wil ik nu niet praten.

Columns

  • Misschien wordt het op Wimbledon een finale tussen Federer en Djokovic. Kan me erop verheugen, maar moet er ook niet aan denken, want waarschijnlijk verliest Federer die. Niet dat ik tegen Djokovic ben, maar die kan nog wel even mee en Federer straalt momenteel in de herfst van... lees meer

  • Zondagochtend begint een veelbelovende dag aan zee. Opmerkelijk dat de zondagse stilte op de vroege morgen anders is dan op andere dagen. Wanneer ik uit zee kom, zie ik een man en een vrouw arriveren. Ze torsen veel lichaam mee, maar installeren zich routineus waar ze alle tijd... lees meer

  • Het gebeurt niet meer zo vaak, maar zeker weten doe ik het niet, dat iemand in een radio- of televisieprogramma de groeten doet. Misschien iets van een tijd die voorbij is, hoewel: de mevrouw die deze week in de Tour een half peloton wielrenners liet vallen, omdat ze een stuk ka... lees meer

  • Zweedse poema op de Veluwe. Wurgslang in een Bemmels keukenkastje. Meestal zijn het dieren die de komkommertijd inluiden. Dit jaar begon het met het uitstellen van een paar essentiële kwesties rond de kabinetsformatie tot ergens in augustus, want blijkbaar doe je in de zomer zul... lees meer

  • Toen zondag Oranje was verslagen, inmiddels gelukkig alweer lang geleden, waren we die avond verdrietig. Ik geloof dat het vooral was dat we ineens afgesneden waren van een periode die nog aangenaam enerverend kon zijn. Daarna hebben we er niet meer over gesproken. Ja, één keer,... lees meer

  • Die kende ik nog niet. Een man houdt me staande. Hij heeft een grijs trainingspak aan, zijn gezicht heeft ook die kleur, grote bril. Hij vraagt of hij me iets mag vragen. Ik denk dat ik de vraag ken. De laatste maanden zeg ik: “Nee, ik heb haast.” Telkens ben ik ontevreden over... lees meer

  • De zomer moet nog op gang komen. Dat denk ik op het strand van Bergen aan Zee waar ik een beetje achteraf zit, want ik heb al gezwommen, in alle vroegte, wanneer je er echt even `doorheen’ moet en er daarom haast niemand in het water is. Als je je staat af te drogen, noemt een v... lees meer

  • Zaterdag zag ik een krantenfoto die vrijdag was gemaakt op de Europese top. Onze premier en de premier van Denemarken staan ruzie te maken met de Hongaarse premier Orbán. Ze dragen mondkapjes. Van Orbán zie je alleen het achterhoofd. Van de premiers vooral de ogen. Die van onze... lees meer

  • “Ga je lekker dansen?” vraagt de taxichauffeur. Het is elf uur in de ochtend, we rijden door Utrecht. Ik moet bij een klein theater aan de rand van het centrum zijn. Ik kan hem niet vragend aankijken, want zit op de achterbank, tussen ons een groot spatscherm waar behoorlijk op... lees meer

  • Appels moeten glimmen. Die kennis ontleen ik aan de avonturen van Flipje, het fruitbaasje uit Tiel. Die las mijn vader voor toen ik vier was. Sindsdien weet ik het van die appels. Mijn moeder kwam regelmatig met een zak appels van een vriendin, zelf geplukt, maar die glommen nie... lees meer

  • Buiten de bebouwde kom loop je anders te mijmeren dan erbinnen. In de alledaagse straten gebeurt altijd iets wat niet alledaags is. Daar wil je aandacht aan besteden. Je moet uitwijken iemand voor wie de enige omgeving het mobieltje je is. Je passeert een etalage vol dingen waar... lees meer

  • Hoe het ook met het land gaat, de banken zorgen ervoor dat zij het nooit écht moeilijk krijgen. In het verleden viel er soms een om, zoals dat heet, maar dat was dan een kleine. De grote blijven de dienst uitmaken en groter worden. De overheid zou moeten verplichten dat ze ook m... lees meer

  • Het is al een paar jaar geleden: ik had een lang en doodlopend telefoongesprek gevoerd met de klantenservice van een grote organisatie. De service die de klantenservice me kon verlenen, was de mededeling dat ze me helaas geen service konden bieden. Ze hadden wel een voorstel, ma... lees meer

  • Even terug naar vrijdagavond, de persconferentie van de premier en minister Hugo, een feest van opluchting en optimisme. Tijdens zijn spreekbeurt zei de premier dat we niet te vroeg moesten juichen, wat we overigens nooit moeten doen, en hij verwees naar het lied We zijn er... lees meer

  • Altijd keek ik met bewondering naar mensen die met een parmantig fietsje het perron op komen lopen, dat met een paar kordate bewegingen opvouwen, nonchalant fluitend, en dan met dat pakketje in de trein stappen. In mijn omgeving kende ik niemand die zo’n fiets had. Daarom wilde... lees meer

Pagina's