Pas over twee weken is het Blauwe Maandag, de somberste dag van het jaar, wat onzin is, van iedere dag valt het beste te maken, maar toch: blijkbaar hebben we graag een dag met die grauwe uitstraling. Vandaag kan er trouwens ook wat van, de eerste maandag van januari. De feestdagen zijn enorm voorbij, alles rondom de feestdagen ook, op straat liggen uitgerangeerde kerstbomen, bestrooid met winterse poedersuiker, schrale troost van de hemel.
In november schreef ik hier over woedekamers in Lima, Peru. Je kon daarvan alles kapot schoppen of slaan en tegen muren gooien, waardoor je opgekropte negativiteit wat gekalmeerd werd. Ik kende het verschijnsel niet en dacht er sindsdien wel over na, bijvoorbeeld over de vraag of het iets voor mij zou zijn. Ik ben echter niet zo vaak woedend meer en als ik die stemming op voel komen, ga ik op mijn binnenplaatsje even tegen een kartonnen doos schoppen.
Rond 6 uur gisterochtend liep ik naar de hoek om daar de vuilniszak neer te zetten. Het was nog donker en het leek alsof het misschien wel de hele dag donker zou blijven, het regende bovendien onbarmhartig, de hemel huilde zoals een hemel in januari kan huilen, en bij de vuilniszakken die we hier op de hoek moeten plaatsen omdat de vuilniswagen niet door de autovrije straat rijdt, trof ik een buurvrouw van wie ik alleen de luide stem ken. “Beste wensen, buurman!” zei ze te hard voor het te vroege uur.
Nieuwjaarsmorgen klinkt beter dan nieuwjaarsdag. De eerste dag van het jaar is altijd wat ongemakkelijk, met schemerig uitzicht op twaalf lange maanden, terwijl je al met een been in januari staat, de schrale maand waarin de hemel bijna voortdurend grauw is en de wind guur tekeer kan gaan, het geld op is en half Nederland koortsachtig begint na te denken over alle vakanties.
Komt het doordat het best een moeilijk jaar was dat vandaag een andere dag is als 31 december vorig jaar? Zullen we het vanavond vast over hebben. Om middernacht wensen we elkaar het allerbeste toe, beter kan niet, maar wat wensen we de wereld om ons heen toe, de kleine en de grote wereld? Helpen die wensen of zijn het alleen maar mooie woorden? Soms is het aangenaam om mooie woorden uit te spreken. Verbinding bijvoorbeeld. Iedereen die het daarover heeft bedoelt het beter dan goed, onze koning laatst weer in zijn kersttoespraak.
Natuurlijk, teleurstellingen moet je kunnen incasseren, maar zelf wil ik dat graag niet te vroeg hoeven doen. Nieuwjaarsdag is een wat wazige, schrale dag waarin we stamelend naar een richting zoeken. Wat helpt is wanneer we enige sturing krijgen. Het schansspringen in Garmisch-Partenkirchen! En de wat tuttige muziek uit Wenen aan het einde van de ochtend.
De verkiezing van het Woord van het jaar ging niet door omdat er herrie door ontstond. In de NRC las ik wel een lijst van woorden die erbij kwamen in het jaar dat bijna voorbij is. Sommige waren ook genomineerd voor het Woord van het Jaar. Net als in het lijstje voor die verkiezing valt het me nu weer op dat er maar één is met een aangename betekenis.
Best vaak denk ik vragend: hoe deed ik, hoe deden we het toen toch? En met toen bedoel ik nog niet zo lang geleden. Onbelangrijk voorbeeld dat bij deze dagen hoorde: eerste kerstdag ben ik vroeg uit de veren vanwege een fors project, Het Zelf Maken Van Mayonaise. We hadden allemaal een onderdeel van het kerstdiner op ons genomen en ik beloofde een ouderwets voorgerecht. Iedereen begon nostalgisch te spinnen: garnalencocktail.
Altijd hartverwarmend woord gevonden: kerstavond. Meestal waren het ook avonden die een zacht plekje in mijn herinneringen hebben. Sommige mislukten, wat niet aan de avond of de traditie van de avond lag, maar aan mij. Wat er mislukte, weet ik niet meer, verdrong ik uit respect voor wat kerstavond kan zijn, voor mij altijd het begin van de innigste dagen van het jaar. Ik zeg niet de mooiste, want dan denk ik popelende ochtenden in de lente of gouden herfstdagen.
Op het einde van het jaar krijg ik weer een woord cadeau dat ik niet kende: dubbeldippen. Ik kwam het tegen in een artikel over het nut van kerstborrels. Mensen die daar geen zin in hebben, moeten er toch heen, begrijp ik.