Je bent met iets bezig of bezig geweest en dan vraagt iemand: “Wat is precies de bedoeling?” Die vraag vind je altijd irritant of alarmerend, je denkt nooit: “Fijn dat je ernaar informeert, nu kan ik het allemaal eens haarfijn uitleggen.”
Zaterdag las ik erover, in deze krant, daarna niet meer, maar misschien heb ik niet goed opgelet, wat door de zomer kan komen. Ging over Lent en daar gaat het niet zo vaak over, daarom heb ik het ook onthouden, maar natuurlijk vooral vanwege Kuifje, van wie de avonturen me al levenslang vergezellen.
Helaas heb ik het er te druk voor, maar ik weet zeker dat ik nog toekom aan het boek van Joseph Jebelli dat Rust in je hoofd heet. Samenvatting staat onder de titel: Waarom nietsdoen je leven kan veranderen. Ja, ik zal me me er op volle kracht en geconcentreerd in verdiepen, deze zomer nog, hoewel die onhoudbaar op snelheid is gekomen, maar ergens moet ik toch een paar stille uren kunnen veroveren waarin ik me ongestoord met het boek kan terugtrekken.
Sterker uit de storm. Goede titel. Het verkiezingsprogramma van de VVD gaat zo heten, waarschijnlijk, er is een concept gepresenteerd, in september wordt het definitief, titel ook. Sterker uit de storm. Zat gelijk in mijn hoofd, wat ook komt doordat het me qua ritme doet denken aan een nummer van de Californische band The Doors, Riders on the Storm, ruim vijftig jaar geleden, maar nog steeds fantastisch.
Altijd lastig: je hebt goed geluisterd naar mensen die alles weten van het menselijk lichaam en hoe dat gezond te houden, en daarom bijvoorbeeld dagelijks 100 gram brocoli gegeten, omdat die groente de hersens in conditie houdt, en ineens blijkt dat dus niet nodig te zijn. Als je niet van brocoli houdt, zoals ik, is dat een betreurenswaardige mededeling. Ik bedoel: ik heb het gedaan, weliswaar niet iedere dag 100 gram, maar wel paar keer per week, met licht agressieve tegenzin, en ineens is het onzin.
Van de Golden Earring heb ik alle muziek die ze gemaakt hebben, en daar luister ik ook nog vaak naar. Ik ben ermee opgegroeid en die fase van mijn leven is nooit tot in de puntjes voltooid, dus zonder pathetisch te doen kan ik zeggen dat de Earring bij me hoort. Ik heb betere muziek in de kast staan, natuurlijk, maar daar gaat het nu niet om, luisteren naar de Earring is telkens weer thuiskomen, ja, de band hoort bij het meubilair van mijn leven.
Eén seconde niet opgelet. Dat zei Hans Klok afgelopen weekend, nadat tijdens een act een zwaard door zijn arm heen was gegaan. Ik meen dat vrijwilligers zwaarden mochten steken in een doos waarin de artiest zat opgesloten. Gaat normaal nooit mis. Hans Klok is geen zeurpiet en altijd verfrissend laconiek: hij treedt weer op en vindt het dus ook eigen schuld: één seconde niet opgelet. Ik geloof dat hij het zelfs over een fractie van een seconde had.
Op weg naar sportbeoefening zie ik op de hoek van de straat een vrouw op een taxi staan wachten. Dat het om een taxi gaat, kun je altijd zien: mensen kijken gespannen om zich heen naar alle richtingen waaruit die taxi kan komen. Vrouw ken ik. Weer door sportbeoefening. Wanneer ik in de vroege ochtend naar de fitnessclub loop, kom ik haar vaak tegen. Ze wenst me dan sterkte. Nu staat er een grote rugzak naast haar. Ze heeft kleren aan die bij een rugzak horen. Eindelijk kan ik ook eens een wens uitspreken: “Prettige vakantie.”
In deze tijd heb je vakantiegangers, thuisblijvers en reizigers. Tegen die laatste groep moet je niet zeggen `Prettige vakantie’, want een reis is wat anders dan vakantie, een ander soort inspanning, ook een andere intentie, het gaat niet alleen om de recreatie, nee, vaak is het de bedoeling dat je jezelf beter leert kennen, wat op vakantie ook kan gebeuren, maar dan is het meer per ongeluk. Als je denkt dat een reis ook vakantie is, neem je de reis niet serieus, en de reiziger dus ook niet. Beetje uitkijken geblazen.
Het wordt leger om me heen, bijna iedereen is vakantieganger geworden, het merendeel tot op het bot gestrest. De radio gaf me zaterdag en gisteren ook veel informatie over hoe de wegen in Europa eruitzagen. Mij ontspant het zeer daarvan kennis te nemen aan de keukentafel. Ik hóór de gesprekken in de auto’s: de irritatie, de pogingen de moed erin te houden, de irritatie die daardoor verhevigd wordt, iemand die verwilderd schreeuwt: “We hadden afgesproken niet over de file te zeiken!” Rond de keukentafel is het verfrissend stil.