Het eerste woord waaraan ik een hekel had, was `vlees’. Diep in mijn kindertijd dus. Kwam natuurlijk ook doordat ik er niet van hield. Met dierenleed had het toen nog niets te maken. Vond het zo’n lelijk woord dat ik het alleen maar met tegenzin uitprak. Uitzondering was Oma Vle... lees meer
In de Pers
Recent
Er zijn nog geen toneelstukken toegevoegd
Kenner
Wat was ik blij dat ik deze week niet mee waaide met de twitterstorm toen de Nederlandse inzending voor het Songfestival voor het eerst ten gehore was gebracht. Alleen het woord al: twitterstorm. Een loze lawine van meningen en vooral meninkjes waar niemand iets mee kan. Zo nu en dan luister ik naar radioprogamma’s waarin luisteraars iets mogen zeggen over een lopende kwestie. Het is vaak te horen dat het die luisteraars oplucht, maar niemand wordt er wijzer van. Liedjeskenner Giel Beelen hoorde ik opperen dat je eerst een keer of tien naar een liedje moet luisteren voordat je er iets over kunt zeggen. En wat ons Songfestivallied betreft heeft hij zeker gelijk. Het moet langzaam in je neerdalen en dan gaat het vanzelf zacht in je zingen. En juist omdat het geen duidelijke richting heeft, is het fascinerend, want je blijft er iets in zoeken. Zo, kenner Verbogt heeft nu ook een duit in het zakje gedaan. Een andere kenner stelde vast dat er geen shalalie-effect in zit. Over dat woord wilde ik graag even nadenken, shalalie-effect. Voor mij hoeven liedjes niet per se een shalalie-effect te hebben, maar verder ben ik een groot voorstander van het shalalie-effect, mits het zich niet al te opdringerig gedraagt. Er zijn bijvoorbeeld dagen met een stralend shalalie-effect. Ik ken ook mensen met een shalalie-effect in hun ogen. Ga ik met genoegen mee om. Snel terug naar het liedje. Gewaagde keuze, las ik ergens. Houd ik ook zo van, van gewaagde keuzes. Meestal blijken dat juist keuzes te zijn die er zeer toe doen.
Columns
-
-
Vroege zondagochtend. Ik sta voor het huis, in popelend daglicht. Er nadert een vrouw op een fiets. Ze heeft een witte zomerjurk aan, ze heeft haast. Op haar rug draagt ze een cello, niet los en onbeschermd natuurlijk, nee, in een glanzende zwarte cellokoffer, enorm groot ding.... lees meer
-
Met sommige vragen moeten we ophouden. Sterk voorbeeld: “Hebben we er zin in?” Je staat op het punt iets bijzonders te doen of mee te maken, bent daarom ook op een prettige wijze vaag uit je doen, en dan moet je reageren op: “Hebben we er zin in?”
Bedoeling is dat je antwoo... lees meer -
Gisteren stopte er ineens een vrachtwagentje van de gemeente in de straat. Twee mannen laadden met haastige tegenzin materiaal uit waarmee een straat of een gedeelte van een straat kan worden afgesloten, alles rood-wit van kleur. Wat nu weer, dacht ik. Sommige gedeelten van de s... lees meer
-
Terugkoppelen. Ik weet dat het woord bestaat, maar geloof dat ik het nu voor het eerst heb opgeschreven. Ik zeg het ook nooit, terwijl ik niet weet of ik een leven leid waarin nooit eens iets teruggekoppeld moet worden. Vast wel.
-
Wanneer het begon, weet ik het niet meer, maar ineens waren ze er, vriendelijk ogende boekenkastjes ergens in een straat, met daarin boeken die je gewoon mag meenemen. Monter stemmend verschijnsel. Troostrijk op dagen die maar niet op kleur kunnen komen.
-
Natuurlijk mag ik niet uitgaan van mijn eigen omgang met regels, maar het moeten er volgens mij niet te veel zijn. Veel te veel regels zorgen ervoor dat je nauwelijks meer nadenkt over je gedrag. Daardoor ga je steeds minder over álles nadenken. Je karakter kan er behoorlijk van... lees meer
-
Het meeste hevige nieuws dat ik in kranten lees, kan me lang bezighouden. Soms lees ik het vaker dan één keer, niet omdat ik wat ik eerder las vergeten ben, maar omdat veel, steeds meer gebeurtenissen slechts met moeite te bevatten zijn.
-
Mijn moeder overleed zes jaar geleden. Ze was negentig, wat ze een mooie leeftijd vond. Dus al zes jaar heb ik niets meer met Moederdag. Daarvoor trouwens ook niet, want mijn moeder vond het een onzinnig feest. Misschien is feest niet het goede woord, de bedoeling is dat moeders... lees meer
-
Op de hoek passeer ik twee mannen, ouder dan ik en blozend boos. Toen ik hen naderde hoorde ik al dat ze het met veel oneens waren. Aan sommige mensen is dat ook sterk te zien. Uit alles spreekt afwijzing, hoe ze bewegen, hoe hun mond staat, hoe ze kijken, niet is goed en zij ku... lees meer
-
Kinderen van ouders die de oorlog meemaakten, zijn inmiddels ook behoorlijk oud. Graag denk ik aan de eerste Bevrijdingsdagen van mijn leven. Ik zal een jaar of vijf zijn geweest toen het goed tot me doordrong wat er op 5 mei gevierd werd, late jaren vijftig.
-
Vorige maand kwamen er voor het huis hiernaast twee kleine monumentjes voor een echtpaar dat in de oorlog uit hun huis werd gehaald door de nazi’s. Het zijn twee struikelstenen, `Stolpersteine’. Ze zijn nog op te weinig plekken in Nederland te zien, bakstenen waarvan de bovenkan... lees meer
-
Zelf heb ik nooit bij- of omscholing overwogen, maar ik snap het belang van het aanbod. Stond ik weer eens bij stil tijdens het lezen van een interview met Karien van Gennip, minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Ze heeft al een tijdje een potje waaruit mensen een schol... lees meer
-
Gisteren was het én de Dag van de Arbeid én de Internationale Dag van de Lach. Jammer dat het zondag was, maar ik geloof dat de lachdag altijd op de eerste zondag van mei is. De maandag is veel meer een dag voor de Dag van de Arbeid, de week begint, we gaan aan het werk.
-
Vaak ben ik deze column begonnen met dat ik in mijn werkkamer uitkijk op een binnenplaatsje waar niets gebeurt, wat maar goed ook is, want in mijn hoofd gebeurt al genoeg.