Jano van Gool

In de Pers

Montere Weemoed II, met Thomas Verbogt & Beatrice van der Poel - Gezien op 2 maart 2022, OBA Theaterzaal, Amsterdam  ... - Kester Freriks in: Theaterkrant lees meer
The Tree of Life. Soeben ausgelesen: Thomas Verbogt – „Wenn der Winter vorbei ist“ (2020) - Keine 100 Seiten und auch keine 50 Seiten, nein genau eine einzige Seite brauchte es.... - David Wonschewski in:  lees meer
Nieuwe roman van Thomas Verbogt, een wrokloze boomer - Thomas Verbogt zoekt naar manieren om van het leven te houden en er zin aan te geven.... - Rob Schouten in: Trouw lees meer

Recent

Er zijn nog geen toneelstukken toegevoegd

De Gelderlander

Huppelen

Donderdag liep ik door een straat waarin veel vlaggen met schooltassen te zien waren. De zon scheen jubelend, alles stemde optimistisch en vrolijk. Ik dacht natuurlijk aan mijn eindexamentijd, ook van die popelende zomerse dagen en lange avonden vol feesten die vaak laat in de nacht eindigden, soms was het al bijna dag, van dat blauwe licht en de zorgeloze zang van honderden vogels. En dan naar huis lopen op weg naar een toekomst die hartstikke vol ging worden. Maar eerst nog even uitslapen. En dan weer een nieuwe topdag.

Lancering

Het is je eigen schuld als je tegen je zin allerlei reclame aantreft tussen je digitale post. Je hebt iets besteld, aangegeven cookies toe te staan, je hebt in kleine enquête ingevuld, dat soort dingen. Al je meningen, bevindingen, voorkeuren worden ergens opgeslagen en dat materiaal wordt weer doorgegeven, zo werkt het.

Werkplaats

Vanochtend krijg ik een telefoontje van een medewerker van de afdeling anesthesie van het ziekenhuis waar ik begin november geopereerd word. Nieuwe knie, daar gaat het over. Ik heb er al een, maar nu is het andere been aan de beurt. Komt allemaal door te hevige sportbeoefening, inmiddels lang geleden. Soms heb ik heimwee naar die dagen. Rond een uur of zeven in de ochtend het huis uit en dan een uurtje erg hard lopen, eerst door de stad en daarna de vrije natuur in. Behalve dat het me gezond leek, kon ik me daardoor een groot deel van de dag sterk concentreren.

Zomerbloemen

Er is een lange rij voor de ingang van de bus. Ben blij dat ik niet mee hoef. In die rij staat een vrouw die de hand van een jongetje vasthoudt, jaar of vier, vijf, denk ik. Ineens zegt die vrouw, nogal luid, tegen dat jongetje: `Weet je zeker dat je niet moet plassen? Waarom zit je dan de hele tijd aan je piemel?’

Nat

Log woord is het, ook daarom blijft het in je hoofd zitten: hitteprotocol. Het is van Rijkswaterstaat. Of het vandaag geldt, weet ik niet, afgelopen dagen wel. Ook weet ik niet hoe het kenbaar wordt gemaakt. Ik bedoel: hoe weet je het als weggebruiker? Daarvoor geldt het immers, voor de weggebruikers. We zijn natuurlijk allemaal weggebruikers, behalve als je thuis blijft, hier zijn de weggebruikers de automobilisten.

Praatjes

Met mooi weer worden we zichtbaarder, onze kleine wereld vult zich met veel meer lichte ruimte. Als kind had ik daar al last van. Mijn moeder of een andere volwassene aan wie ik was toevertrouwd zei vrolijk: `Met dit weer blijf je toch niet binnen. Ga lekker buiten spelen.’ 
Ik was een jongetje dat graag binnen bleef, beetje dromen op mijn kamer, muziek luisteren, tekeningen maken, Kuifje lezen. Maar nee, alles wat van belang was, deed zich buiten voor. 

Kop

In de smalle straat staat een auto plotseling stil. Je ziet de vrouw achter het stuur schrikken. Ze start de auto opnieuw, is vergeefs. De man in de auto achter haar wordt ongeduldig en begint te toeteren. Uit de auto daarachter klinkt ook geïrriteerd getoeter op. De smalle straat is vol naar lawaai, de zon schijnt hartelijk, maar dat helpt niet.

Luiers

Een roeicoach hoorde ik spreken over `knobbelig water’. Gesprekje op de radio. De interviewer vroeg ook namens mij wat hij daarmee bedoelde. Was onrustig water, met golfjes en vreemde bewegingen, veroorzaakt door gure wind. 
Interessante typering: knobbelig. Ik zocht die op en inderdaad, knobbelig water bestaat. Woord is in mijn hoofd gaan zitten.

Voedsel

Dat het vorig jaar een paar keer erg warm was, kan ik me niet meer herinneren. Gisterochtend hoorde ik op de radio een man met zeer Brabantse tongval klagen dat hij vorig jaar met een natte handdoek om zijn nek gordijnrails stond te bevestigen. Ik spitste mijn oren: waar ging dit over?
Hierover: er zijn mensen die enorm opzien tegen de tropische temperaturen van komend weekend. De man met de natte handdoek woont in een appartementencomplex dat slecht te ventileren valt. We leven in een land vol problemen, ze tuimelen kwetterend over elkaar heen

Nummertje

Wanneer ik lees dat iedereen slachtoffer wordt van een datalek, schrik ik, zonder dat ik weet waarvan precies en ook niet wat ik met die schrik moet. Gisterochtend werd het ook in het nieuws op de radio gezegd: data die op straat komen. Zoiets. Ja, op straat, dat hoorde ik goed. Het is een waarschuwing van de Autoriteit Persoonsgegevens.

Pagina's