Jano van Gool

In de Pers

Montere Weemoed II, met Thomas Verbogt & Beatrice van der Poel - Gezien op 2 maart 2022, OBA Theaterzaal, Amsterdam  ... - Kester Freriks in: Theaterkrant lees meer
The Tree of Life. Soeben ausgelesen: Thomas Verbogt – „Wenn der Winter vorbei ist“ (2020) - Keine 100 Seiten und auch keine 50 Seiten, nein genau eine einzige Seite brauchte es.... - David Wonschewski in:  lees meer
Nieuwe roman van Thomas Verbogt, een wrokloze boomer - Thomas Verbogt zoekt naar manieren om van het leven te houden en er zin aan te geven.... - Rob Schouten in: Trouw lees meer

Recent

Er zijn nog geen toneelstukken toegevoegd

Druipen

Fietsers veroorzaken vaak hinderlijk snelverkeer. Dagelijks word ik, zelf op de fiets, bijna op het trottoir gedwongen door wild fietsbellende medeweggebruikers vol blinde haast. Dit wekt woede in me op, maar daarmee kan ik niet uit de voeten. Tot gisteren, een donkere herfstdag vol wind en regen. Het is vroeg in de ochtend en ik ben er sterk van overtuigd dat waar ik fiets meer regen valt dan elders. Ik fiets hard omdat ik meen dat ik minder nat word als ik korter over mijn traject doe. Ik rijd door een smalle straat waar veel auto’s geparkeerd staan, ook op de stoep waardoor een mevrouw even over de rijweg moet lopen. Dan hoor ik achter me een hysterische bel en de stem van een man die de vrouw van de weg schreeuwt. Zijn stuur raakt het mijne en dan ga ook roepen, onder meer dat hij zich niet zo idioot moet aanstellen. Hij stopt, ik ook, hij vraagt: `Waar bemoei je je mee?’ Die vraag wil ik graag goed beantwoorden, daarom denk ik er even over na. We zwijgen, het enige geluid is de ruisende regen. We kijken elkaar aan als vechtsporters, tot het uiterste geconcentreerd. Ik zeg: `Ik bemoei me met mezelf. Ik heb last van de regen en moet mijn best doen om mijn humeur op peil te houden. En dan krijg ik dit.’ Tijdens die laatste woorden wijs ik naar de man en zijn rijwiel. Hij knikt en zegt dat hij ook een pesthumeur heeft en dadelijk ergens te laat komt, maar dat ik gelijk heb. Terwijl de pijpenstelen van onze getergde gezichten druipen, moeten we glimlachen, vaag, maar toch. Dan geven we elkaar een hand.

Columns

  • Niet belangrijk, of misschien toch wel, maar ineens wist ik waarom ik graag boodschappen doe in winkels waar een bel klinkt als je er binnenkomt, waarna een winkelier (m/v) van achteren komt, duidelijk met iets anders bezig dan de winkel. Gaat me niet om het praatje, want ik hou... lees meer

  • Wil ik de meedenktandenborstel die binnenkort op de markt komt? Philips doet dat en daar hebben ze er jarenlang aan gewerkt. De tandenborstel poetst niet alleen, maar controleert ook of we dat goed doen. Dat kun je nakijken op je mobiel. Appje. Daar lees je waar en hoe het beter... lees meer

  • Grappig – een woord waarvan de betekenis aan het vervagen is. We gebruiken het wanneer iets nauwelijks grappig is, alleen maar opmerkelijk. Jammer van het woord.

  • Een straat verder is een supermarkt voor verwende mensen. Ik koop er dikwijls mijn levensmiddelen, want ben ook verwend mens. Sinds wanneer ik dat ben, weet ik niet, zo erg is het inmiddels. Veel biologische producten, speciaalbiertjes (woord dat zelfs voor een verwend mens als... lees meer

  • De dinsdag na de volgende is het alweer de derde in september. Ja, als de r in de maand komt, is er geen houden meer aan het jaar. Over de pepernoten wil ik het niet hebben, maar vast wordt ergens al een oliebollenkraam gebouwd en nog voor het eind van de week is er in een praat... lees meer

  • Tijdens het opruimen van mijn bureau vond ik het trouwboekje van mijn ouders. Toen ik het zag, wist ik meteen wat ik ook geweten had zonder dat boekje: gisteren was hun trouwdag. 

  • In grote gezelschappen kan ik steeds minder goed met mezelf uit de voeten. Soms moet het. Er was een Zomerborrel op de uitgeverij die mijn boeken uitgeeft. Op een Nieuwjaarsborrel of Verjaardagsborrel weet je wat de bedoeling is, op een Zomerborrel is dat onduidelijk. Je wenst e... lees meer

  • Rakkers en stakkers – voor het eerst kwam ik deze grappig klinkende tegenstelling tegen. In een interview met Hugo de Jonge, de minister van volksgezondheid. Vicepremier. Kandidaat om de nieuwe leider van het CDA te worden. Over dat laatste zegt hij dat hij er alleen maar over n... lees meer

  • Post van het Centraal Justitieel Incassobureau is altijd verrassend. Niet dat ik roep `Hoera, een bekeuring’, maar ben telkens wel benieuwd: waar, wanneer, waarom? Natuurlijk ook: hoeveel? Kijk ik het eerste naar: 149,-- Daaronder in kleine letters: Dit bedrag is inclusief 9,00... lees meer

  • Hebben we het er weleens over hoe het is weer thuis te zijn? De meeste scholen zijn begonnen, maandag is De Wereld Draait Door er weer en tijdens de barbecues laten we op onze mobieltjes tientallen vakantiefoto’s zien. Natuurlijk wenkt de  grote vinger van de herfstvakantie al l... lees meer

  • Mannen die vrouwen worden of andersom, ik geloof dat ik er dagelijks over lees of de gang van zaken in een radioprogramma besproken hoor. Ik ben zeer geïnteresseerd in hoe dat in je geest werkt. Je bent iemand, maar je wilt iemand anders zijn. Nou ja, iemand anders, nee, je wilt... lees meer

  • Voor het eerst ging ik naar een evenement waarover in het radiojournaal iets geruststellends werd gezegd, namelijk dat er voor voldoende beschutting en waterdrinkpunten was gezorgd. Van het woord `waterdrinkpunten’ ben ik ineens niet zo zeker, maar zoiets. Meestal heb ik met dat... lees meer

  • In de mail zit een bericht van 8 woorden: verbogt hoe veilig is uw huis tegen inbrekers. Zonder hoofdletter, zonder komma achter mijn naam, zonder vraagteken na de zin. Dat soort berichten doe ik altijd meteen weg, maar nu ineens niet, misschien omdat ik dacht aan de Booswigtenk... lees meer

  • De wijn die je dronk in het zuiden op een terras aan de Atlantische Oceaan was niet mis, sterker nog: “De beste wijn die ik óóit gedronken heb. Tegen die prijs! Ik heb meteen een paar dozen in de achterbak gezet.” 
    En dan ben je weer hier en valt die wijn tegen, en niet zo’... lees meer

  • Blijf ik een fascinerend woord vinden: vrijetijdskleding. In mijn jeugd was dat voor mannen vooral een vrolijk geruit overhemd. Voor vrouwen weet ik het niet meer, maar die hadden, geloof ik, geen vrije tijd, ook niet in hun vrije tijd. 

Pagina's