Jano van Gool

In de Pers

Montere Weemoed II, met Thomas Verbogt & Beatrice van der Poel - Gezien op 2 maart 2022, OBA Theaterzaal, Amsterdam  ... - Kester Freriks in: Theaterkrant lees meer
The Tree of Life. Soeben ausgelesen: Thomas Verbogt – „Wenn der Winter vorbei ist“ (2020) - Keine 100 Seiten und auch keine 50 Seiten, nein genau eine einzige Seite brauchte es.... - David Wonschewski in:  lees meer
Nieuwe roman van Thomas Verbogt, een wrokloze boomer - Thomas Verbogt zoekt naar manieren om van het leven te houden en er zin aan te geven.... - Rob Schouten in: Trouw lees meer

Recent

Er zijn nog geen toneelstukken toegevoegd

Piekfijn

Nog steeds heb ik ook een vaste lijn. Zo heet dat: vaste lijn, een ouderwets telefoontoestel met een draad eraan, aangelegd door een monteur die zei dat `alles piekfijn in orde’ was toen hij zijn werk had gedaan. Die woorden gonsden die dag dikwijls aangenaam door me heen, piekfijn in orde. Graag wil ik dat zelf ook zijn, maar ik besef heus wel dat er nog een lange weg te gaan is. Ik ben ook benieuwd hoe ik me voel als ik die `staat van zijn’ heb bereikt. Wat me ook interesseert is hoe ik die dan in stand ga houden. Waarschijnlijk wordt er in mijn omgeving dwingend de moeilijkste vraag van alle vragen gesteld, namelijk: `Is er iets?’. Uiteraard voel ik me dan meteen minder piekfijn in orde. Goed, de vaste lijn. Daar gaat het nu over. Daar word ik bijna nooit meer op gebeld. Eigenlijk alleen nog maar door mensen die iets van me willen wat ik niet wil, een abonnement op een onduidelijke voorziening, een fantastische begrafenis, dat soort dingen. Ik neem maatregelen tegen dat gebel, maar die helpen niet. Dus als het ouderwetse telefoontoestel gaat (zo heet dat nog altijd: de telefoon gaat), ben ik onmiddellijk geïrriteerd. Als ik dan iemand aan de lijn krijg die niet iets van me wil wat ik niet wil, maar een vriend of kennis, vraagt die: `Is er iets?’ Maar meestal moet ik dus plechtig zeggen dat ik geen tijd heb een aanbod te bespreken en vervolgens verbreek ik woedend de verbinding. Van die woede heb ik daarna minstens een uur behoorlijk last. Ik wil immers zo min mogelijk woedend zijn. Daar heb ik recht op.

 

Columns

  • Er zijn van die berichten die in hun kneuterigheid een zekere schoonheid hebben. Gisteren las ik over het televisieprogramma Top of Flop uit begin jaren zestig. Het was het eerste jongeren-muziekprogramma op de Nederlandse televisie en trok miljoenen kijkers, onder wie... lees meer

  • Als je klant van een bank bent, kost dat geld. Steeds meer, begrijp ik. Er zijn kwesties waarin ik helemaal niet wil verdiepen, deze hoort erbij. Het is niet zo dat het me niets kan schelen, maar ik vrees dat ik op de vragen die ik hierover heb, geen antwoord krijg dat ik begrij... lees meer

  • Een karakterloos winterwindje speelt slap met de kerstbomen die op straat afgedankt liggen te wezen. Beeld dat bij januari hoort, de schraalste maand van het jaar. Moeilijk voor te stellen dat die bomen een paar dagen geleden, misschien gisteren nog, bont versierd en verlicht on... lees meer

  • Het is twintig jaar geleden dat ik rijexamen deed. Een paar keer, theorie en praktijk. Een van de examinatoren zei: “U denkt te veel na.” Daarom lukte het telkens niet. Bij het theorie-examen zat trouwens geen examinator, maar daarbij voelde ik zelf dat ik te veel nadacht. Ik no... lees meer

  • De laatste dagen van het oude jaar en de eerste van het nieuwe breng ik onder meer door met een Grote Opruiming van mijn werkkamer. Tussendoor ruim ik natuurlijk ook weleens iets op, maar vaak komt dat neer op het verplaatsen van stapels in de hoop dat die me dan minder opvallen... lees meer

  • Nooit gedacht dat ik aan een hogedrukspuit vage symbolisch waarde zou toekennen. Gebeurde in een ruimte waarvan ik niet weet hoe die heet. Wasbox misschien. Je zet er in ieder geval je auto in en die mag je dan zelf wassen, en afspoelen natuurlijk. Met drie soorten spuiten, twee... lees meer

  • Even had ik er spijt van dat ik gisteren niet officieel de nieuwe agenda in gebruik kon nemen. Ik kocht de mijne al in de vroege zomer van vorig jaar en die ging toen ook meteen in, een agenda voor anderhalf jaar, waarschijnlijk bedoeld voor mensen die het druk hebben of dat den... lees meer

  • Rituelen kunnen verbleken. Waarschijnlijk gebeurt dat wanneer je beseft dat je ze niet meer nodig hebt. Van de meeste nieuwjaarsdagen in mijn leven staat me weinig bij, ook omdat het altijd van die richtingloze dagen waren. Het nieuwe jaar was begonnen, maar ook weer niet. Je ha... lees meer

  • Het is dat vuurwerk me nauwelijks interesseert, anders zou ik me wel verdiepen in hoe het nu precies zit. Het gaat dan om vuurwerk waarvan veel mensen vinden dat het ertoe doet, dus niet van die sterretjes en alles wat daarmee verwant is. Je mag dat vuurwerk wel kopen maar niet... lees meer

  • Regelmatig schrijf ik hier dat we een beetje moeten uitkijken voor het woord `leuk’. We gebruiken het te vaak, het wordt te algemeen, er zit geen zeggingskracht meer in. Ik ben er voor het alleen maar uit te spreken wanneer het gaat om iets wat een zekere amusementswaarde heeft.... lees meer

  • “Nou, ik zie je nog wel voor de jaarwisseling,” zei ik gisteren tegen een vriendin met wie ik een tijdje voor de supermarkt had staan praten.
    Ze schudde tevreden haar hoofd. Dadelijk ging ze naar een huisje in de Achterhoek en kwam pas rond 6 januari terug: “Dan is al het g... lees meer

  • We weten inmiddels dat één klacht een carrière kan breken. Laten we zeggen: twee klachten. Meestal anoniem, want vaak zijn klagers geen dappere mensen.

  • ”En? Hoe waren je kerstdagen?”
    Al levenslang heb ik een lichte hekel aan opsommerige antwoorden, want zo’n antwoord is hier dan wenselijk: wat je hebt gedaan, met wie, hoe het eten was, nog cadeaus gekregen? In je jeugd, later soms ook nog, moest je zo ook over je verjaarda... lees meer

  • “Fijne dagen!” Hoe vaak hoorden we die wens deze week? Graag wil ik altijd fijne dagen, maar de komende twee moeten fijner dan fijn zijn. Is misschien best hard werken.

  • Waar ik zo nu en dan aan terugdenk is dat ik als kind het liefst zo laat mogelijk naar bed ging. Opblijven, ja, dat is het woord: “Mag ik nog even opblijven?” En als dat mocht, was het een triomf waarvoor je nauwelijks woorden had. Opblijven! Nooit vroeg naar bed. Want dat was h... lees meer

Pagina's