Jano van Gool

In de Pers

Montere Weemoed II, met Thomas Verbogt & Beatrice van der Poel - Gezien op 2 maart 2022, OBA Theaterzaal, Amsterdam  ... - Kester Freriks in: Theaterkrant lees meer
The Tree of Life. Soeben ausgelesen: Thomas Verbogt – „Wenn der Winter vorbei ist“ (2020) - Keine 100 Seiten und auch keine 50 Seiten, nein genau eine einzige Seite brauchte es.... - David Wonschewski in:  lees meer
Nieuwe roman van Thomas Verbogt, een wrokloze boomer - Thomas Verbogt zoekt naar manieren om van het leven te houden en er zin aan te geven.... - Rob Schouten in: Trouw lees meer

Recent

Er zijn nog geen toneelstukken toegevoegd

Horloge

Gisteravond was er een uitzending over Uri Geller. Over zijn geheime leven, begrijp ik. Ik heb niet gekeken, want ben niet geïnteresseerd. Ooit was dat anders. Hij was mateloos populair in het brave Nederlandse televisieamusement van lang geleden, begin jaren zeventig, denk ik. Ik volgde dat amusement niet meer zo, want had andere dingen aan mijn hoofd. Maar als ik op zaterdagavond thuis was, keek ik wel met mijn ouders mee, terwijl ik net deed alsof ik een boek las. Hoe het precies zat, ben ik kwijt, maar Uri Geller kon, geloof ik, lepels verbuigen zonder ze aan te raken. Of tekenen wat iemand anders tekende, terwijl hij niet zag wat die ander deed. Op een van die zaterdagavonden vroeg hij of iedereen volgende week zaterdag met een kapot horloge voor de buis wilde zitten. Dan zorgde hij ervoor dat het weer ging werken. Mijn vader zei dat hij nog wel ergens een kapot horloge had. Ik vond het ineens zo’n treurig vooruitzicht, half Nederland met een kapot horloge voor de televisie. En dat mijn vader daaraan meedeed! Ik ging snel naar mijn kamer om naar harde muziek te luisteren. Dat was de volgende zaterdagavond ook het geval, want ik ging natuurlijk niet naar dat idiote gedoe met die horloges kijken. Tot ik het niet meer hield! Toen ik nonchalant de huiskamer binnenkwam, zogenaamd op zoek naar de krant, bleek het onderdeel met de horloges net afgelopen. Mijn vader zat verbijsterd naar het zijne te kijken. Ik zei dat het natuurlijk niet echt kapot was geweest. Daarna was het geen gespreksonderwerp meer.

Columns

  • Helaas heb ik vaak last van schaamte, geen zware, lichte. Vooral in het openbare leven. Voorbeeld: op de groente- en fruitafdeling van de supermarkt zoek ik naar kaki’s. Niet iets wat ik dagelijks koop en ik weet even niet wat een kaki ook alweer is. Maar ja, staat op het boodsc... lees meer

  • In principe wil de overheid helemaal geen boetes uitdelen als we geen mondkapjes dragen. Bedenk ik niet zelf, maar zegt onze premier. Hij vindt het belangrijker dat we elkaar aanspreken op ons wangedrag. Dus dat je in de supermarkt zegt: “Mevrouw, u weet toch dat u een mondkapje... lees meer

  • Hoe het kwam, geen idee, maar toen ik gisteren in alle vroegte naar de fitnessclub liep, bleek ik me er sterk van bewust dat het de laatste dag van november was. Het ochtendlicht leek voor een tijdje te zijn vertrokken, naar het zuiden, om eind januari voorzichtig terug te keren... lees meer

  • “Een een serietje natuurlijk.” Hoor ik vaak als het gaat over hoe je je tijd doorbrengt nu de mogelijkheden beperkt zijn. Over het thuiswerken heb ik het even niet, nee, over de uren die `vrije tijd’ worden genoemd. Zijn er meer dan anders. Vandaar het serietje, nee, meervoud: s... lees meer

  • Fijn de typering `pico bello’ weer eens tegen te komen. Gisteren in deze krant was dat, in een artikel waarin stond dat we haast nooit meer een net pak aan doen. Net pak staat voor alle nette kleding in het algemeen. Met het woord `net’ of `netjes’ heb ik altijd moeite gehad. Da... lees meer

  • Als iemand zegt “Ik wil me nergens me bemoeien” wil die dat juist heel graag. Die bemoeizucht is bijna onbeheersbaar. Ik wil me nergens mee bemoeien, maar als ik het landelijk voor het zeggen had, zou ik dat carbidschieten verbieden. Als vuurwerk niet mag, is het zo evident. Beh... lees meer

  • Gisteren liep ik een winkel binnen waar ik nooit kom, maar nu wel. Gebeurt me vaker afgelopen dagen. Vanwege pakjesavond. Hoe we dat vieren is nog onduidelijk, misschien gaan de pakjes onder de kerstboom, maar dat er pakjes moeten komen, dat is duidelijk. Aan die pakjes gaan ver... lees meer

  • Vaste prik: deze dagen krijgen we weer tips om iets van onze sinterklaasgedichten te maken. Allemaal nuttige aanwijzingen, maar toch zeg ik van harte dat je vooral je eigen methode moet volgen. Dat kan de gedichten iets sympathieks geven. Daar gaat het toch om. 

  • Natuurlijk doe ik mijn best mensen te begrijpen die tegen vaccineren zijn. Over het coronavirus heb ik het. Ik spreek ook weleens iemand die tegen de griepprik is, maar die bezwaren snap ik meestal wel, zonder dat ik die kan reproduceren. Op televisie zie ik straatinterviews met... lees meer

  • Grappig. Mensen zeggen dat vaak als ze zo snel geen andere woorden paraat hebben voor iets wat hun opvalt: grappig. Giel Beelen schrijft een essay voor de Maand van de Spiritualiteit, volgend jaar februari. Grappig. Van Giel Beelen heb ik weinig verstand. Hij laat muziek horen i... lees meer

  • In een interview met de directeur van Bol.com lees ik dat hij zich schaamt. Als mensen dat vastberaden zeggen, is er meestal iets mis met die schaamte. Nu ook. Hij schaamt zich omdat het zo goed gaat met zijn bedrijf. Hij bedoelt dat hij ontzettend blij is, maar dat niet hardop... lees meer

  • Voor het eind van het jaar neem ik een nieuw adresboek in gebruik. Ik heb een lijstje gemaakt van dingen die ik nog per se wil afhandelen. Dat krijg je als je tijd over hebt. Normaal ga ik bijna iedere namiddag even naar het café op de hoek om te mijmeren over het deel van de da... lees meer

  • Sinterklaas winkelt alleen. Dat zei de premier eergisteren. De kleine rol van de goedheiligman (wat een vreemd woord toch!) in zijn toespraak was prettig. Ik meen zelfs dat hij zei dat Sinterklaas verstandig was. Bedoeling is duidelijk: dat moeten wij óók zijn. Zeker onze omgang... lees meer

  • “U bent succesvol geïdentificeerd.” Niet niks als je die mededeling in een mail leest. Gisteren was het zover: er kwam een man langs die namens de bank kwam kijken of ik ben die ik zei te zijn. Totdat hij voor de deur stond, kon ik niet geloven dat het waar was.

  • Verharde sfeer op scholen, lees ik. Vanwege de mondkapjes. “Moet ik dood?” vraagt een leraar aan een leerling die geen mondkapje draagt. Die vraag moet je niet stellen. Als ik aan mijn schooljaren denk, herinner ik me minstens één leraar van wie ik vond dat hij best dood mocht,... lees meer

Pagina's