Jano van Gool

In de Pers

Montere Weemoed II, met Thomas Verbogt & Beatrice van der Poel - Gezien op 2 maart 2022, OBA Theaterzaal, Amsterdam  ... - Kester Freriks in: Theaterkrant lees meer
The Tree of Life. Soeben ausgelesen: Thomas Verbogt – „Wenn der Winter vorbei ist“ (2020) - Keine 100 Seiten und auch keine 50 Seiten, nein genau eine einzige Seite brauchte es.... - David Wonschewski in:  lees meer
Nieuwe roman van Thomas Verbogt, een wrokloze boomer - Thomas Verbogt zoekt naar manieren om van het leven te houden en er zin aan te geven.... - Rob Schouten in: Trouw lees meer

Recent

Er zijn nog geen toneelstukken toegevoegd

Column

Koordje

Zo nu en dan hoor je dat agenten door supermarkten patrouilleren om mensen die geen mondkapje dragen, op de bon te slingeren. Ik heb hier al eens bekend dat ik het niet erg vind om vanwege een kleine overtreding te worden bekeurd. Graag als wielrijder. Zonde van het geld, dat wel, maar het gesprek eromheen doet me goed, wat al begint met de vraag: “U begrijpt waarom we u aanhouden?” Meestal weet ik dat, maar als ik dat zeg, zijn we zo klaar, en misschien is dat ook voor de agenten een wat slappe gang van zaken. Daarom antwoord ik dat ik geen idee heb.

Koordje

Zo nu en dan hoor je dat agenten door supermarkten patrouilleren om mensen die geen mondkapje dragen, op de bon te slingeren. Ik heb hier al eens bekend dat ik het niet erg vind om vanwege een kleine overtreding te worden bekeurd. Graag als wielrijder. Zonde van het geld, dat wel, maar het gesprek eromheen doet me goed, wat al begint met de vraag: “U begrijpt waarom we u aanhouden?” Meestal weet ik dat, maar als ik dat zeg, zijn we zo klaar, en misschien is dat ook voor de agenten een wat slappe gang van zaken. Daarom antwoord ik dat ik geen idee heb.

Bloemen

“Hoe gaat het?” vroeg mijn zusje toen ze me veertig jaar geleden op 9 december belde om me te feliciteren me mijn verjaardag. Ze was er érg vroeg bij, ik wist nog niet hoe het met me ging en vond het trouwens raar dat ze dat vroeg, want dat vroeg ze nooit.
“Hoezo?” vroeg ik slap.

Nopjes

Gisterochtend omarmde ik een herinnering die ik had weggestopt. Kindertijd, Nijmegen, 6 december, ook een zondagmorgen, de cadeaus stonden rond de kachel. Hoe oud ik was, weet ik even niet, maar wel dat ik niet meer geloofde in Sinterklaas. Mijn zusje wel en voor haar speelde ik het mooie spel mee. Mijn jongste zusje was er nog niet.

Kind

Zin in een ouderwetse sinterklaascolumn, want het blijft een magische dag, 5 december. Of magisch de juiste typering is, weet ik niet, ik heb zo gauw niet iets anders paraat. 

Pasteitje

In het rijtje mogelijkheden voor kerstgezelligheid zie ik ook staan de buitenlunch. Ik lees hier en daar uitgewerkte plannen: hoge tafels, terrasverwarming, overdekkingen. Goed bedoeld is het, veel mensen willen toch iets aan Kerstmis doen en blijkbaar lukt dat niet in klein gezelschap. Er zijn ook camperbezitters die met hun campers in een kring gaan staan, vuurtje in het midden, klaar is kerst. En dan natuurlijk ook een buitenlunch of buitendiner.

Verval

Helaas heb ik vaak last van schaamte, geen zware, lichte. Vooral in het openbare leven. Voorbeeld: op de groente- en fruitafdeling van de supermarkt zoek ik naar kaki’s. Niet iets wat ik dagelijks koop en ik weet even niet wat een kaki ook alweer is. Maar ja, staat op het boodschappenlijstje. 

Voorlicht

In principe wil de overheid helemaal geen boetes uitdelen als we geen mondkapjes dragen. Bedenk ik niet zelf, maar zegt onze premier. Hij vindt het belangrijker dat we elkaar aanspreken op ons wangedrag. Dus dat je in de supermarkt zegt: “Mevrouw, u weet toch dat u een mondkapje moet dragen.” Zelf ben ik allergisch voor zinnen die beginnen met `U weet toch’, maar het gaat me nu om de bedoeling.

Legerbroek

Hoe het kwam, geen idee, maar toen ik gisteren in alle vroegte naar de fitnessclub liep, bleek ik me er sterk van bewust dat het de laatste dag van november was. Het ochtendlicht leek voor een tijdje te zijn vertrokken, naar het zuiden, om eind januari voorzichtig terug te keren. 

Bos

“Een een serietje natuurlijk.” Hoor ik vaak als het gaat over hoe je je tijd doorbrengt nu de mogelijkheden beperkt zijn. Over het thuiswerken heb ik het even niet, nee, over de uren die `vrije tijd’ worden genoemd. Zijn er meer dan anders. Vandaar het serietje, nee, meervoud: serietjes. Weer is het verkleinwoord bedrieglijk. Een serietje doe je niet even, een serietje kan je dagen in beslag nemen. 
Ik heb ook Netflix maar ben niet zo van de serietjes, ik wil me leven er niet door laten beheersen, wat ik zeg omdat ik mezelf ken.

Pagina's