De zaterdagochtend is voor mij toch een andere zaterdagochtend als ik niet naar het radioprogramma Nieuwsshow luister. Bestaat al ruim twintig jaar, lees ik, het wordt in ieder geval al ruim twintig jaar gepresenteerd door hetzelfde duo, Mieke van der Weij en Peter de Bie.
Op de laatste dagen van augustus toch nog een komkommerthema: gevulde eieren. Ze zijn min of meer uit ons leven verdwenen, maar ze worden gelukkig soms nog op tafel gezet. Gisteren in de namiddag vierde een vriendin haar verjaardag. Ze zei dat het strikt eenvoudig zou houden want ze wordt geterroriseerd door tijdgebrek. We zagen het meteen: op tafel stond een witte schaal vol gevulde eieren. Natuurlijk was er ook van alles te drinken, maar verder geen zoutjes en wat zo log heet: borrelhappen.
Het koffertje is ruim een eeuw oud. Het was van mijn grootvader die erg lang dood is, maar aan wie ik nog vaak wel denk, niet alleen als ik het koffertje zie. Misschien is het wel langer dan een eeuw oud. Na zijn dood kreeg ik het en ik gebruik het nog regelmatig. Waarschijnlijk nam mijn opa het mee als hij reis ging. Ik zeg niet voor niets dat het een koffertje is, het is niet groot, waarschijnlijk hadden veel reizigers vroeger minder spullen bij zich dan de reizigers van nu.
Soms moet je stoppen met over kwesties na te denken. Bijvoorbeeld over objectiviteit, over wat dat moet zijn. Het zal niemand ontgaan zijn dat de documentaire over Jesse Klaver volgende week maandag niet wordt uitgezonden. Misschien nooit. Maar wie die wil zien, zal er snel naar kunnen kijken, misschien nu al. Het woord documentaire is door sommige mensen moeilijk uit te spreken, daarom is het docu, vergelijkbaar met het mooie woord bibliotheek, dat graag vervangen wordt door bieb, alsof het een ballenbak is waar voortdurend geinige geluiden te horen zijn.
Tijdens mijn schooltijd vond ik de zomervakantie in mijn jonge leven de langste periode die ik me maar kon voorstellen. Niet dat ik er bezwaar tegen had, maar ik genoot meer van de wat kortere vakanties. Kwam doordat de afbakening duidelijker was. De Kerstvakantie, de mooiste vakantie, duurde maar twee weken, maar aan het begin ervan leek het einde van die twee weken op een andere tijd, ook omdat er dan een heel nieuw jaar was.
Zojuist kreeg ik op de computer een bericht van het Centraal Justitieel Incassobureau. Boete voor te snel rijden. Ruim 200 euro. Zulke berichten krijg je niet via de mail, maar met de gewone post, op papier. Is dus afkomstig van schurken die mij geld afhandig willen maken, en ik drukte het snel weg, bang dat mijn computer besmet zou raken en ik binnen een paar seconden alles kwijt was wat ik had opgeslagen. Die angst is waarschijnlijk ongegrond, maar ik doe het met alle onzinberichten die me overvallen. Ze moeten metéén weg.
Mijn tandarts maakt deel uit van een tandartsengroep. Zo heet het. Nu moet ik bij de mondhygiëniste zijn, een erg aardige vrouw die me charmant op mijn donder geeft, want ik doe altijd wel iets niet goed, vooral handelingen in de flossfeer. “Zal ik het nog een keer voordoen?” vraagt ze. Ik antwoord dat het niet hoeft. Voordat ik door haar geroepen word, moet ik me bij de balie van de tandartsengroep melden. De vrouw die daarachter zit, heeft ook witte kleding aan, wat natuurlijk niet per se hoeft, maar wel een degelijke indruk maakt.
Haast nooit kijk ik een televisieprogramma terug op Uitzending Gemist. Behalve dat ik er niet toe kom, om dezelfde reden als ik niet tot het televisieprogramma kwam, vind ik het ook een tweedehands manier van kijken. Als een televisieprogramma een deel is van een reeks, komt er later vaak een DVD van, maar daarvoor geldt hetzelfde als voor Uitzending Gemist.
De zondag overleden grote Amerikaanse komiek Jerry Lewis was ik niet vergeten, nee zeg. Ik hoorde hier niet vaak meer over hem praten, maar keek nog regelmatig naar fragmenten uit zijn films en optredens. Ik houd erg van oud amusement. Iedere keer als ik zoiets beweer, haast ik me eraan toe te voegen dat ik de laatste ben die vindt dat vroeger alles of veel beter was, want dat is niet zo. Het amusement van toen was alleen anders leuk dan wat nu leuk is. Zelf vind ik dat vaak minder leuk, maar dat ligt aan mij.
Zelden hoorde ik het woord `gewoon’ zo vaak achter elkaar als zaterdagavond. Het was in een reportage die in Nieuwsuur werd uitgezonden. Plaats van handeling was een kleine plaats aan de grens tussen Spanje en Frankrijk. Daar kwamen de terroristen vandaan die verantwoordelijk waren voor de aanslag in Barcelona. Jongens waren het, gewone jongens. Dat zei iedereen die in de reportage aan het woord kwam, klasgenoten, andere mensen die hen kenden, de locoburgemeester. Het waren niet alleen gewone jongens, alles was daar gewoon, vredig, iedereen ging goed met elkaar om.