Hoort bij deze dagen: vrienden die zijn teruggekeerd van vakantie. Ze waren lang en ver weg en zien er te gebruind uit en bijna aanstootgevend ontspannen. Ze zijn nog niet toe aan hun dagelijks leven. Je kunt niet doen alsof je dat allemaal niet opvalt en terwijl je iets anders aan je hoofd hebt dan hun vakantieverhalen, mag je niet haastig je weg vervolgen, nee, je mobiliseert gul alle belangstelling die je in huis hebt, en vraagt gretig: “En? Hoe was het?”
Misschien onbelangrijk, maar ik vind het geen sterke naam, Nieuw Sociaal Contract. Er zit geen onthoudbaar ritme in. De afkorting, en natuurlijk gaat de naam afgekort worden, lijkt erg op de Nijmeegse voetbalclub, maar die afkorting is verder prima, ook door de E in het midden. Maar goed, kleinigheidje. Het interview met Pieter Omtzigt dat we gisteren lazen, is er een om over na te denken, en daarom is het een zinnig gesprek. Er werd ook minstens één fascinerende vraag gesteld: “Hoe gaat u ervoor zorgen dat u niet zo groot wordt als peilingen voorspellen.”
Soms verwijt ik mezelf dat ik lang niet meer gedacht heb aan iemand. Dat heb je ineens in de gaten, vaak door een detail dat je met die persoon verbindt. Kan een liedje zijn. Of een foto. Dan neem ik meteen maatregelen. Dan stuur ik een bericht. Tenminste als het gaat om iemand aan wie je best graag wil denken. Er zijn natuurlijk ook mensen bij wie je liever uit de buurt blijft.
Terwijl ik regelmatig besef dat mijn hersens een groot deel van de dag rusteloos in de weer zijn, sta ik te weinig stil bij hoe het zit met die activiteit of dynamiek of hoe je het ook moet noemen. Er gebeurt daar van alles, het is het hart van wie ik ben, maar me er in verdiepen, ho maar, niet eens oppervlakkig.
Excuses voor het ongemak. Die woorden werken niet altijd. Zeker niet wanneer het ongemak al erg lang ongemak is. In de supermarkt om de hoek doet de statiegeldmachine het al ruim een maand niet. Daarvoor waarschuwt een groot papier dat erop is geplakt: DEFECT! Sinds kort wordt het defect al bij de ingang aangekondigd, met excuses voor het ongemak. Er zijn mensen die geen ongemak in hun leven toestaan of verdragen.
Als je recreatief op stap bent met piepjonge familie kun je terechtkomen in taferelen die ineens diep slapende herinneringen wakker maken. Voorbeeld: de speeltuin. Als kind had ik er weinig mee. Ik ging er alleen maar heen als het écht de bedoeling was, dus wanneer mijn ouders of tantes en ooms ervan overtuigd waren dat ik het leuk vond. En ik deed mijn best hun het gevoel te geven dat het ook zo was, waarbij ik meteen aanteken dat het een andere tijd was, je kon volwassenen niet hup naar de kinderombudsman slepen.
Jammer dat er weer een woordspeling de kop op moet steken, maar ik begrijp dat je mensen mag vragen wat hun tatoeages betekenen. De woordspeling is `tatour’, las ik gisteren in deze krant, je mag een tatour maken langs de lichaamsafbeeldingen.
Ja, ik zou ook altijd zeggen dat ik voor hoop ben en tegen cynisme. Ik lees over de nieuwe partijleider van het CDA, Henri Bontenbal, en het is zijn overtuiging `dat mensen zitten te wachten op een politiek van hoop tégen het cynisme’. Ik zal nooit op hem stemmen, maar ik steek nu even mijn duim omhoog. Of je het met die overtuiging redt in deze tijd, weet ik niet, maar je moet ervoor gáán.
Als een nieuwe lijsttrekker voor het voetlicht wordt gebracht, doet iedereen die daarvoor gezorgd heeft, net alsof er een nieuwe tijd aanbreekt en het ondenkbaar is dat Nederland het al héél erg lang zonder die lijsttrekker heeft gedaan. Als je daar niet te diep over nadenkt, vind je dat het zo hoort, zo ga je met de toekomst om. Kunt het ook anders zeggen: zo wordt het spel gespeeld.
Zonnig tafereel is het: in het innige namiddaglicht zit een vrouw op de vensterbank een telefonisch gesprek te voeren. Haar voeten rusten op het lage hekje voor haar. Ik ken haar niet en misschien moet ik daar spijt van hebben. Na de vroege ochtend vind ik de namiddag het beste tijdstip van de dag en ze hoort bij deze momenten zonder dat ik kan uitleggen waarom, maar om zo’n uitleg gaat het helemaal niet, je moet het bij je gevoel houden en daar ook niet te lang over nadenken.