Jano van Gool

In de Pers

Montere Weemoed II, met Thomas Verbogt & Beatrice van der Poel - Gezien op 2 maart 2022, OBA Theaterzaal, Amsterdam  ... - Kester Freriks in: Theaterkrant lees meer
The Tree of Life. Soeben ausgelesen: Thomas Verbogt – „Wenn der Winter vorbei ist“ (2020) - Keine 100 Seiten und auch keine 50 Seiten, nein genau eine einzige Seite brauchte es.... - David Wonschewski in:  lees meer
Nieuwe roman van Thomas Verbogt, een wrokloze boomer - Thomas Verbogt zoekt naar manieren om van het leven te houden en er zin aan te geven.... - Rob Schouten in: Trouw lees meer

Recent

Er zijn nog geen toneelstukken toegevoegd

Hart

In de wachtruimte van de polikliniek wil ik graag iets te doen hebben. Vervelen doe ik me nooit, maar soms zijn er daar momenten die in die richting kunnen zakken. Een boek lezen lukt zelden. Daarvoor is er te veel vreemde onrust. Bovendien ben ik bang dat ik er zo in opga dat ik niet hoor dat mijn naam wordt geroepen. Een blad als Privé boeit me met moeite gedurende één bericht. Gisteren had ik een Privé uit de kersttijd van vorig jaar te pakken en daarin las ik dat prinses Stéphanie van Monaco een relatie had of nog heeft met een olifantentrainer die Franco Knie heet. Prima naam, Franco Knie. Ik leg het blad weer op de stapel en ga een tijdje zitten nadenken over de olifantentrainer. Hoe zou zo’n man in de dagelijkse omgang zijn, dus als hij niet met olifanten in de weer is? Hoe eet hij een zacht gekookt eitje? Dit houdt me een minuut of vijf bezig, maar altijd moet ik langer wachten. En dan ga ik iets anders bedenken. Bijvoorbeeld een vraag naar aanleiding van de mensen die ik om me heen zie, graag een vraag die ik nog nooit heb horen stellen. Gisteren werd het deze vraag: wanneer zijn we begonnen de bril op het hoofd te zetten en dan bedoel ik boven op het hoofd, in het haar, als er haar is? Vroeger deden dat alleen vrouwen die enorm van de wereld waren en lachend leefden, maar ineens ging haast iedereen dat doen. Ik denk dat het op gang kwam met een van de zangeressen van ABBA, de donkere, Anni-Frid Lyngstad, eind jaren zeventig. Soms overweeg ik een boek te schrijven over dit soort luchtige kwesties.

Columns

  • Het is de tweede keer dat ik in een ambulance meerijd. De eerste keer is in Heerlen, de geboorteplaats van mijn moeder. Daar zijn we om Sinterklaas te vieren, maar dan word ik ineens erg ziek. Van die ambulance herinner ik me alleen het geluid van de sirene. En de vlammende pijn... lees meer

  • Soms zijn er signalen die erop wijzen dat het nog steeds niet héél erg slecht gaat met ons land. (Als `dit land’ schrijft, heb je er kritiek op. `Ons land’ heeft iets dierbaars.) Het zijn nooit echt belangrijke signalen, maar ze zijn er wel. Bijvoorbeeld dat het maandblad LINDA... lees meer

  • Er zijn van die krantenfoto’s die ik al mijn hele leven ken. Ze horen bij de seizoenen, bij wat karakteristiek voor die seizoenen is.

  • Het is de tweede keer dat ik in een ambulance meerijd. De eerste keer is in Heerlen, de geboorteplaats van mijn moeder. Daar zijn we om Sinterklaas te vieren, maar dan word ik ineens erg ziek. Van die ambulance herinner ik me alleen het geluid van de sirene. En de vlammende pijn... lees meer

  • Het is een afwijking, maar zolang ik het me kan herinneren dacht ik meestal na over wat er tegen me gezegd werd. Dat is niet altijd handig. Je kunt daardoor bijvoorbeeld niet meteen met alles meedoen.

  • Al de tweede dag van april, het jaar begint op te schieten, ik moet sommige zaken niet voor me uit blijven schuiven, vooral niet de zaken die ik `kleine dingen’ noem. De lente vraagt immers om een grote schoonmaak.

  • Graag lees ik over de stroopwafelbakker die 47000 euro subsidie ontving om met die stroopwafels aandacht te vestigen op het Oekraïnereferendum. Telkens zegt dat hij geen winst maakt, maar dat die subsidie alleen de kosten dekt. Hij meldt er niet bij dat hij zelf de grootste kost... lees meer

  • Het liet me niet onberoerd toen ik vorige week de Rolling Stones op Cuba zag landen. Zeker niet toen ze daarna gevieren op de vliegtuigtrap vriendelijk poseerden en zwaaiden. Ik hoor dat er mensen zijn die dan een beetje smalend zuchten: wat zijn ze oud. Zoiets komt niet in me o... lees meer

  • Als ik een volle kamer binnenkom (verjaardag) begroet ik een vriendin en die zegt: `Je gulp staat open.’ Ik knik en zeg dat we dit soort dingen altijd tegen elkaar moeten blijven zeggen. Hoort ook bij de zorgzame samenleving.

  • Het was een klein en tam verlangen waaraan ik nauwelijks aandacht besteedde. Niet belangrijk, hield ik mezelf voor. Ik leg het uit: mijn auto is uit begin jaren negentig, een oudje dus. Daarom doe hij het soms niet, waarover ik me niet probeer op te winden. Er zijn immers ergere... lees meer

  • Ongetwijfeld wordt de komende dagen vaak, heel erg vaak gezegd dat er waarschijnlijk niemand ter wereld is die zijn naam niet kent. En dat is al heel lang zo. Fascinerend is dat. En iedereen spreekt die naam ook met enig ontzag uit, wat natuurlijk niet alleen komt doordat hij zo... lees meer

  • Als ik naar de foto van de daders kijk, probeer ik er zoveel mogelijk over te denken. Ze duwen een bagagekarretje voort, ze kijken om zich heen zoals mensen doen die dadelijk vertrekken (je kijkt dan anders dan wanneer je op weg bent naar de supermarkt). Twee van hen zijn dood,... lees meer

  • `Wij zijn met meer.’ Dat zei onze premier op de persconferentie, gisteren tegen het middaguur. Die persconferentie was al een tijdje aangekondigd en niemand zal verwacht hebben dat de premier iets over de aanslagen in Brussel zou vertellen wat we nog niet wisten. Geschokt. Medel... lees meer

  • Het is een televisieserie die ik graag wil zien, maar de eerste aflevering miste ik al. Daarom hoop ik dat de serie over een tijdje op DVD te krijgen is. Kan ik rustig alles achter elkaar kijken. Iedereen zal dat voornemen kennen en weten dat er meestal niets van terechtkomt. In... lees meer

  • Je moet niet zo snel schrikken, zeg ik soms tegen mezelf, steeds vaker, zeker niet van dingen waarvan je eigenlijk helemaal niet hoeft te schrikken. Er is immers genoeg héél ergs waarvan je écht moet schrikken. En als ik dat tegen mezelf zeg, denk ik: je hebt gelijk.

Pagina's