Jano van Gool

In de Pers

Montere Weemoed II, met Thomas Verbogt & Beatrice van der Poel - Gezien op 2 maart 2022, OBA Theaterzaal, Amsterdam  ... - Kester Freriks in: Theaterkrant lees meer
The Tree of Life. Soeben ausgelesen: Thomas Verbogt – „Wenn der Winter vorbei ist“ (2020) - Keine 100 Seiten und auch keine 50 Seiten, nein genau eine einzige Seite brauchte es.... - David Wonschewski in:  lees meer
Nieuwe roman van Thomas Verbogt, een wrokloze boomer - Thomas Verbogt zoekt naar manieren om van het leven te houden en er zin aan te geven.... - Rob Schouten in: Trouw lees meer

Recent

Er zijn nog geen toneelstukken toegevoegd

Opgeschud

In deze Boekenweek, die morgen alweer eindigt, reis ik rond met mijn nieuwe roman. Ik lees eruit voor en praat er met lezers over. Dat doe ik graag, het is eervol. Het is ook altijd de bedoeling dat ik vertel waar het boek over gaat en dat vind ik moeilijk. Ik weet het wel natuurlijk, maar kan het nauwelijks samenvatten. Heden en verleden liggen zo dicht bij elkaar dat het onzin is over vroeger te praten. Dáár schrijf ik onder meer over. Mensen maken weleens een wegwerpgebaar, terwijl ze zeggen: `Ach, dat is al zó lang geleden.’ Ik vind niets lang geleden, ik hoef maar over mijn schouder te kijken en ik zie mezelf op mijn eerste schooldag lopen: dadelijk leer ik mijn eerste woord schrijven, boom. Gisteren was het vijftig jaar geleden dat The Beatles hun eerste langspeelplaat opnamen, in één dag. Een meisje van een paar huizen verder had die plaat niet lang daarna in huis. Ik mocht er soms naar luisteren en zij keek naar me terwijl ik dat deed, niet omdat ze me bijzonder vond, maar ze wilde zien wat er met me gebeurde. En er gebeurde inderdaad van alles, maar daar had ik geen woorden voor, ik ben er nog steeds naar op zoek. Alles, álles begon te veranderen. De tijd waarin ik aan het opgroeien was, werd opgeschud. Pas het jaar daarop kocht ik mijn eerste single van The Beatles, I want to hold your hand, een paar weken zakgeld. De eerste langspeelplaat kon ik pas járen later aanschaffen. Gisteren draaide ik die weer. En ik knikte, zoals mijn buurmeisje van toen me moet hebben zien knikken. Het gebeurt weer.

Columns

  • Op de radio hoorde ik een fragment van een gesprek over het verschijnsel winterdepressie. Ik heb daar zelf geen last van, geloof ik, hoewel ik minder van de winter houd dan een paar jaar geleden. Ik heb nu weer zin in de zomer, in ieder geval in dagen met meer en langer licht.... lees meer

  • Hoewel ik ben opgegroeid in een felle feministische golf, ben ik de laatste maanden ten aanzien van vrouwen meer op mijn hoede dan toen. In die dagen was je al fout bezig als je de deur voor een vrouw openhield, want dan wilde je vast iets meer dan alleen die deur openhouden. Ik... lees meer

  • Soms moet je zwakke punten gewoon maar toegeven: ik weet nog steeds niet, echt waar, wat verzadigde en onverzadigde vetten zijn. Is me al vaak uitgelegd en ik luisterde altijd aandachtig, steeds bleker wordend, maar blijkbaar is het geen informatie die ik muurvast opsla. En ik... lees meer

  • De eerste hevige storm in mijn leven maakte ik mee eind januari 1953. Ik was zeven weken oud en mijn ouders en ik logeerden in de geboorteplaats van mijn vader, in het diepe westen van Brabant, tegen de grens van Zeeland aan. Natuurlijk was ik me niet bewust van die storm, maa... lees meer

  • Me erg druk maken om die Camiel lukt me nog steeds niet, hoewel ik dat `wederzijds handgemeen’ boeiend vind. Hij en zijn advocaat hebben daarover nagedacht en langdurig gesproken: hoe het te noemen? Met een eenzijdig handgemeen kom je niet weg natuurlijk. Waarschijnlijk begint... lees meer

  • Volgens mij was het begin jaren negentig: ik woon nog in Arnhem en word gebeld door een scholiere. Ik ken haar ouders, haar maar vaag. Ze zit op het gymnasium en houd daar een spreekbeurt, over mij en mijn boeken. Of ik zin heb ook te komen, want misschien zijn er vragen en dan is het handig als... lees meer

  • Gelukkig is het 2 januari! Het jaar is nu pas echt begonnen. En wat er met 1 januari aan de hand is, kan ik nog steeds niet zeggen, maar ik ken niemand die geen moeite heeft met die dag. Wakker worden met een mooie oudejaarsavond in gedachten, misschien een beetje suizend hoof... lees meer

  • Natuurlijk hebben we het zelf bedacht: dat overmorgen een nieuw jaar begint. Woorden voor de voortgang van de tijd. En cijfers natuurlijk. Dat hebben we nodig om onze levens te kanaliseren, om afspraken te maken die onze bezigheden behapbaar maken. Ja, ik loop even door een pa... lees meer

  • Hoe de constructie heet, ben ik kwijt. Ik heb het over vuurwerk. In het Journaal zag ik dat er iets nieuws bedacht was: je kon vuurwerk met elkaar verbinden, zodat je maar één lont hoefde aan te steken voor een heleboel sensatie.

  • Pas gisterochtend zette ik de radio aan om me weer op de wereld aan te sluiten. Kerstavond en eerste kerstdag was ik ver weg van het nieuws. Het hoefde even niet. Misschien is die instelling niet goed, omdat je dan je ogen sluit voor de werkelijkheid. Maar soms wil ik dat, mijn... lees meer

  • Kan geen kwaad jezelf tegen het einde van het jaar zo nu en dan recht in de ogen te kijken en dan even het hoofd te schudden.

  • Op de radio hoorde ik al een paar keer een winkelier zeggen morgen en overmorgen `een gekkenhuis’ te verwachten. Dat richten we met ons allen aan, want we moeten tot het laatste moment boodschappen doen, en niet zo’n beetje ook. Velen van ons zijn zelfs in lichte paniek.

  • Mijn zusjes die een beetje jonger zijn dan ik, zullen hem waarschijnlijk niet kennen: Toby Rix, vorige week overleden, 97 jaar oud. Hij was vooral bekend van het instrument dat de Toeterix heet, een installatie van toeters. Zijn omgang met dit instrument was komisch. Ik heb hem... lees meer

  • Tegenover me in de trein zitten twee jonge vrouwen die een kerstpakket op schoot hebben, verpakt in goudkeurig papier. Ze houden het kerstpakket vast zoals het hoort, alsof ze willen voorkomen dat iemand het van hen afpakt. Ze zien er vrolijk uit, wat misschien komt door het k... lees meer

  • In Den Haag kwam ik een man tegen in wie ik een jongen herkende die bij mij op school zat, inmiddels alweer een tijdje geleden. Hij had iets meer lichaam gekregen, maar straalde de makkelijke vrolijkheid uit die hij toen ook al had. We maakten een praatje voor een gebouw waaro... lees meer

Pagina's