Jano van Gool

In de Pers

Montere Weemoed II, met Thomas Verbogt & Beatrice van der Poel - Gezien op 2 maart 2022, OBA Theaterzaal, Amsterdam  ... - Kester Freriks in: Theaterkrant lees meer
The Tree of Life. Soeben ausgelesen: Thomas Verbogt – „Wenn der Winter vorbei ist“ (2020) - Keine 100 Seiten und auch keine 50 Seiten, nein genau eine einzige Seite brauchte es.... - David Wonschewski in:  lees meer
Nieuwe roman van Thomas Verbogt, een wrokloze boomer - Thomas Verbogt zoekt naar manieren om van het leven te houden en er zin aan te geven.... - Rob Schouten in: Trouw lees meer

Recent

Er zijn nog geen toneelstukken toegevoegd

Station

Rond half acht in de ochtend arriveert voor het station een man op een scootmobiel. Dat ik het tijdstip weet, komt doordat ik dan ook regelmatig de trein moet nemen. Ik sla hem belangstellend gade. Hij stapt vrij kwiek van zijn voertuig af, in ieder geval kwieker dan de voorziening doet vermoeden, en gaat ernaast staan. Ik denk dat hij een jaar of zestig is. Hij draagt een zware winterjas en heeft een Slavisch ogend hoofd, met een wat tragische snor die in een verdwenen tijd een kordate uitstraling moet hebben gehad. Hij heeft schoeisel aan dat onze vaders en moeders `bordeelsluipers’ noemden. Als kind kon ik lang over die benaming nadenken. Ik wist vaag wat een bordeel was. Daarvoor gingen morsige mannen speciaal naar Parijs. Op die schoenen dus. De man voor het station kijkt gealarmeerd om zich heen, alsof hij dringend iemand zoekt, iemand die ineens kan opduiken en in een flits ook weer verdwijnt. Onder zijn arm heeft een klein stapeltje Wachttorens. Hij is een man met een missie. Hij doet echter geen enkele poging passanten daarvoor te interesseren. Hij kijkt alleen maar om zich heen. Er is niemand die naar hem toe komt en gretig naar de Wachttorens onder zijn arm wijst. Jehova’s getuigen die langs de deuren gaan, zijn tegenwoordig puike meiden met wie je het liefst meteen de hele nacht wilt dansen en dat soort dingen. Als je iets minder goed gelukt bent, word je naar het station gestuurd. Dat denk ik. Die meiden zie je nooit bij het station. Er is nog een lange weg te gaan naar het eeuwig koninkrijk.

Columns

  • Het kan me verbazen dat ik geen verzet meer voel tegen gebeurtenissen en zaken die me nog niet zo lang geleden wel licht opstandig maakten. Ik heb het trouwens niet over kwesties van het hoogste belang, want die blijven wat ze zijn. Nee, kleine aangelegenheden, maar ja, daar kun... lees meer

  • Lang niet meer gebeurd: voor een winkel aangesproken worden door een jongen of meisje met een klembord en de vraag: “Mag ik u wat vragen?” En dan dus een vraag over de natuur, mensen die het moeilijk hebben, God of voedsel. Waarschijnlijk zijn er nog meer kwesties, maar deze her... lees meer

  • Van de heer Rutte horen we weinig deze dagen. Er is van alles aan de hand met zijn gave land, maar hij houdt zich waarschijnlijk meer bezig met zijn eigen toekomst. Daarover hoorde of las ik afgelopen weekend iets waarvan ik niet weet of het waar is, maar dat redelijk klonk. Iet... lees meer

  • “Je moet een muts kopen.”
    Advies van iemand die het goed met me voor heeft. Ik voel altijd lichte irritatie als ik bemoeienis merk met mijn omgang met winterse dagen. Dat zijn het nu nog niet, maar ze komen er waarschijnlijk wel aan, de dagen zijn er nu al voor aan het oefe... lees meer

  • Nee, ik wil het er even niet over hebben, over hoe het moet met dit land. Altijd als iemand `dit land’ zegt, weet je dat er iets alarmerends aan de hand is. Je hoort nooit dat in dit land de bloemencorso’s onvergetelijk zijn of dat er in dit land prachtige potloden geproduceerd... lees meer

  • De dagen worden kouder. Op een echte winter hoeven we niet meer te rekenen, er komt van die laffe, natte kilte. Ik merkte het gisteren voor het eerst. 
    Dus in alle vroegte uit het warme bed op de tast naar de keuken waar het bedieningsding hangt. Daarop moet je je temperatu... lees meer

  • Terwijl ik naar het stemlokaal liep, nam ik me enorm voor me op volle kracht te concentreren op de democratische handeling die ik daar ging verrichten. Ik was niet zwevend en zeker van mijn zaak, maar juist daarom. Nonchalance ligt dan gretig op de loer. Dus goed opletten, even... lees meer

  • Gek dat ik niet weet of het voor mij een rol speelt, het uiterlijk van politici, kleding, stand van ogen, mondhoeken. Ik lees er een artikel over en begrijp dat een blauw pak goedaardigheid uitstraalt, maar als je daarbij, als man, een rode das draagt, laat je zien dat je daadkr... lees meer

  • Al die tijd geweten en toch te laat ingestapt, met open ogen. Heb het over artificiële intelligente: AI. Er gebeurt van alles mee en ik ga er nonchalant aan voorbij. Mijn houding is: zien we tegen die tijd wel. Is dom, want wat ik met `tegen die tijd’ bedoel, is al lang de hoogs... lees meer

  • De aankomst van Sinterklaas, de intocht, wil ik graag als een belangrijke gebeurtenis blijven beschouwen. Lukt me niet eens te doen alsof ik dat niet vind. Daarom zette ik zaterdag aan het einde van de ochtend de televisie aan.
    Vorige week was ik niet in de gelegenheid het... lees meer

  • Meestal lopen we in alle vroegte samen naar de fitnessclub, mijn bevriende buurman en ik. Het is nog donker en stil op straat. Vaak regent het. Een wandeling van een minuut of vijf. Een deel van die tijd hebben we nodig om elkaar te motiveren.

  • PostNL begint op de NS te lijken: altijd afwachten of er gebeurt wat je hoopt dat er gebeurt. Ja, soms gebeurt er niets. Moet er nog aan wennen en weet niet of dat lukt.
    Ik loop nog steeds graag naar de brievenbus, altijd een productieve wandeling. En ondertussen denk ik no... lees meer

  • Soms heb je dat, dat je ineens over je bestaanszekerheid zit na te denken. Piekeren ja. Had ik gisterochtend. Waren doodlopende gedachten, waardoor `bestaanszekerheid’ alleen maar een woord bleef in plaats van een belofte.

  • Een vriend zou net als ik een nieuwe knie krijgen. Net als de mijne deed zijn oude knie het niet meer ten gevolge van sportbeoefening. Ja, graag gebruik ik het woord `sportblessure’. Dan lijkt het allemaal niets te maken te hebben met aftakeling. Daar moet je je natuurlijk óók b... lees meer

  • Als er iets moet doen waar ik tegen opzie, doe ik het liever meteen. Kort door de bocht samengevat: dan is het tenminste gebeurd. Ik kan niet tegen uitstel. Nee, dat is niet waar. Uitstel van iets moois vind ik geen probleem, integendeel, ik houd ervan me dan te verheugen op wat... lees meer

Pagina's