Toch keek ik. Met een half oog. En terwijl ik me afvroeg waarom. Ik heb het uiteraard over het Songfestival. Ik had wat dingen te doen die ik op de bank kon doen, en waarom, zo dacht ik, zette ik dan ook niet te televisie aan. Heb ik er wat achtergrondmuziek bij. Met Songfestiva... lees meer
In de Pers
Recent
Er zijn nog geen toneelstukken toegevoegd
Zomeravond
Bijna altijd moeten verkleinwoorden een alarmbelletje doen rinkelen. Denk bijvoorbeeld aan de ontregelende vraag: heb je een minuutje? Mijn bevriende buren stellen ’s avonds voor: `Zullen we rond een vuurtje op het dak gaan zitten.’ Dak is hier niet het dak van kom-van-dat-dak-af, maar een dakterras. Waar het me in dit voorstel om gaat is het woord `vuurtje’. Bedoel wordt vuur in een korf of in een bak die op een korf lijkt, zeg maar vuur voor de gezelligheid. Ik ben daar een voorstander van, maar vanwege het verkleinwoord denk ik dat mijn vrienden het vuur niet helemaal serieus nemen. Dat blijkt ook wel op het dakterras. Daar doet zich vooral rookontwikkeling voor. En niet zo’n beetje ook. Het vuur zelf houdt zich gedeisd, het draait het gezegde Waar Rook Is Is Vuur bij wijze van spreken om. Mijn vrienden zeggen dat het door de wind komt en ook door het natte hout en terwijl ze deze woorden uitspreken, moet ik mijn best doen ze te zien, want door de rook zijn ze bijna aan het oog onttrokken. Iedereen moet ook enorm hoesten. Dat schept een band, maar het is niet de band die we zoeken op deze zomeravond. Als ik later, veel later weer in mijn bed lig met de ramen open, ruik ik de rook nog. Die is een beetje bij mijn haar en de rest van mijn lichaam gaan horen. En ineens denk ik aan de zomerkampen van vroeger. Aan het kampvuur. En de liedjes rond het kampvuur - `Kumbaya’ schiet me te binnen. En in de nacht in je slaapzak rook je naar rook, een geur die je naar huis deed verlangen, maar dat was heel ver weg.
Columns
-
-
Als we voedsel tot ons nemen, zien we er meestal wat ongemakkelijk uit. Daar staan we nauwelijks bij stil, wat natuurlijk komt doordat het nu eenmaal moet. Deze dagen is er een logeerpoes huis, een rode kater die Fons heet. Als hij eet, hangt hij met zijn kop vlak boven het bakj... lees meer
-
Op 3 januari schreef ik op deze plek dat er hier voor de deur een blauw, mobiel bouwseltje werd geplaatst waarop `WC-tje’ stond. Het jaar was nog maar net begonnen, heel veel meer viel er niet te melden. Het bouwseltje hoorde bij een verbouwing een paar huizen verder en die is n... lees meer
-
Een goed humeur valt te regelen. Iedereen kan daarvoor een strikt eigen methode ontwikkelen. Het is een onderdeel van zelfkennis, denk ik. Ik heb altijd een avontuur van Kuifje binnen handbereik, een korte film van Laurel & Hardy of een aflevering van Fawlty Towers. Dat is h... lees meer
-
Tot boven de ellebogen opgerolde hemdsmouwen. Ze vallen op en worden genoemd. Het zijn de hemdsmouwen van de nieuwe voorman van GroenLinks, Jesse Klaver. Ik geloof dat ik op hem gesteld ben. Ik zeg `geloven’, omdat ik het niet zeker weet. Hij zegt dat John F. Kennedy een inspira... lees meer
-
Wanneer ik besloot nooit meer te kamperen, is alweer enige tijd geleden. Ik moet eraan denken nu ik lees over de zorgen in de kampeersector. Kampeerders kiezen voor de opgetuigde camping, die tot mijn verbazing `glamping’ heet (waarom toch?), of voor de eenvoudige natuurcamping,... lees meer
-
Paar dagen geleden bezocht ik de tentoonstelling `Late Rembrandt’ in het Rijksmuseum. Twee maanden geleden had ik een kaartje gereserveerd. Ik mocht tussen drie en vijf. Van sommige schilderijen zag ik maar een fragment, want ik was er niet alleen. Daar klaag ik niet over, ik wa... lees meer
-
Even vallen we stil als een vriendin zich bij het feestje voegt. Er zijn nogal wat kilo’s verdwenen. Ik hoop dan dat dat de bedoeling is, dat ze niet ziek is, want dan kan het ingewikkeld zijn er een gesprek van te maken. Nee, ze lacht en geeft triomfantelijk haar heupen een paa... lees meer
-
Toen ik de spijtbetuiging van ABN-Amro-topman Zalm las, moest ik aan mijn moeder denken. Niet dat zij ergens spijt over hoeft te hebben, allerminst, maar ik dwaalde door een herinnering aan mijn jeugdjaren. Als ik op de fiets stapte om naar het zwembad te gaan, riep ze vanuit de... lees meer
-
Van sommige woorden ken ik het bestaan zonder dat ik ze ooit uitsprak. Ze horen bij een andere wereld dan de mijne en nu heb ik het over kleine werelden. Soms voel ik me deel uitmaken van een grote wereld en dan kijk ik ernstig, vaker is de wereld niet zo groot, zeg maar het dag... lees meer
-
We moeten onszelf niet klein maken. Dat schrijft Tara Mohr in haar boek Playing Big dat in het Nederlands ook zo heet. Ze richt zich vooral tot vrouwen. Die moeten niet meer zo vaak `Sorry dat ik even stoor’ zeggen of `Misschien is het een domme vraag, maar…’. In Amerika is het... lees meer
-
Nog iets aan Moederdag gedaan? Ik wel. Naar mijn moeder geweest. Terwijl voor haar Moederdag helemaal niet hoeft. En voor mij ook niet maar ik heb geen recht van spreken, want ik ben geen moeder, alleen maar een zoon van. Nu nog Hemelvaart. Volgende week Pinksteren en dan wordt... lees meer
-
Gisterochtend werd er in het ochtendprogramma op televisie overgeschakeld naar een nat kampeerterrein. Ik lag nog in bed en als ik wakker ben, wil ik daar meestal zo snel mogelijk uit, maar nu bleef ik nog even liggen. Graag liet ik het goed tot me doodringen dat ik me niet op e... lees meer
-
Dit jaar heb ik het niet over mijn eindexamendromen. Dus dat alles opnieuw moet. Grimmige ambtenaar van het ministerie van Onderwijs belt aan: `Zo Verbogt, we gaan alles is heel keurig overdoen, maar nu zonder te frauderen.’ Die droom of een droom die daarop lijkt, zal me de kom... lees meer
-
Soms is het prettig bedankt te worden voor begrip. Begrip is op zichzelf ook al een mooi iets. Niet altijd weet ik wat ik met die dankbaarheid moet. Op een snelweg bijvoorbeeld. Een afstand die je normaal binnen een minuut of tien aflegt, kost nu een dik uur. Vanwege wegwerkzaam... lees meer