Jano van Gool

In de Pers

Montere Weemoed II, met Thomas Verbogt & Beatrice van der Poel - Gezien op 2 maart 2022, OBA Theaterzaal, Amsterdam  ... - Kester Freriks in: Theaterkrant lees meer
The Tree of Life. Soeben ausgelesen: Thomas Verbogt – „Wenn der Winter vorbei ist“ (2020) - Keine 100 Seiten und auch keine 50 Seiten, nein genau eine einzige Seite brauchte es.... - David Wonschewski in:  lees meer
Nieuwe roman van Thomas Verbogt, een wrokloze boomer - Thomas Verbogt zoekt naar manieren om van het leven te houden en er zin aan te geven.... - Rob Schouten in: Trouw lees meer

Recent

Er zijn nog geen toneelstukken toegevoegd

Actie

Zaterdagavond gaat om een uur of acht de bel. Ik ben zalm aan het bakken, wat ik graag met grote aandacht doe. Er staan wel acht kinderen voor de deur, van een jaar of twaalf, schat ik. Ze zien er opgewonden uit. Zes meisjes, twee jongens. Een van die jongens is de woordvoerder. Dat straalt hij uit voordat hij nog iets gezegd heeft, zo’n jongen die in een jeugdfilm in een luchtballon zit, aan kerktorens hangt en grappig met zijn moeder omgaat. Alle meisjes willen iets met hem. Hij zegt: `We zijn geld aan het inzamelen tegen kanker.’ Terwijl hij deze woorden uitspreekt, knikt de rest van het groepje gedreven. Vind ik een uitstekend doel, maar wil er toch iets meer van weten. Daarom vraag ik of het een actie is van school. De jongen schudt wild zijn hoofd: `We hebben het zojuist bedacht. We zaten bij elkaar en vonden dat we dit moesten doen.’ Waarom vond ik dat vroeger niet toen ik met vrienden bij elkaar zat? Toch wil ik nóg meer weten en dat verwijt ik mezelf. Misschien is het een actie die om een draagvlak vraagt, en een duidelijk adres en een bestuur dat de gang van zaken in de gaten houdt, en een geplastificeerde kaart waarop staat dat de actie geen verzinsel is. Maar ik moet daar in de deuropening alsjeblieft niet de zeurkous uithangen. Ik geef de jongen een biljet van tien euro en zeg: `Je neemt me niet in de maling.’ De jongen zegt: `We komen u persoonlijk zeggen wat we met het geld gedaan hebben.’ Zoiets maak je ook nooit mee. We nemen afscheid. Ze lopen naar de buren. Ik moet terug naar de zalm.

Columns

  • Lichte trots bevangt me als ik hoor dat typisch Nederlandse verschijnselen in een buitenland gangbaar worden. In sommige delen van Amerika wordt het `uitwaaien’ gestimuleerd. Of dat écht typisch Nederlands is, weet ik niet (in Scandinavische landen kunnen ze er ook wat van), maa... lees meer

  • Nerveus makend artikel zaterdag in deze krant over de vakman die een stuk riool kwam ontstoppen en daarvoor 2662,10 rekende. Hoogste post: spiraalkosten. Die heb je namelijk bij je als ontstopper, een spiraal. Weet ik zelfs. Dat instrument speelt de hoofdrol. De vakman rekende v... lees meer

  • Aangenaam is het sommige observaties of bevindingen hardop uit te spreken, zeker als die opluchtend zijn. Is net alsof die dan nog meer waar worden. Dat kan niet, weet ik ook wel, waar is waar, misschien moet ik zeggen dat de waarheid dan beetje gevierd wordt. Ik voel dikwijls b... lees meer

  • Misschien stom, maar het woord kende ik niet: triage. De laatste tijd bel ik vaker dan voorheen naar de praktijk van mijn huisarts. Lijkt me toeval, hoewel we natuurlijk kwetsbaarder zijn geworden dan voorheen. Het valt me op dat ik iets langer dan ik gewend ben moet praten met... lees meer

  • In de eerste week van het nieuwe jaar mag je best snel nog een goed voornemen maken. Kijkend naar de kerstboom besluit ik dit jaar kleine karweitjes minder lang uit te stellen. Tafel in de hoek opruimen, lampje in de gang repareren, kleren die ik nooit meer draag wegdoen, zoeken... lees meer

  • Je zegt dat je straks wel even de boodschappen voor het avondeten zult doen. Weer.
    “Echt?”
    Je knikt enorm sympathiek en denkt erbij: dat heb ik gráág voor je over. Terwijl je ook kunt denken: ik doe het gewoon voor ons, iemand moet dat karweitje op zich nemen.

  • Waarom ik het ieder jaar weer doe, weet ik niet. Maar altijd moet ik het even hebben over de kortgebroekte mannen die bij de eerste voorjaarszon metéén met hun winterbenen in het straatbeeld lopen te pronken. Alsof ze weken op dat moment hebben gewacht en de korte broek popelend... lees meer

  • Op de een-na-laatste dag van vorig jaar dacht ik dat ik corona had. Weliswaar enorm gevaccineerd, maar toch. Ik wist dat het door al die vaccinaties minder gevaarlijk zien zou zijn, daarom was mijn paniek maar licht. Die werd echter minder licht toen ik de zelftest op de keukent... lees meer

  • Vorig jaar stond ik vroeg in de ochtend voor de oliebollenkraam. Er was nog geen rij. Op oudejaarsdag vind ik het trouwens niet erg waar dan ook in een rij te staan. Je kunt dan lekker in gedachten wegzinken en dat kan geen kwaad op de laatste dag van een jaar dat we niet snel z... lees meer

  • In de week voor kerstmis kwam ik rond Nijmegen paar keer in een file te staan, niet al te lange gelukkig. Wist hoe dat kwam: veel mensen uit het oosten van het land vonden het belangrijk naar de kapper te gaan en van de overheid mocht dat niet in Nederland, daarom gingen ze naar... lees meer

  • Als iets laagdrempelig moet zijn, denk ik vaak dat ik dat begrijp, maar ook voel ik af en toe verzet. Beetje moeite mag best, niet alles hoeft zómaar te gaan.

  • Op eerste kerstdag werd op een van de televisiezenders een brandend haardvuur getoond. Paar uur achter elkaar. De bedoeling van de zender was, geloof ik, dat we meer aandacht voor elkaar hadden dan anders. Dus niet de hele tijd naar domme programma’s kijken, maar een goed gespre... lees meer

  • Deze krant roept lezers op door te geven wat ze vurig wensen voor 2022. Ik neem aan en hoop dat het dan niet gaat om ontzettend voor de hand liggende, té algemene wensen als: corona de wereld uit. Of: nergens meer oorlog. Of: eindelijk een regering die niet alleen van alles prob... lees meer

  • Het was nog brak donker toen ik gistermorgen de vuilniszak buiten zette. Aan de overkant van de straat stonden een man en een vrouw te praten, hondenuitlaters, en de vrouw zei zeker te weten dat we een witte kerst krijgen. De man wist het zo net nog niet. Het was goed te horen d... lees meer

  • Van nature ben ik optimistisch. Een van de gevolgen daarvan is dat ik me zo min mogelijk op te winden. Psychiater Esther van Fenema zei gisteren in deze krant: “Het kan ook rust geven dat je aan sommige dingen dus niets kunt doen.” 

Pagina's