Zaterdagochtend was ik vroeg in de supermarkt. Op een warme dag is het aangenaam dat zo snel mogelijk achter de rug te hebben. Bovendien is het nog vrij rustig. Uurtje later vindt iedereen het belachelijk voorzichtig te zijn.
In de Pers
Recent
Er zijn nog geen toneelstukken toegevoegd
Jengelen
Graag verdiep ik me in ervaringen waarmee ik geen ervaring heb. Bijvoorbeeld in kindermarketing, woord dat ik niet kende. Een hoogleraar communicatiewetenschappen in Nijmegen is daarin gespecialiseerd. Moniek Buijzen heet ze, en ze heeft onderzocht hoe ouders en kinderen in supermarkten boodschappen doen. Voornaamste conclusie: een op de drie keer dat een kind ergens naar wijst of om vraagt, krijgt het kind het betreffende product. Zeker als dat vragen indringend gebeurt, een manier van vragen die we jengelen noemen. Kinderen worden in hun verlangens enorm beïnvloed door, daar heb je het, kindermarketing, wat betekent dat er op verpakkingen een afbeelding staat van iemand die ze kennen van televisie, Piet Piraat of Spongebob. Voedseldeskundigen vinden dat daar een einde aan moet komen. Mij interesseert waarom ouders geen nee kunnen zeggen, want jengelen is voor iedereen lastig, ouders, omstanders en ook het kind zelf. Misschien ligt het probleem al in een fase daarvoor: hoe is het jengelen bij het kind ontstaan? Ik heb er geen verstand van, maar ik ken ook kinderen die nooit jengelen. Ligt dat aan het karakter van het kind of aan de ouders? Kunnen we iets aan elkaars karakter doen? Ik denk van wel. Met van elkaar leren kun je niet vroeg genoeg beginnen. Wat het verband is, snap ik zelf niet helemaal, maar ik ben een tegenstander van die miniwinkelwagentjes voor kinderen. Niet alleen omdat die vaak mijn haast blokkeren. Winkelwagens zijn voor later, zeur ik conservatief. Dan kun je je wezenloos winkelen.
Columns
-
-
Bijna altijd druk ik mijn telefoontje meteen uit als een gesprek begint met: “Heb ik het genoegen te spreken met de heer…” Dan korte stilte. “Met de heer T. Verbogt?”
Ik weet genoeg, héb al gezegd: “Met Thomas Verbogt.” En dan toch die vraag. Ik moet zeggen: “Nee u spreekt... lees meer -
Wat is licht fysiek kantoorwerk? Soms probeer ik iets te begrijpen door een tegenstelling in te zetten, in dit geval: wat is zwáár fysiek kantoorwerk?
-
Over de atoombom werd in mijn vroege jeugd met angstig ontzag gesproken, door mijn ouders en hun vrienden. Wát als die niet op Hiroshima was gevallen? Hoe zag de wereld er dan uit?
-
Vallen binnenkort nogal wat cafés ook onder code oranje? Nou ja, veel mensen trekken zich daar niets van aan, `We houden van oranje, om zijn daden en zijn doen’. Ze zeggen dat ze het zelf wel uitmaken. Ooit kon je zo’n standpunt sterk noemen.
-
“Doorgaan met ademen, Thomas! riep de coach gisterochtend. Ik was op de fitnessclub met felle gewichten in de weer en vond het een prima advies, ook voor de rest van de dag. Je bent zinnig met je leven bezig als je niet uit het oog verliest dat je moet doorgaan met ademen.
-
Deze week is het 50 jaar geleden dat Toppop voor het eerst werd uitgezonden. Programma bestaat al lang niet meer, maar wie iets ouder is dan jong zal het zich vast herinneren. Het begon in een tijd waarin er nauwelijks mogelijkheden waren popartiesten te zien, vandaar de popular... lees meer
-
In het televisiespelletje De Slimste Mens moest een van de kandidaten aan de hand van foto’s woorden herkennen die op –oir eindigen.
-
Paar jaar geleden bezocht ik in Denemarken het Louisiana Museum of Modern Art, in de buurt van Kopenhagen. Denemarken vind ik een mooi land, maar niet echt spectaculair, wat ook niet hoeft, maar dat museum is dat wel.
-
Een museum bezoeken heeft op mij hetzelfde effect als overdag naar de bioscoop gaan: je komt anders naar buiten dan je naar binnenging en daardoor is er ook iets gebeurd met de kleine buitenwereld. Je kijkt met andere ogen, dat zal het zijn.
-
De computer gebruik ik zo’n beetje de hele dag. Niets ingewikkelds: schrijven, mail, muziek, bankzaken. Dat laatste klinkt grootster dan het is, het zijn piepkleine bankzaken waarmee ik me ongeveer één keer per week moet bezighouden.
-
De laatste dagen denk ik soms na over een rij. Een rij wachtenden, bedoel ik. Bijvoorbeeld in de supermarkt waar er voor de zelfscankassa’s een langere rij staat dan voor de kassa’s waarachter een caissière zit. Waarom is dat? Kan de behoefte contactloos te betalen zo groot zijn... lees meer
-
Als ik ergens lees dat we achter de feiten aan lopen, word ik onrustig. Welke feiten moet ik inhalen? Afgelopen dagen las ik veel over het virus, maar ik krijg al die informatie niet zo goed bij elkaar.
-
In de straat van mijn vroege kinderjaren was er een Blokhoofd, een sombere man die hoog bij de gemeente was en zich verplaatste op een fiets met grote fietstassen. Langwerpig bord hing boven zijn bel, wit met kranige zwarte letters: BLOKHOOFD.
-
Niet de hele uitvaarttoptien ken ik. Gisterochtend zag ik die in alle vroegte in deze krant en eerlijk gezegd begon de dag daardoor ongemakkelijk. Was vooral de vraag: moet ik daarover onderhand niet eens duchtig nadenken?