Had iets aandoenlijks, de twee informateurs die aan een kleine tafel in de hoek de grote formatietafel observeerden. De partijleiders moesten zelf volwassen praten. Leek een beetje op een therapeutische sessie: “Ja, Geert, sorry dat ik je even onderbreek, maar ik zie al een kwar... lees meer
In de Pers
Recent
Er zijn nog geen toneelstukken toegevoegd
Tanden
Nederlanders eten minder brood, lees ik. Bericht waar schrale droefheid omheen hangt. 2,3 procent minder dan vorig jaar. Het geldt in ieder geval niet voor de op straat lopende Nederlander. Volgens mij wordt er nergens ter wereld in het openbaar zo veel brood gegeten als hier. Broodjes met heel veel erop, hoe dan ook bijna altijd sla (rucula, rucoli, rucolo). De op straat etende Nederlander is als een bezetene met het broodje in de weer. Het ziet er nooit ontspannen uit. Het broodje moet dood en zo snel mogelijk verdwijnen. Het zijn ook broodjes die om grote happen, veel tanden en een geraffineerde ademhalingstechniek vragen. Soms doet zich er een loopneus bij voor. De op straat etende Nederlander heeft ook een nogal speciale manier van lopen. Alsof er een vreemd probleem met de stoelgang is. Ik zeg niet dat ik nooit een broodje op straat eet, maar ik houd mezelf dan wel in stilstand en probeer er iets geheims van te maken. Goed, nu de vraag waaróm Nederlanders toch minder brood eten. Komt waarschijnlijk doordat populaire dieetboeken onze omgang met brood ontmoedigen. Die ontwikkeling is al vier jaar aan de gang. Ik lees die boeken niet, maar had laatst wel een vriendin op bezoek die verstand heeft van alles en verbijsterd keek naar mijn boterham vol pindakaas. `Kan echt niet meer!’ zei ze. Ze legde ook uit waarom, maar dat vergat ik meteen. `Maar dan wel alleen spéltbrood,’ zei ze ergens in haar belerende monoloog. Toen herinnerde ik me dat een paar jaar geleden pindakaas ook niet meer mocht. Echt niet!
Columns
-
-
Wie een tijdje geleden de televisieserie De Joodse Raad zag, zal daaraan nog vaak denken, aangrijpend verhaal, meeslepend verteld, briljant geacteerd. De schrijver ervan, Roos Ouwehand, schreef een vervolg dat zich afspeelt in 1946, over hoe het gegaan is met mensen die... lees meer
-
Halverwege april las ik een artikel dat op mijn bureau bleef liggen. Kort door de bocht is de strekking dat sporten gelukkiger maakt.
Ik sport vier of vijf keer per week, niet omdat ik zo het geluk hoop te vinden, maar voor mijn gezondheid. Wel waar is: na afloop, thuis on... lees meer -
Veel mensen zijn bang voor lawaai vandaag, hoor ik. Voor protesten tegen onze gehavende wereld, tegen onbegrijpelijk geweld, tegen verdriet en leed waarvan je stil wordt.
Waarvan je stil wordt. Ik zie op tegen lawaai, terwijl ik snap als het er wel is. Maar de stilte van va... lees meer -
Nog niet zo lang geleden hadden we het er liever niet over. Niet dat het in de taboesfeer zat, maar het was te intiem, hoewel ik niet weet of dat het juiste woord is.
Geen idee hoe het komt, maar ineens is de belevenis een zeer bespreekbare kwestie geworden, daarom ook maar... lees meer -
Even terug naar het Journaal van dinsdag. Daarin was veel brandend wereldnieuws aan de orde. En daartussen dook ineens onze songfestivalzanger Joost Klein op, beelden van zijn eerste repetitie, vooral foto’s. Behalve de zanger zagen we een man die matig als vogel verkleed was. H... lees meer
-
Heel lang was het gisteren Koninginnedag. En vandaag Dag van de Arbeid. Laatste is zo gebleven, maar wie staat er nog bij stil? Ik ook niet op volle kracht, maar toch even.
-
Weer kwam ik een dooddoener tegen die mijn goede humeur een behoorlijke optater gaf. In het doodlopende proces dat voor de vorm nog zo dynamisch formatie heet, werd Caroline van der Plas een vraag gesteld die haar niet beviel. Ging over een scenario waarover het Centraal Planbur... lees meer
-
Aan Emmen dacht ik niet vaak. Ik verwachtte dat daar zaterdag verandering in zou komen. Ook daarom zette ik de televisie aan, nieuwsgierig naar de avonturen van de Koninklijke familie. Al een paar dagen hoorde ik in radioprogramma’s korte berichten over sjoelen.
-
Het lijkt eenvoudig, ik bel de wasmachinekoning, vraag wanneer het apparaat bezorgd kan worden en meld wanneer ik volgende week met open armen thuis ben.
De specialist lacht corrigerend: “Volgende week is het meivakantie.” -
Aan dooddoeners heb ik altijd een hekel gehad. Meestal zijn ze hartstikke waar, daar niet van, maar ze doen wat het woord zegt, ze kunnen ieder gesprek om zeep helpen. Is soms nuttig, want niet alle gesprekken zijn hoogst wenselijk, maar toch.
“Er zijn ergere dingen.”
... lees meer -
Wanneer binnenkort de eindexamens weer begonnen zijn, staan in sommige kranten de opdrachten waarmee scholieren geconfronteerd worden. Soms doe ik mee, niet omdat ik dat leuk vind, maar om na te gaan of een en ander nog werkt in mijn hoofd. Alles wat met rekenen te maken heeft,... lees meer
-
Van de kinderen die ik ken, weet ik niet of ze ooit van de kindertelefoon gebruik hebben gemaakt. Misschien houden ze dat contact ook voor zich. In mijn kindertijd was zo’n telefoon er niet, maar kinderen zaten toen ook nog anders in elkaar, ook omdat de tijd anders was.
-
Soms vergeet je goed op te letten. Ik weet bijvoorbeeld niet wat de digitale euro is. Kom ik tegen in een artikel over de knauw die het vertrouwen in Máxima heeft gekregen. Wist ik ook niet, maar er zijn mensen die haar scherper in de gaten houden dan ik. Die mensen manifesteren... lees meer
-
Wanneer NEC kans maakt op groot of klein succes moet ik altijd aan kapper Van Dale denken. In mijn jonge jaren woonde ik op de Hengstdalseweg in Nijmegen-Oost. In het souterrain op de hoek was de salon van kapper Van Dale, hoewel salon misschien een iets te groot woord is.