Nog een paar dagen (`paar nachtjes slapen’) en het Nieuwe Normaal begint normaler te worden. Vooral van de horeca stellen we ons veel voor en met dit weer popelen we eindelijk op een terras te kunnen zitten, met allerlei beperkingen, maar toch: terras. Behalve dat de organisatie van deze vorm van recreatie ingewikkeld is, laten we zeggen de praktische kant, is er nog iets anders waarop we ons, volgens mij, niet goed voorbereid hebben. Ik heb het over teleurstelling en vooral de omgang met teleurstelling.
Als je al een tijdje nogal contactloos leeft, is contactloos betalen in de supermarkt een fluitje van een cent. In de supermarkt hier in de buurt kan het niet anders meer. Daarvoor was contact mogelijk, indien dringend gewenst, maar vanaf het begin van de crisis niet meer. Toevallig had ik al geoefend, hoewel ik in principe een voorstander van contact ben, ook al is dat weer niet met iedereen.
Geen enkel detail is alleen maar een detail. Ik zag een foto van 40 jaar geleden: Joop Zoetemelk wint de Tour de France. Hij rijdt door Parijs. Andere renners ook, maar toch vooral Joop Zoetemelk. Er zijn uiteraard veel toeschouwers. Sommige mensen die achteraan staan, hebben een periscoop. Daar gaat het me even om, om dat ding. Geen periscoop die uit onderzeeërs steekt, nee, zo’n kartonnen smalle doos, langwerpig, beetje amateuristisch ogend.
De dierentuin is weer open, maar alleen voor leden. Zo heet dat als je een abonnement hebt, je bent lid. Lid zijn van een dierentuin kan een Vaste Waarde in je leven zijn! Toen ik erheen ging, kon ik toch niet naar binnen. Reserveren. Tijdslot. Dat soort woorden die helemaal niet bij een dierentuin horen, ook niet bij een lid ervan.
In een interview op radio of televisie over de gevolgen van de crisis, komt de laatste vaak een glazen bol ter sprake: “Wat er volgende week gebeurt, geen idee. Ik heb geen glazen bol. Misschien moeten we dan wel de noodklok luiden.” We snappen precies wat er bedoeld wordt, en het is ernstig, maar wanneer hoorden we voor het laatst een noodklok in het echt? Woord uit een andere tijd, net als het verschijnsel `glazen bol’.
Of het woord blijvend is, weten we nog niet, maar nu is het in ieder geval binnen getuimeld: dashboard. Staat voor beleid. Op een dashboard kun je zien wat er aan de hand is en dan een beslissing nemen die op dat moment vereist wordt. Grappig dat zo’n woord er ineens is, terwijl je toch hoopt dat mensen die beleid bepalen, altijd zo’n dashboard hebben. Niet alleen zij, nee, wij allemaal!
De persconferentie van vanavond zal verhelderend zijn, maar waarschijnlijk beginnen we op 1 juni aan het Nieuwe Normaal. Zitten we nog een beetje met aanstaande donderdag. Een straatenquête zou kunnen duidelijk maken dat maar weinig mensen een idee hebben over welke hemelvaart het op Hemelvaartsdag gaat, maar we willen die dag wel op volle kracht vieren en naar buiten, alsjeblieft naar buiten.
Zaterdagochtend hoorde ik op de radio een zorgelijk gesprek over mondkapjes. Als je van plan bent een partijtje te kopen, moet je je eerst sterk oriënteren. Zit veel kaf tussen het koren. Anders gezegd: we worden snel bedonderd. Denk je dat je kwaliteit ombindt, kun je het net zo goed niet doen.
We mogen paar dingen niet en velen van ons beginnen daar bezwaar tegen te krijgen. Nou ja, paar dingen – misschien is dat te luchtig gezegd. We moeten in ieder geval gehoorzamen en soms is dat lastig, gehoorzaam zijn. Het zit bijvoorbeeld niet zo in mijn aard, maar ik zie er geen heil in moeilijk te doen over beperkingen, ook omdat er veel, véél te veel misschien, onduidelijk is. Het kan onacceptabel zijn als je hier met drie personen rond en op een bankje in het park zit, en dan een bekeuring krijgt, terwijl het elders geen punt is.
Gisteren las ik in deze krant een artikel waarboven stond: Zo houd je samen – nog een beetje- leuk contact. Hoewel ik altijd tot voorzichtigheid maan wanneer het woord `leuk’ de kop opsteekt, wil ik over `leuk’ contact geen grapjes maken. Ook niet als dat contact nog maar een beetje leuk is. Het is een ernstige zaak. Het artikel handelt over het missen van collega’s. Thuiswerken is prima, maar wat doe je als je behoefte hebt aan wat in het artikel heet: een gezellig kletspraatje?