Om de zoveel tijd besluit ik niet meer te schrijven over mijn avonturen als treinreiziger en dat doe ik nu ook, althans voor dit jaar, maar toch nog even, want ik vind het prettig er de week mee te beginnen, het ruimt op. Vorige week ben ik op weg naar Tilburg. Op het station Uitrecht staat de trein lang stil. Wij reizigers weten dan: onraad.
Op het Nijmeegse Radboudumc is onderzoek gedaan naar hoe James Bond omgaat met zijn gezondheid en hygiëne in het algemeen. Is niet best. Hij neemt nooit malariapillen, om maar eens wat te noemen, en wast zelden zijn handen, in 25 films maar twee keer. En, ik citeer deze krant: “Zijn seksuele escapades zijn nog riskanter. De geheime agent neemt nooit de moeite om het erotisch verleden van zijn bedpartners uit te zoeken.” Ik denk dan meteen: daar heeft hij helemaal geen tijd voor, zijn hoofd staat er ook niet naar.
Nog nooit maakte ik een selfie. Hoefde ik ook niet aan dat kleuterwoord te denken. Ik kwam weleens op een selfie terecht, maar die maakte dan iemand anders. Die zei bijvoorbeeld “Leuk, even fotootje”, sloeg een arm om me heen en strekte de andere met het mobieltje erin. Soms zie ik zo’n foto terug, ik sta er altijd op in lichte paniek.
Hoe lang het al is, weet ik niet, maar volgens mij zijn we op de Nederlandse stations al best lang `Beste reizigers’. Dus als er iets omgeroepen wordt, vertragingen bijvoorbeeld, een woord dat trouwens niet wordt gebruikt omdat het te negatief is. Ze zeggen “Beste reizigers” opdat niemand zich gekwetst of uitgesloten hoeft te voelen, maar het rare is wel dat als je het heel vaak hoort, je dan denkt: ja, nu weten we het wel dat we beste reizigers zijn.
Een van de wegen die naar het station in mijn woonplaats voeren, gaat onder een kleine tunnel door, geen voorbeeld van stralende architectuur. Een kant grenst aan het water en voor het hek daar staan fietsrekken en maken daklozen iedere avond slaapplaatsen, altijd wel een stuk of vijf. Wanneer ik ‘s avonds naar huis loop, zie ik ze in de weer met gehavende matrassen, bij het vuil gevonden dekens of lappen die als dekens kunnen dienen. Af en toe nemen ze er een fors slokje bij. Altijd mannen. Er zijn ook dakloze vrouwen natuurlijk, maar die treffen andere maatregelen.
Eind jaren negentig was er een televisieprogramma dat Sex voor de Buch heette. Presentator was Menno Buch. Of ik het goed samenvat, weet ik niet, maar het ging over mensen die zich seksueel graag buitengewoon gedroegen. Dat is het woord: buitengewoon. Ik zag weleens een aflevering, maar daar herinner ik me nauwelijks iets van. Wel dat ik dacht: wat raar.
Paar jaar geleden moest ik aan een tijdschrift vertellen wat mijn mooiste woorden waren. Ik plukte vooral woorden uit de seizoenen, lentebries, zomeravond, herfstkleuren, en bleef uiteindelijk bij de winter hangen, sneeuw, ijsbloemen, en ook het woord `winter’ zelf. Als ik een zin hoor, waarin `winter’ voorkomt, voel ik meteen warme aandacht. Heeft ongetwijfeld met herinneringen te maken. Wakker worden en dan zien dat de wereld wit is geworden, stilte op een vroege winterochtend, winterlicht.
Als je niet héél veel geld hebt, wordt het steeds moeilijker een huis te kopen. In Nederland. In Italië niet. Op mijn bureau ligt een papier waarop staat dat er een kleine stad is, Pratola Peligna in de Apennijnen, waar een huis 1 euro kost. Heb niet veel verstand van geld, maar lijkt me niet veel. Hoe kan dat? Nou, dat stadje loopt leeg en het gemeentebestuur betreurt dat. Vandaar deze maatregel. Puntje is wel dat die huizen allemaal opgeknapt moeten worden.
Als iemand je vraagt of er `iets is’ (liever niet vragen) en je zegt dat je aan `een fijne herinnering’ denkt, kun je het dan daarbij laten of moet je wat over die fijne herinnering vertellen? Ik lees een artikel in de krant van gisteren. Daarin staat dat er allerlei apps zijn om je werkdag goed te regelen. `Productiviteitssoftware’ heet dat, geen woord waarbij ik me meteen thuis voel. Ik heb ook weinig met al die apps, maar ja, je kunt niet zonder.
Heb het niet gezien, gisteravond, een nieuw televisieprogramma: De grote kleine treinencompetitie. Wel las ik erover: modelspoorbouwers maken treinlandschappen, met een specifiek thema. André van Duin presenteert het, dus het zal een aantrekkelijk `concept’ zijn.